Staat je telefoon uit en zit hij in de telefoonbak?
Liggen alle spullen die je nodig hebt op tafel?
Op tafel ligt:
Je laptop (dicht)
Je poster
Je poster werkwoordspelling
Meld je alvast aan bij LessonUp.
1 / 43
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1
Cette leçon contient 43 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Welkom bij Nederlands!
Check:
Staat je telefoon uit en zit hij in de telefoonbak?
Liggen alle spullen die je nodig hebt op tafel?
Op tafel ligt:
Je laptop (dicht)
Je poster
Je poster werkwoordspelling
Meld je alvast aan bij LessonUp.
Slide 1 - Diapositive
Boekenposter
Werkwoordspelling
Na de lessen deze week...
heb je stap 5 van de boekenposter gedaan.
kun je de persoonsvorm tegenwoordige tijd goed spellen.
Voor sommige leerlingen:
kun je de persoonsvorm verleden tijd goed spellen.
Doel
Slide 2 - Diapositive
Je kunt de verschillen tussen de ik-vorm en de stam benoemen.
Je kunt persoonsvormen in de tegenwoordige tijd goed spellen.
Doel
Slide 3 - Diapositive
Je kunt de verschillen tussen de ik-vorm en de stam benoemen.
Doel
Slide 4 - Diapositive
Ik-vorm en stam
Slide 5 - Diapositive
Het werkwoord dat in de tegenwoordige tijd achter ik staat
hele werkwoord: denken
ik denk
ik-vorm: denk
hele werkwoord: kijken
ik kijk
ik-vorm: kijk
Ik-vorm van het werkwoord
Slide 6 - Diapositive
Welke regels gebruik je bij het schrijven van de ik-vorm?
A
Eindigt nooit op een v
B
Eindigt nooit op een z
C
Eindigt nooit op twee dezelfde medeklinkers
D
Je haalt -en van het hele werkwoord af
Slide 7 - Quiz
Hele werkwoord
Je haalt -en eraf
hele werkwoord: fietsen
-en
stam: fiets
hele werkwoord: bukken
-en
stam: bukk
De stam van het werkwoord
Slide 8 - Diapositive
denk
vind
proef
verhuis
pak
schud
denk
vind
proev
verhuiz
pakk
schudd
Ik-vorm
Stam
Slide 9 - Diapositive
Wat is het verschil tussen de stam en de ik-vorm?
Slide 10 - Question ouverte
Je kunt de verschillen tussen de ik-vorm en de stam benoemen.
Doel
Slide 11 - Diapositive
voor het spellen van de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd.
De ik-vorm is belangrijk
Slide 12 - Diapositive
Je kunt persoonsvormen in de tegenwoordige tijd goed spellen.
Doel
Slide 13 - Diapositive
Vraagproef
Tijdproef
Persoonsvorm?
Slide 14 - Diapositive
3 regels
Persoonsvorm tegenwoordige tijd
Slide 15 - Diapositive
Ik
loop, eet, gaap, zet
Let op: ook als je/jij achter de persoonsvorm staat
Loop jij naar huis?
Controleer je poster:
Is de regel voor ik en je/jij achter de pv duidelijk en compleet?
Verander je poster, als dat nodig is.
Ik-vorm
Slide 16 - Diapositive
Ik _________ mijn laptop op tafel (leggen).
Slide 17 - Question ouverte
_________ jij de foto's vandaag nog (verzenden)?
Slide 18 - Question ouverte
Jij / hij / zij / het
loopt, eet, gaapt, zet
Controleer je poster:
Is de regel voor ik en je/jij achter de pv duidelijk en compleet?
Verander je poster, als dat nodig is.
Ik-vorm + t
Slide 19 - Diapositive
Jij _________ nooit naar school (fietsen).
Slide 20 - Question ouverte
De moeder van Jeroen _________ hem vandaag ziek (melden).
Slide 21 - Question ouverte
Het huiswerk _________ veel (lijken).
Slide 22 - Question ouverte
Meervoud
lopen, eten, gapen, zetten
Controleer je poster:
Is de regel voor ik en je/jij achter de pv duidelijk en compleet?
Verander je poster, als dat nodig is.
Hele werkwoord
Slide 23 - Diapositive
Yonas en Eva _________ de chocola onder de leerlingen (verdelen).
Slide 24 - Question ouverte
Nederlanders _________ altijd veel melk (drinken).
Slide 25 - Question ouverte
Ik-vorm
Ik-vorm + t
Hele werkwoord
Door elkaar
Slide 26 - Diapositive
Het boek _________ ik heel saai (vinden).
Slide 27 - Question ouverte
Mijn familie _________ snorkelen leuk (vinden).
Slide 28 - Question ouverte
_________ jij vaak (zwemmen)?
Slide 29 - Question ouverte
Je kunt persoonsvormen in de tegenwoordige tijd goed spellen.
Doel
Slide 30 - Diapositive
Wat? Online opdrachten maken:
H3, taalverzorging, persoonsvorm tegenwoordige tijd
Let op: werk je ook aan verleden tijd? Maak dan alleen opdr. 1, 2 en 3 en begin aan H5, taalverzorging, de verleden tijd
Hoe?
Je blijft in LessonUp en Teams
Vragen?
Stel ze in de chat of doe je handje omhoog.
Het kan zijn dat je even moet wachten.
Geen audio aan.
Tijd?
Tot 11:55 uur
Klaar?
Werk verder aan je boekenposter
Aan het werk
timer
1:00
Slide 31 - Diapositive
Je kunt de verschillen tussen de ik-vorm en de stam benoemen.
Je kunt persoonsvormen in de tegenwoordige tijd goed spellen.
Doel
Slide 32 - Diapositive
Regel 1: ik-vorm
Ik
Als jij/je achter de pv staat
Regel 2: ik-vorm + t
Jij / hij / zij / het
Regel 3: hele werkwoord
Meervoud
Drie regels werkwoordspelling tt
Slide 33 - Diapositive
De ik-vorm en de stam zijn niet altijd hetzelfde.
A
waar
B
niet waar
Slide 34 - Quiz
De ober _______ zijn vingers aan de hete tosti (branden).
Slide 35 - Question ouverte
Dit boek _______ mij helemaal niet (boeien).
Slide 36 - Question ouverte
Ik _______ het leuk als jullie op mijn verjaardag komen.
Slide 37 - Question ouverte
Laatste vraag!
Slide 38 - Diapositive
Wij _______ elke avond uren op TikTok (zitten).
Slide 39 - Question ouverte
Je kunt de verschillen tussen de ik-vorm en de stam benoemen.
Je kunt persoonsvormen in de tegenwoordige tijd goed spellen.
Doel
Slide 40 - Diapositive
Boekenposter
Werkwoordspelling
Na de lessen deze week...
heb je stap 5 van de boekenposter gedaan.
kun je de persoonsvorm tegenwoordige tijd goed spellen.
kun je de persoonsvorm verleden tijd goed spellen.
Doel
Slide 41 - Diapositive
Hoe heb je gewerkt vandaag? Kies een emoji.
😒🙁😐🙂😃
Slide 42 - Sondage
Volgende les
Woensdag: weektaak af
Boekenposter: stap 5 (niet inleveren)
H3, taalverzorging, persoonsvorm tegenwoordige tijd
Let op: werk je ook aan de verleden tijd? Maak dan H3, taalv. opdr. 1, 2 en 3 en maak H5, taalverzorging: de verleden tijd van zwakke werkwoorden (helemaal)
Donderdag 21 januari: boekenposter inleveren in inleverboxje in Teams!