Fictie literaire mindmap (les 1 en 2) en werkles 3

timer
10:00
1 / 35
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 35 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 100 min

Éléments de cette leçon

timer
10:00

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Planning
  • Waarom lezen we?
  • Uitleg theorie
  • Aan de slag
  • Afsluiting van de les

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 3 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 4 - Diapositive

Zwarte plekje is je woordbeeld.
Rode kruispunten zijn actiever dan de blauwe kruispunten.

Je traint je hersenen. Zijn er meer en actiever.

Bron: https://www.facebook.com/tijdvoormax/videos/erik-scherder-over-het-belang-van-lezen/337052206919267/


Fictie 1.1 (p. 8)
Na deze paragraaf weet je:
  • wat het psychisch perspectief is;
  • wat het tijdsperspectief is;
  • wat realistische, emotieve en 
morele argumenten bij een mening zijn.

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Perspectief (pagina 11)
Bron: Talent Max

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Tijdsperspectief
Het moment waarop het verhaal verteld wordt:

  1.  Met de gebeurtenissen mee.
  2. Het verhaal wordt achteraf verteld. 
p. 12

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Realistische argumenten
Je gebruikt beoordelingswoorden die aangeven in hoeverre jij een verhaal realistisch (levensecht) vindt.

geloofwaardig - herkenbaar - bedacht - origineel 

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Emotieve argumenten
Je gebruikt beoordelingswoorden die aangeven wat een verhaal met je doet (emotie).

maakt me vrolijk - spannend - vol vaart - ontroerend - beklemmend

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Morele argumenten
Je gebruikt beoordelingswoorden die iets zeggen over de keuzes die de personages maken of over de boodschap die de schrijver wil uitdragen. Normen en waarden.

Goed voorbeeld - keur ik af - asociaal - rechtvaardig - betrokken

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Fictie 2.1 (p. 88)
Wat betekent:
  • chronologisch en niet-chronologisch?
  • voorgeschiedenis?

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Chronologisch
Volgorde in tijd



Niet-chronologisch
Flashback en flashforward



Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Dansen in diep water (p.11)
.

Eerste uitgave 2018
Eerste uitgave 1954

Slide 13 - Diapositive

  • Wat vond je van het verhaal?
  • Zaten er woorden in die je niet begreep?
  • Zaten er zinnen in die je niet begreep?
  • Auteursdossier p. 10/11.
Werkmoment
  • Maak opdrachten 3, 5, 6 en 7 van paragraaf 1.1. 
  • Schrijf de antwoorden in je schrift.
  • Bespreek de antwoorden met je buur.
  • Ben je het eens?

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Afsluiting
Hoe ver ben je met de opdrachten?

Welke vragen heb je?

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

timer
10:00

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Planning
  • Antwoorden bespreken (boek pagina 10)
  • Aan de slag
  • Afsluiting van de les

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wie is de hoofdpersoon? (3a)

Slide 18 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Noem vier dingen die je
over de hoofdpersoon weet. (3b)

Slide 19 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat weet je van
het andere meisje? (3c)

Slide 20 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar en wanneer speelt
het verhaal zich af? (3d)

Slide 21 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Bespreken (p. 12)
Opdracht 5: psychisch perspectief
Opdracht 6: tijdsperspectief
Opdracht 7: argumenten bij je mening

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Werkmoment
Hoe zit dat bij jouw boek? Schrijf in je schrift je antwoord op onderstaande vragen. Schrijf er een voorbeeld bij.
• Welk psychisch perspectief? p. 11
• Welk tijdsperspectief? p. 12
• Chronologisch of niet? p. 88

De p. verwijst naar de pagina van de theorie. 

Klik hier als je alles af hebt
Lees tekst 3 van paragraaf 1.1, maak 9 en 10 (p. 13)
Lees tekst 1 van paragraa 2.1. maak 2, 3, en 5 (p. 84)

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik weet welke psychische
perspectieven er zijn.
0100

Slide 24 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik weet wat met tijdsperspectief
wordt bedoeld.
0100

Slide 25 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik weet wat met chronologisch en
niet-chronologisch wordt bedoeld.
0100

Slide 26 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Afsluiting

Hoe ver ben je met de opdrachten?


Welke vragen heb je?

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

timer
10:00
Les 3

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Planning
  • Vragen voor de toets /  huiswerkcontrole
  • Toelichting mindmap: takken
  • Aan de slag
  • Afsluiting van de les

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vragen voor de toets / hw-controle
Test Jezelf: 1.8, 2.8 en 3.8

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Takken mindmap
  1. Schrijver: wie, bijzonderheden, andere boeken, thema's
  2. Beoordelingswoorden: emotief, moreel, realistisch
  3. Plot: verhaal in het kort => steekwoorden/plaatjes
  4. Personages (hoofd- en bijpersonen)
  5. Tijd (in welk tijdperk, flashback, flashforward)
  6. Spanning

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Spanning
  • Je leest een stukje vanuit iemands perspectief, maar je weet nog niet wie dat is.
  • Er is een belangrijke vraag, wie heeft het gedaan, maar die wordt pas aan het einde beantwoord.
  • Een cliffhanger aan het einde van een hoofdstuk.
  • De manier waarop een ruimte of situatie is beschreven.
  • Wisselen in verhaallijn.

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Werkmoment
  • Werk aan je fictietaak.
  • Leer voor de toets.

Fluisterend overleggen.

Ik loop rond om vragen te beantwoorden.

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 34 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Afsluiting


Succes met leren deze week!

Slide 35 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions