Week 10

Bonjour!
1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Bonjour!

Slide 1 - Diapositive

Wat heb je liever?

Denk na over wat je kiest. Wat zijn voor- en nadelen?
SO op papier (Iedereen maakt het in de klas, niet tegelijk)
SO online (wel wat lastiger, iedereen maakt het tegelijk)

Slide 2 - Sondage

Le programme:

* Répéter bloc B et C
* Corriger les devoirs
* Bloc D: les phrases-clés
* La fin: quizlet!

Aan het einde van de les:

* ken je de woorden van bloc B en kan je de imparfait maken.
* heb je alle opdrachten nagekeken.
* kan je vragen stellen over bekende mensen en ook de vragen beantwoorden.



Slide 3 - Diapositive

Le programme:

* Répéter bloc B et C
* Corriger les devoirs
* Bloc D: les phrases-clés
* La fin: quizlet!

Aan het einde van de les:

* ken je de woorden van bloc B en kan je de imparfait maken.
* heb je alle opdrachten nagekeken.
* kan je vragen stellen over bekende mensen en ook de vragen beantwoorden.



Slide 4 - Diapositive

Traduis:
het programma
A
la chanson
B
la voix
C
l'émission
D
la femme

Slide 5 - Quiz

Traduis:
meedoen aan
A
chanter
B
participer à
C
fier, fière
D
déménager

Slide 6 - Quiz

Traduis:
trots
A
fier, fière
B
surtout
C
surprise
D
méchant

Slide 7 - Quiz

Traduis:
la chaîne
A
de uitzending
B
de vrouw
C
de kast
D
de tv-zender

Slide 8 - Quiz

Traduis:
également
A
egaal
B
ook
C
heeft uitgebracht
D
vooral

Slide 9 - Quiz

Neem over en zet in de imparfait:
vous ______ (parler)

Slide 10 - Question ouverte

Neem over en zet in de imparfait:
ils ______ (avoir)

Slide 11 - Question ouverte

Neem over en zet in de imparfait:
tu ______ (faire)

Slide 12 - Question ouverte

Neem over en zet in de imparfait:
Pierre ______ (aller)

Slide 13 - Question ouverte

Neem over en zet in de imparfait:
elles ______ (être)

Slide 14 - Question ouverte

Le programme:

* Répéter bloc B et C
* Corriger les devoirs
* Bloc D: les phrases-clés
* Bloc E: lire/regarder
* La fin: quizlet!

Aan het einde van de les:

* ken je de woorden van bloc B en kan je de imparfait maken.
* heb je alle opdrachten nagekeken.
* kan je vragen stellen over bekende mensen en ook de vragen beantwoorden.
* weet je hoe je een woordenboek kan gebruiken.


Slide 15 - Diapositive

Corriger les devoirs
Ex. 8b - let op bij alinea 3 en 4! 
Alinea 1: 6
Alinea 2: 5
Alinea 3: 4
Alinea 4: 4
Alinea 5: 7
Alinea 6: 1

Slide 16 - Diapositive

Ex. 8c
1. C
2. A
3. B
4. B
5. B
6. B

Slide 17 - Diapositive

Ex. 10a

1. voix
2. a participé
3. une émission
4. fier
5. le début
6. a sorti
Ex. 10b: lezen
Ex. 10c:
1. en - opsomming
2. vast/juist - bevestigend
3. ook - opsomming
4. bovendien - opsomming
5. dus - gevolg

Slide 18 - Diapositive

Ex. 10d
Graines de star = ...
1. Jenifer heeft een geweldige stem, dus heeft ze meegedaan aan ...
2. Omdat Jenifer een geweldige stem heeft, heeft ze meegedaan aan ...
3. Jenifer heeft een geweldige stem en zij heeft meegedaan aan ...
4. Jenifer heeft megedaan aan ... omdat ze een geweldige stem heeft.
5. Jenifer heeft een geweldige stem. Daarom heeft ze meegedaan aan ...
6. Jenifer heeft een geweldige stem. Zij heeft ook meegedaan aan ...

Slide 19 - Diapositive

Ex. 39 (p. 127 WB)
Ex. 39a
1. komen 10 miljoen toeristen per jaar
2. plaatsen
3. waarom
Ex. 39b
1. St. Tropez                  4. Nice
2. Cannes                      5. Antibes
3. Antibes                      6. Nice

Slide 20 - Diapositive

Le programme:

* Répéter bloc B et C
* Corriger les devoirs
* Bloc D: les phrases-clés
* La fin: quizlet!

Aan het einde van de les:

* ken je de woorden van bloc B en kan je de imparfait maken.
* heb je alle opdrachten nagekeken.
* kan je vragen stellen over bekende mensen en ook de vragen beantwoorden.



Slide 21 - Diapositive

Bloc D (p. 43 TB)
* La prononciation
* Les phrases-clés

* Ex. 16d: exemple (p. 105 WB)

Maak nu zelf een gesprekje zoals op de vorige slide. Kies Stromae of Enrique Iglesias. (7 minutes)

Slide 22 - Diapositive

Tu connais Amel Bent?

Il vient d'où?

Qu'est-ce qu'il chante?

Tu as déjà rencontré Amel Bent?

Qu'est-ce qu'il fait en ce moment?
Je connais Amel Bent. / Je ne connais pas Amel Bent.
Il vient de France, il est d'origine marocaine. (let op: vrouwelijk!)

Il chante du pop.

J'ai déjà rencontré Amel Bent.

Il est en tournée, il n'a pas de nouvel album.

Slide 23 - Diapositive

Le programme:

* Répéter bloc B et C
* Corriger les devoirs
* Bloc D: les phrases-clés
* Bloc E: lire/regarder
* La fin: quizlet!

Aan het einde van de les:

* ken je de woorden van bloc B en kan je de imparfait maken.
* heb je alle opdrachten nagekeken.
* kan je vragen stellen over bekende mensen en ook de vragen beantwoorden.
* weet je hoe je een woordenboek kan gebruiken.


Slide 24 - Diapositive

Le programme:

* Répéter bloc B et C
* Corriger les devoirs
* Bloc D: les phrases-clés
* Bloc E: lire/regarder
* La fin: quizlet!

Aan het einde van de les:

* ken je de woorden van bloc B en kan je de imparfait maken.
* heb je alle opdrachten nagekeken.
* kan je vragen stellen over bekende mensen en ook de vragen beantwoorden.
* weet je hoe je een woordenboek kan gebruiken.


Slide 25 - Diapositive

La fin!
Les devoirs:
Faire: ex. 17a.
Apprendre: bloc D. Of volg je eigen planning voor het SO.

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Bloc E (p. 44 TB)
- Qu'est-ce que le titre signifie?
- L'introduction?
- La photo?

* Au travail! Faites ex. 17a (6 Franse vragen bedenken), 19ab, 20 et 21ab. Temps: environ 15 minutes. Questions? Posez-les!

Slide 28 - Diapositive