Dan of als?

Dan of als?
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Dan of als?

Slide 1 - Diapositive

Wat is het verschil tussen 'dan' en 'als'?

Slide 2 - Question ouverte

Je leert wanneer je dan of als gebruikt

Slide 3 - Diapositive

Verschil en overeenkomst!
Dan....
Als...

Slide 4 - Diapositive

Hij is groter ___ zijn broer.
A
en
B
dan
C
dan ook
D
als

Slide 5 - Quiz

Zij zingt beter ___ ik.
A
zoals
B
meer dan
C
als
D
dan

Slide 6 - Quiz

Jij bent net zo slim ___ je vader.
A
meer dan
B
als
C
en
D
dan

Slide 7 - Quiz

Het is even veel waard ___ de nieuwe Ipad.
A
als
B
zoals
C
dan
D
en ook

Slide 8 - Quiz

Hij komt later ___ ik.
A
als
B
eerder
C
voor
D
dan

Slide 9 - Quiz

Ik ben even oud..... mijn tweelingzus

Slide 10 - Question ouverte

Mijn vader is beter in rekenen..... ik

Slide 11 - Question ouverte