Opdracht 4 - blz. 156: amuserende elementen

Welke vorm van beeldspraak herken je?

1a: Heb jij de laatste Woody Allen gezien?
A
Vergelijking
B
Metafoor
C
Metonymia
D
Personificatie
1 / 14
suivant
Slide 1: Quiz
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Welke vorm van beeldspraak herken je?

1a: Heb jij de laatste Woody Allen gezien?
A
Vergelijking
B
Metafoor
C
Metonymia
D
Personificatie

Slide 1 - Quiz

Woody Allen = beeld
Object = de film gemaakt door Woody Allen

Slide 2 - Diapositive

Welke vorm van beeldspraak herken je?

1b Hier vreet het ochtendgloren / dat spoken vreet.
A
Vergelijking
B
Metafoor
C
Metonymia
D
Personificatie

Slide 3 - Quiz

Het ochtendgloren (niet-menselijk) dat spoken vreet
Leo Vroman (1915-2014) was een dichter 
Komt volgend jaar voorbij tijdens literatuurgeschiedenis

Slide 4 - Diapositive

Welke vorm van beeldspraak herken je?

1c Dat is een juweel van een doelpunt!
A
Vergelijking
B
Metafoor
C
Metonymia
D
Personificatie

Slide 5 - Quiz

Een juweel (beeld) van een doelpunt (object)

Slide 6 - Diapositive

Welk stijlfiguur herken je?

2a Die Vincent van Gogh kon wel aardig met een penseel overweg.
A
Eufemisme
B
Hyperbool
C
Paradox
D
Understatement

Slide 7 - Quiz

Wel aardig = woordgroep die de stijlfiguur bevat 

Slide 8 - Diapositive

Welk stijlfiguur herken je?

2b Hij staat daar maar eenzaam en alleen op de hoek van de straat te wachten.
A
Eufemisme
B
Hyperbool
C
Pleonasme
D
Tautologie

Slide 9 - Quiz

Eenzaam en alleen = woordgroep die de stijlfiguur bevat

Slide 10 - Diapositive

Welk stijlfiguur herken je?

2c Prachtig al die waterkeringen: waar een klein land groot in kan zijn.
A
Antithese
B
Eufemisme
C
Paradox
D
Understatement

Slide 11 - Quiz

een klein land groot in kan zijn = woordgroep die de stijlfiguur bevat

Slide 12 - Diapositive

Wat beschouw je als een hoofdzaak wanneer je een samenvatting van een tekst gaat maken?
A
Mening van de auteur
B
Details
C
Herhalingen
D
Voorbeelden

Slide 13 - Quiz

Subjectie-
ve

tekst-
vormen
Subjectie-
ve

tekst-
soorten
Betoog
Activerende tekst
Column
Ingezonden brief

Slide 14 - Question de remorquage