Bloed Les 6: Bloedgroepen

Bloedgroepen
§1.7 Symbiose
HAVO 2
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
Middelbare school

Cette leçon contient 18 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Bloedgroepen
§1.7 Symbiose
HAVO 2

Slide 1 - Diapositive

Vorige keer
Lymfestelsel
- bloedplasma, weefselvloeistof, lymfe(vloeistof)
- lymfevaten lijken op aders
- lymfeklieren/knopen

Slide 2 - Diapositive

Deze les
1. Bespreken huiswerk: WB §1.5
2. Uitleg Symbiose §1.7 bloedgroepen
- bloedgroep A, B, AB en 0.
- antigenen, antistoffen
- Hoe bepaal je welke bloedgroep je hebt?
- Bloed nodig? Van welke bloedgroep?
3. Oefenen

Slide 3 - Diapositive

Bloed
Bloed bestaat uit:
- bloedplasma
- vaste bestanddelen

Slide 4 - Diapositive

Bloed
Bloed bestaat uit:
- bloedplasma, bevat o.a. antistoffen

- vaste bestanddelen bevat:
Rode en witte bloedcellen en bloedplaatjes.

Slide 5 - Diapositive

Bloedgroepen
Er zijn vier soorten bloedgroepen:
- A
- B
- AB
- O

Bloedgroep wordt bepaald door antigenen aan buitenkant van de cel.


Slide 6 - Diapositive

Bloedgroepen
Mensen met bloedgroep A hebben antigeen A op de rode bloedcellen.

En ook antistoffen tegen antigeen B in het bloedplasma.

Slide 7 - Diapositive

Antistoffen
Antistoffen passen precies op antigeen waarvoor ze bedoeld zijn.

Als dit gebeurt bij verkeerde transfusie: bloed klontert samen in de bloedvaten.

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Bloedgroep bepalen
Je hebt nodig:
- druppel bloed
- antistoffen A en B

Voeg druppel samen met de antistof en kijk of het stolt.
Zo ja, dan heeft diegene dat antigeen.

Slide 10 - Diapositive

Bloedgroep bepalen
P heeft dus bloedgroep A
Q heeft bloed groep B
R heeft bloedgroep AB
S heeft bloedgroep 0

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Lien

Slide 13 - Vidéo

Bloed krijgen en geven
Rhesusfactor is ook een antigeen.
Als je bloed nodig hebt, krijg je bloed van iemand met dezelfde bloedgroep.

Soms is die bloedgroep niet aanwezig. Wat dan?

Slide 14 - Diapositive

Bloed krijgen en geven
Als je bloed krijgt,
krijg je alleen de rode bloedcellen (niet de antistoffen).

Stel je hebt bloedgroep A. Van welke bloedgroep kan je bloed ontvangen?

Slide 15 - Diapositive

Bloed krijgen en geven
Bloedgroep 0 = universele donor.

Bloedgroep AB = universele acceptor.

Slide 16 - Diapositive

Bloed krijgen en geven
Bloedgroep 0 = universele donor.

Bloedgroep AB = universele acceptor.

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Lien