4BECO H10 Erven

H10 Erven
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
BedrijfseconomieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

H10 Erven

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen 10.4
Je kunt….
  • de werking van het versterferfrecht noemen
  • uitleggen wat een testament is en het effect ervan
  • de belangrijkste begrippen rondom het erfrecht noemen

Slide 2 - Diapositive

Erven - belangrijke begrippen
Nalatenschap (erfenis): 

Alle bezittingen en schulden op de dag van overlijden van de erflater (overleden persoon)



Slide 3 - Diapositive

Erven - belangrijke begrippen

Erfgenamen: degene die (een deel) van de erfenis krijgt

Testament: hierin kan je zelf regelen wie erfgenamen zijn

Versterferfrecht : geen testament 🡪 : alleen wettige partner en bloedverwanten zijn erfgenamen

Slide 4 - Diapositive

Erven civiel
Geen testament? Versterferfrecht
  1. Echtgenoot en kinderen; ieder voor gelijk deel
  2. Ouders, broers en zussen; ieder gelijk deel maar ouders ieder minimaal 25%
  3. Grootouders
  4. Overgrootouders 

Plaatsvervulling: (klein-) kinderen nemen de plaats in van een erfgenaam. 

Slide 5 - Diapositive

Rietje overlijdt en laat haar partner en 2 kinderen in totaal 240.000. Ze heeft geen testament. Hoeveel krijgt 1 van haar kinderen?

Slide 6 - Question ouverte

Rietje overlijdt en laat haar partner en 1 kinder en 2 kleinkinderen van haar overleden kind achter. In totaal laat ze 240.000. Ze heeft geen testament. Hoeveel krijgt 1 van haar kleinkinderen?

Slide 7 - Question ouverte

Verdeling groep 1: echtgenoot en kinderen
  • Echtgenoot en kinderen erven ieder een gelijk deel
  • Echtgenoot krijgt vruchtgebruik (de beschikking) over erfdelen kinderen
  • Kinderen krijgen een niet-opeisbare vordering (bloot eigendom) op langstlevende echtgenoot. Opeisbaar bij faillissement of overlijden ouder. 
  • Vorderingen zijn rentedragend (tegen wettelijke rente - 6%) 

Slide 8 - Diapositive

Afwikkeling nalatenschap
Executeur
Verklaring van erfrecht 
Aanvaarden of verwerpen? 
- Zuiver aanvaarden 
- Beneficiair aanvaarden (aleen aanvaarden bij positieve nalatenschap)
- Verwerpen

Slide 9 - Diapositive

Aan de slag...
Maken: 10.10 t/m 10.13

Volgende keer EDPUZZLE (https://edpuzzle.com/join/uboifma) paragraaf 10.4 gekeken (anders sancties)

Slide 10 - Diapositive

Erven Fiscaal
Over een erfenis moet erfbelasting worden voldaan. Hoeveel is afhankelijk van: 
  • waarde van de erfenis
  • verwantschap van de ontvangen en de overledene

Slide 11 - Diapositive

Berekenen erfbelasting 
  1. Bepaal de hoogte van de vrijstelling met behulp van tabel 
    "vrijstellingen voor de erfbelasting"
  2. Bepaal de belaste verkrijging: 
    Belaste verkrijging = erfenis - vrijgesteld bedrag 
  3. Bereken de verschuldigde erfbelasting met behulp van tabel "tarieven schenk- en erfbelasting":
    Te betalen erfbelasting = tarief x belaste verkrijging

Slide 12 - Diapositive

Schenken of erven onderneming
Bedrijfsopvolgingsregeling indien sprake van: 
  • echte onderneming 
  • schenker minimaal 5 jaar eigenaar (erflater 1 jaar) 
  • voortzettingstermijn minimaal 5 jaar door begunstigde
  • bij schenken moet begiftigde al minimaal 3 jaar werken in onderneming
Voordeel: vrijstelling ruim € 1.000.000 

Slide 13 - Diapositive

Maken opgave 10.17 en 10.18
timer
15:00

Slide 14 - Diapositive

Opgave 10.17

Slide 15 - Diapositive

Opgave 10.18

Slide 16 - Diapositive

Opgave 10.18

Slide 17 - Diapositive

Als de schenker binnen .... dagen overlijdt, wordt de schenking gezien als erfenis

Slide 18 - Question ouverte

Bij schenken aan een ANBI of SBBI instellingen, dien je wel of geen schenkbelasting te betalen?
A
wel schenkbelasting betalen
B
geen schenkbelasting betalen

Slide 19 - Quiz

Ik schenk jou € 20.000. Hoeveel bedraagt de vrijstelling?

Slide 20 - Question ouverte

Ik schenk jou € 20.000. Het vrijstellingsbedrag is 2.129 euro. Hoeveel schenkbelasting moet jij betalen?

Rond af op hele € naar beneden zonder €

Slide 21 - Question ouverte

Jaap's oma komt te overlijden. Het te erven bedrag is € 45.000. Kleinkind heeft een vrijstelling van € 20.209. Belastingtarief is 18%. Hoeveel erfbelasting dient Jaap te betalen?
A
€ 8.100
B
€ 0
C
€ 4.462,38
D
€ 3.637,62

Slide 22 - Quiz

Doelen CE HAVO 2022 bij dit onderwerp

Slide 23 - Diapositive