P2 week 6 en 7 les 10, 11 en 12

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

T H 2 M

4 december

Welkom!

Startopdracht: lezen in je leesboek 

Startopdracht: Formatief toetsje Leesvaardigheid 

Pak je laptop en log in bij LessonUp

Leerdoel deze week

• Je hebt geoefend met argumenten en het tekstverband 'oorzaak-gevolg'
• Je hebt je huiswerkopdrachten verbeterd
• Je hebt tekst 4 gelezen en hierover nagedacht

=> TEA 2: leesvaardigheid: H1, 2 en 3 Talent & Reader

 

Huiswerk 4 december

• Opdrachten 3 en 5 bij tekst 3 reader maken (de andere opdrachten hadden we al in de les behandeld)
• Opdrachten 13 t/m 16 maken Talent 2.3 
• Opdrachten 17 t/m 22 maken Talent 3.3
• Leer blauwe theorieblokken leesvaardigheid H 2.3 en H 3.3

Tekst 4 uit je reader: 

Uniform

In groepjes 

Argumenten vóór het uniform

Argumenten tegen het uniform

Tekst 5: Een ander land, ander onderwijs

Skim de tekst en vul samen de vragen in

Oefentoets 

Plenda, 10 dec. 4e uur:

• Nederlands leesboek mee en pen
• je mag een woordenboek gebruiken
  

Bekijk de theorieblokken leesvaardigheid in Talent:

welke vragen heb je nog?

wat heb je nog nodig?

T H 2 M

10 dec.

Welkom!

Leesboek en Plenda op tafel

in Plenda, 11 dec.

• Talent: Leer alle blauwe theorieblokken leesvaardigheid H 1.3, H 2.3 en H 3.3
• Noteer je vragen (als je die nog hebt)


• Lezen tekst 5 uit reader: Een ander land, een ander onderwijs en opdracht 2 maken.
• Extra: oefenteksten maken in Talent (Talent boek A, Hst 2: tekst 1, opdr. 5 t/m 8; tekst 2, opdr. 13 t/m 16, Hst 3: tekst 3, opdr. 17 t/m 22, of andere teksten uit deze paragrafen) 

T H 2 M

11 dec.

Welkom!

Leesboek op tafel

Oefentoets nakijken en bespreken

1.  gebruik een andere kleur pen
2. in de kantlijn schrijf je het aantal punten dat je behaald hebt
3. bij elke vraag onderstreep je de doe-woorden en andere belangrijke info
4. Voorbeeld: Zoek drie signaalwoorden voor een opsommend tekstverband en noteer ze.
5. Zoek drie signaalwoorden voor een opsommend tekstverband en noteer ze.

Wat is je conclusie? 

Wat moet je nog doen?

Citeren

• Staat in de opdracht "Citeer", dan betekent dit dat je de precieze zin(nen) uit de tekst als antwoord geeft.
• Dat doe je als volgt:
  
• Aanhalingstekens, eerste twee woorden, laatste twee woorden, aanhalingstekens, punt, regelnr.
• "Dit moet ....gedaan worden." (r. 34-35).

Activiteit 1:

• Geleide samenvatting maken
• Daarna lezen

of activiteit 2:

• Oefentoetsje leesvaardigheid maken
• Daarna lezen

Wat heb je deze week bereikt?