Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
NG of WG? en voorzetselvoorwerp 2t
Oefenen
Naamwoordelijk gezegde?
1 / 21
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 2
Cette leçon contient
21 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
10 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Oefenen
Naamwoordelijk gezegde?
Slide 1 - Diapositive
Bij een naamwoordelijk gezegde...
A
...is het onderwerp iets.
B
...doet het onderwerp iets.
Slide 2 - Quiz
Bij een naamwoordelijk gezegde heb je ALTIJD een...
A
Zelfstandig werkwoord
B
Koppelwerkwoord
Slide 3 - Quiz
Een naamwoordelijk gezegde is altijd een..
A
actie
B
eigenschap/kenmerk
Slide 4 - Quiz
Wat is een naamwoordelijk gezegde?
A
Hij heeft gegeten.
B
Hij heeft een zusje gekregen.
C
Hij heeft corona.
D
Hij is een vrolijke Frans.
Slide 5 - Quiz
Een naamwoordelijk gezegde heeft:
A
minstens twee werkwoorden
B
meestal één koppelwerkwoord
C
tenminste één zelfstandig werkwoord
D
meestal geen werkwoorden
Slide 6 - Quiz
Wat noteer je bij het naamwoordelijk gezegde?
A
koppelwerkwoord + naamwoordelijk deel
B
koppelwerkwoord
C
koppelwerkwoord + een kernmerk of eigenschap van het onderwerp
D
alle werkwoorden in de zin
Slide 7 - Quiz
Wat hoort NIET bij het naamwoordelijk gezegde?
A
werkwoorden
B
'zijn'
C
'doen'
D
koppelwerkwoorden
Slide 8 - Quiz
Wat is het naamwoordelijk gezegde?
A
Een koppelwerkwoord en eventuele andere werkwoorden
B
Een koppelwerkwoord, eventuele andere werkwoorden en een zelfstandig naamwoord
C
Een koppelwerkwoord, eventuele andere werkwoorden en een zinsdeel dat iets zegt over het onderwerp
D
Een koppelwerkwoord, eventuele andere werkwoorden en het onderwerp
Slide 9 - Quiz
Een naamwoordelijk gezegde bevat altijd een koppelwerkwoord
A
juist
B
onjuist
Slide 10 - Quiz
Schrijf zo veel mogelijk koppelwerkwoorden op
Slide 11 - Question ouverte
voorzetselvoorwerp
Een zinsdeel dat begint met een voorzetsel wat hoort bij het werkwoord noem je een voorzetselvoorwerp.
Ik reken op je komst.
'rekenen op' is een vaste combinatie
op je komst = voorzetselvoorwerp
Slide 12 - Diapositive
Voorzetselvoorwerp
Een voorzetselvoorwerp begint altijd met een
vast voorzetsel.
Een voorzetselvoorwerp komt voor bij
werkwoorden met een vast voorzetsel.
Het voorzetsel
verbindt
het
voorzetselvoorwerp
met het
gezegde
.
Slide 13 - Diapositive
Voorbeelden
Slide 14 - Diapositive
Wat is het voorzetselvoorwerp?
Hij is smoorverliefd op jou.
A
smoorverliefd op
B
op jou
Slide 15 - Quiz
Voorzetselvoorwerp of niet?
Je sokken liggen bij de wasmachine.
A
Ja
B
Nee
Slide 16 - Quiz
Van harte gefeliciteerd met je verjaardag!
Wat is het voorzetselvoorwerp?
A
Van harte gefeliciteerd
B
Van, met
C
Van harte gefeliciteerd met
D
met je verjaardag!
Slide 17 - Quiz
Voorzetselvoorwerp of niet?
Ik verlang naar de volgende vakantie.
A
Ja
B
Nee
Slide 18 - Quiz
Voorzetselvoorwerp of niet?
Je sokken liggen bij de wasmachine.
A
Ja
B
Nee
Slide 19 - Quiz
Ik wacht al uren op de bus.
Voorzetselvoorwerp?
A
Ja
B
Nee
Slide 20 - Quiz
Ik sta al uren op het voetbalveld.
Voorzetselvoorwerp?
A
Ja
B
Nee
Slide 21 - Quiz
Plus de leçons comme celle-ci
Les 2: Herhaling zinsontleden/Voorzetselvoorwerp + Hoofdzinnen versus bijzinnen
il y a 27 jours
- Leçon avec
18 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Les 2: Herhaling zinsontleden/Voorzetselvoorwerp + Hoofdzinnen versus bijzinnen
Mai 2023
- Leçon avec
18 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Voorzetselvoorwerp
Mai 2024
- Leçon avec
16 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
1B VZV
Janvier 2024
- Leçon avec
31 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
MHA2 voorbereiding tw 2
Juin 2023
- Leçon avec
26 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Voorzetselvoorwerp
Octobre 2024
- Leçon avec
43 diapositives
Koppelwerkwoorden LB 2.12 naamwoordelijk gezegde en vzvw
Mai 2024
- Leçon avec
14 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Les 6 - Grammatica zinsdelen H1
Octobre 2024
- Leçon avec
20 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2