havo 3 22-5

Leerdoelen

Ik ken je het verschil tussen commerciële en ideële reclame.
Ik ken het verschil tussen objectief en subjectief taalgebruik.
Ik kan verschillende tekstsoorten benoemen.
Ik kan de bedoeling van de schrijver verwoorden.

1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Leerdoelen

Ik ken je het verschil tussen commerciële en ideële reclame.
Ik ken het verschil tussen objectief en subjectief taalgebruik.
Ik kan verschillende tekstsoorten benoemen.
Ik kan de bedoeling van de schrijver verwoorden.

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom ga ik schrijven?

Slide 2 - Diapositive

Voordat een schrijver zich afvraagt wat hij gaat schrijven of waarover heeft hij voor zichzelf al een andere vraag beantwoord.
Waarom ga ik schrijven?
Wat wil ik bereiken met mijn tekst?

Copyright afbeelding: <a href='https://www.freepik.com/vectors/woman'>Woman vector created by macrovector - www.freepik.com</a>
Welke tekstdoelen
ken je?

Slide 3 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom ga ik schrijven?
Om de lezer te vermaken.
>amuseren
Om de lezer iets te weten te laten komen (te leren).
> informeren
Om de lezer iets te laten doen
(of juist niet).
>activeren
Om de lezer mijn mening te laten overnemen.
>overtuigen

Slide 4 - Diapositive

Voordat een schrijver zich afvraagt wat hij gaat schrijven of waarover heeft hij voor zichzelf al een andere vraag beantwoord.
Waarom ga ik schrijven?
Wat wil ik bereiken met mijn tekst?

Copyright afbeelding: <a href='https://www.freepik.com/vectors/woman'>Woman vector created by macrovector - www.freepik.com</a>
Het tekstdoel bepaalt verschillende
eigenschappen van de tekst.
structuur
taalgebruik
inhoud
publicatie
(bron)
tekstsoort

Slide 5 - Diapositive

Informeren: zakelijk taalgebruik en feiten

Overtuigen: meningen en subjectief taalgebruik

Amuseren: subjectief taalgebruik, iets 'mooi willen zeggen'.
Welkom!

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke tekstsoorten
ken je? Noem er zoveel mogelijk.

Slide 7 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 8 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Informeren

-nieuwsbericht

-handleiding

-gebruiksaanwijzing

-schoolboek

-bijsluiter

-kookboek

-weerbericht

-rouwadvertentie
Activeren

-advertentie

-verkiezingsaffiche

-reclamefolder

-poster in bushokje

-uitnodiging
Amuseren

-roman (fictie)

-stripboek (fictie)

-gedicht (fictie)

-column

-cartoon
Overtuigen

-betoog

-ingezonden brief

-recensie

-column

-commentaar
  redactie

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het verschil tussen
een feit en een mening?
Inhoud

Slide 10 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

taalgebruik
De schrijver zal ook ijn taalgebruik aanpassen aan de bedoeling die hij heeft met zijn tekst.
Objectief
Subjectief
Neutraal


Zakelijk


Onpartijdig

Feiten
Niet zakelijk, veel bijvoeglijke naamwoorden.  

Gebaseerd op geloof, gevoelens (positief of negatief) of vermoedens

Partijdig

Mening

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Commerciële reclame

  • lezer/kijker aanzetten tot het   kopen van een product of het   afnemen van een dienst
  • versterken van het imago van het   merk
Ideële reclame

  • maatschappelijk doel
  • creëren van bewustwording of     gedragsverandering in de 
     maatschappij.

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 13 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Commerciële reclame

  • lezer/kijker aanzetten tot het   kopen van een product of het   afnemen van een dienst
  • versterken van het imago van het   merk
Ideële reclame

  • maatschappelijk doel
  • creëren van bewustwording of  gedragsverandering in de maatschappij.

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 15 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat wil ik bereiken met mijn advertentie?
Wie wil ik bereiken?
(doelgroep)
Wel taalgebruik past hierbij?
Objectief of subjectief ?
Welke toon sla ik aan?
Hoe val ik op tussen de rest?
Welk gevoel wil ik oproepen?

Slide 16 - Diapositive

Objectief > feiten, ideële reclame > SIRE

Subjectief >  Een artikel of reclame waar  een duidelijke mening doorheen verweven is. Veel reclame is volledig subjectief (met feiten wordt creatief omgegaan). supermarkten, de beste, mooiste etc. 

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Tekst en beeld > lay-out/opmaak
  • Tekstverdeling over pagina/advertentie
  • Keuze lettertype
  • Keuze lettergrootte
  • Kleur van de tekst

Functie beeld:
  • Aandacht trekken 
  • Illustratie 
  • Voorbeeld 
  • Informatie toevoegen die niet in de tekst staat
Advertentie
Hoofddoel: activeren
Nevendoel vaak: informerend

Slide 18 - Diapositive

Objectief > feiten, ideële reclame > SIRE

Subjectief >  Een artikel of reclame waar  een duidelijke mening doorheen verweven is. Veel reclame is volledig subjectief (met feiten wordt creatief omgegaan). supermarkten, de beste, mooiste etc. 

Aan de slag
Maak de leesopdracht.
Noteer de antwoorden op een blaadje.
Niet op de tekst of het opgaveblad schrijven a.j.b.

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions