Past simple GT2D

1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

TODAY
  • HOMEWORK 
  • HOMEWORK CHECK 
  • AIMS 
  • PAST SIMPLE 
  • TEST 
  • AIMS

Slide 2 - Diapositive

HOMEWORK
LEREN: vocab A t/m I

THURSDAY 11 OCTOBER 2018
6E LESUUR

Slide 3 - Diapositive

HOMEWORK CHECK
TEST YOURSELF
1 T/M 5
WORKBOOK BLZ. 24 T/M 27  

Slide 4 - Diapositive

AIMS
At the end of this lesson you...
Can make senteces about the past, using the past simple.

Slide 5 - Diapositive

Wat weet je nog over de past simple?

Slide 6 - Carte mentale

PAST SIMPLE
  • De past simple gebruik je om te zeggen dat iets in het verleden is gebeurd en nu is afgelopen.

  • Vaak staat er een tijdsbepaling in de zin:
  • last night, yesterday, in 2012 

Slide 7 - Diapositive

Regelmatige werkwoorden
  • Bij regelmatige werkwoorden in de verleden tijd komt er -ED achter het hele werkwoord.

  • I watch tv. (tegenwoordige tijd)
  • I watched tv yesterday.

Slide 8 - Diapositive

Onregelmatige werkwoorden
  • Onregelmatige werkwoorden hebben allemaal hun eigen vorm in de verleden tijd. 

  • Dit is het tweede rijtje van de onregelmatige werkwoorden op blz. 161 van je tekstboek.

  • Shakespeare wrote Hamlet. (verleden tijd van write)

Slide 9 - Diapositive

Onregelmatige werkwoorden
Er is geen regel wanneer een werkwoord regelmatig of onregelmatig is!!

De onregelmatige werkwoorden moet je leren!!!

Slide 10 - Diapositive

TO BE
  • To be is een onregelmatig werkwoord.
  • Deze heeft 2 verschillende vormen in de verleden tijd!
  • I was
  • You were
  • He/she/it was
  • We/you/they were
  • Let op! Is het onderwerp ik, hij, zij of het? dan was! 

Slide 11 - Diapositive

Maak de zin naar de past simple.
Bernou .... a film yesterday (watch).

Slide 12 - Question ouverte

They .... hard on their project (work).

Slide 13 - Question ouverte

You .... at a party last week (be).

Slide 14 - Question ouverte

VRAGEN
  • Staat er was of were in de zin?
  • Draai was/were om met het onderwerp in de zin.
  • she was at a party yesterday. (onderwerp = she)
  • she draai ik om met was.
  • Was she at a party?

Slide 15 - Diapositive

VRAGEN
  • Staat er geen was of were in de zin?
  • Dan maak je vragen met did + het hele werkwoord.

  • She went to a party. (onregelmatig verleden tijd)
  • Did she go to a party? (vraag zin)


Slide 16 - Diapositive

VRAGEN
  • She went to a party. (onregelmatig verleden tijd)
  • Did she go to a party? (vraag zin)

  • I worked very hard yesterday. (regelmatig verleden tijd).
  • Did I work very hard yesterday? (vraag zin)


Slide 17 - Diapositive

Kies de goede vraagzin.

They found a mummy.
A
Found they a mummy?
B
Did they find a mummy?
C
Did they found a mummy?
D
Was they found a mummy?

Slide 18 - Quiz

Maak van de volgende zin een vraag.
I was at the zoo last year.

Slide 19 - Question ouverte

Maak van de volgende zin een vraag.
Jetske cleaned her room.

Slide 20 - Question ouverte

ONTKENNINGEN
  • Staat er was/were in de zin?
  • Maak je ontkenning met was not/were not.

  • I was at the gym.
  • I wasn't at the gym.
  • They were at the gym.
  • They weren't at the gym.

Slide 21 - Diapositive

ONTKENNINGEN
  • Staat er geen was/were in de zin?
  • Maak je ontkenning met didn't + hele werkwoord.

  • I went to the party.
  • I didn't go at the gym.
  • They worked at the gym.
  • They didn't work at the gym.

Slide 22 - Diapositive

Oefening
Zet de woorden tussen haakjes in de verleden tijd om de zin kloppend in de verleden tijd te zetten.
Schrijf de hele zin over!

Slide 23 - Diapositive

I ... to talk to you last night. (want)

Slide 24 - Question ouverte

Did he .... to Anne at the party? (talk)

Slide 25 - Question ouverte

She .... the dog. (walk)

Slide 26 - Question ouverte

He ....... his room (not clean).

Slide 27 - Question ouverte

She .... at my birthday party. (not be)

Slide 28 - Question ouverte

.... they .... the cup? (break)

Slide 29 - Question ouverte

The dog ..... the cup. (break)

Slide 30 - Question ouverte

Banksy .... .... this painting (not make)

Slide 31 - Question ouverte

AIMS
At the end of this lesson you...
Can make senteces about the past, using the past simple.

Slide 32 - Diapositive