5 - 6 dec leesvaardigheid herhaling

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

T G 2 D

5 dec.

Welkom!

Boek en wisbordje op tafel!

Leerdoel deze week

• Je kent de toetsstof van TEA2: leesvaardigheid 1.3; 2.3; 3.3 plus de stof van klas 1
• Je hebt vragen gesteld en beantwoord gekregen over onderwerpen die je nog moeilijk vindt
• Je kent de termen die we bij toetsvragen gebruiken.

=> TEA 2: toets leesvaardigheid

 

Huiswerk

Maken: opdrachten 21-27 bij tekst 4, pag. 185 e.v.

Leer theorieblokken leesvaardigheid Hst 3.3

Herhaal theorieblokken leesvaardigheid Hst 1.3 en Hst 2.3

Noteer vragen over de toetsstof

Extra oefenen? opdrachten Tiny houses Diataal, zie Teams, Lesmateriaal, P2

Meenemen: boek van Talent en schrift 

Bespreking huiswerk

Noteer de onderwerpen van leesvaardigheid die je nog erg moeilijk vindt.

Leesvaardigheid: 

aanpak van de tekst en terminologie in de toets

Tekst lezen: pen in de hand!

• markeerstift en/of pen in de hand:
• markeer voorbeelden
• markeer signaalwoorden: dus => conclusie /  ook =>  opsomming / in tegenstelling tot => tegenstelling
• markeer voor- en nadelen (als de tekst die vermeldt)
• kernzin per alinea (eerste, tweede of laatste zin)
• Lees de tekst volledig voordat je begint met beantwoorden van vragen

Termen uit de toets

• Citeer de zin
• bv: "De schrijver vindt......boven de stof." (r.23-25)
• Citeer het zinsdeel waaruit blijkt dat de schrijver het ermee eens is
• bv: "want de schrijver.....in zijn recht." (r.38)
• Formuleer de drie voordelen in een goedlopende zin.
• => eigen woorden, let op hoofdletter, punt, komma bij een samengestelde zin

Theorie-, mc- en open vraag

• Schrijf met pen (blauw of zwart)
• Schrijf duidelijk! 
• Sla een regel wit over na elke vraag
• Theorievraag: die gaat niet over de tekst, dus beantwoord deze algemeen! 
  
• Multiple choicevraag: alleen de letter
• Open vraag: herhaal de vraag in je antwoord

Tot slot 

• Aftrek spelling: max. 0,7 op je eindcijfer
• Bekijk je feedback op je schrijfproducten: zowel bij de advertentietekst als fabel lees je waarop je moet letten
• Neem een leesboek mee naar alle toetsen in de toetsweek

Talent pag. 105

Zelfstandig werken (in Plenda, 12-12)

• Maken: Opdracht 18 t/m 25 van Hst 2
• Nakijken vorige opdrachten: doorgeven als je een antwoordmodel nodig hebt.
• Meenemen: boek van Talent en schrift 

Morgen: leesboek mee voor na de toets

T G 2 D

6 dec

Oefentoets

Termen uit de toets

• Citeer de zin
• "De schrijver vindt......boven de stof." (r.23-25)
• Citeer het zinsdeel waaruit blijkt dat de schrijver het ermee eens is
• "want de schrijver.....in zijn recht."
• Formuleer de drie voordelen in een goedlopende zin.
• => eigen woorden, let op hoofdletter, punt, komma bij een samengestelde zin

Laatste vraag:

Ik heb deze oefentoets ...

(1) waarschijnlijk voldoende 

(2) waarschijnlijk onvoldoende gemaakt