Opfrisles NIBI

Opfrisles NIBI
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Opfrisles NIBI

Slide 1 - Diapositive

1) Wat is de naam van onderdeel 5?
A
Bloed
B
Bloedplasma
C
Longblaasje
D
Koolstofdioxide

Slide 2 - Quiz

2) Wat is de naam van onderdeel 8?
A
Beenader
B
Poortader
C
Onderste holle ader
D
Leverader

Slide 3 - Quiz

3) Welke cel kan een bloedvat niet verlaten?
A
Witte bloedcel
B
Rode bloedcel
C
Bloedplaatje

Slide 4 - Quiz

4) Welk organisatieniveau past tussen organel en weefsel?
(Begin met een hoofdletter...)

Slide 5 - Question ouverte

5) In de grafiek is de mate van vertering van het voedsel bij de mens weergegeven tijdens de passage van het voedsel van de mond naar de anus. Met de grafieken P en Q wordt de vertering van verschillende voedingsstoffen aangegeven.
Van welke voedingsstof wordt de vertering door grafiek P aangegeven?
A
Koolhydraat
B
Eiwit
C
Vet

Slide 6 - Quiz

6) Twee voorbeelden van verbrandingsproducten zijn: koolstofdioxide en ……..?
Begin met een hoofdletter

Slide 7 - Question ouverte

7) Hoe heten het ruggenmerg en de hersenen samen?
alleen kleine letters

Slide 8 - Question ouverte

8) Bij honden is een zwarte vachtkleur recessief. Een heterozygote vrouwtjeshond paart met een zwart mannetje.
Hoe groot is de kans op een bruine puppy?

A
0 %
B
25 %
C
50 %
D
75 %

Slide 9 - Quiz

9) De eerste stap van evolutie is het bestaan van………………….?
A
Natuurlijke selectie
B
Reproductieve isolatie
C
Prokaryoten
D
Genetische variatie

Slide 10 - Quiz

10) Welke is een dierlijke cel?
A         B        C       D
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 11 - Quiz

11) Bij welk biologisch proces spelen de kroonbladeren van een bloem een belangrijke rol?
A
voortplanting
B
stofwisseling

Slide 12 - Quiz

12) Welke term hoort er bij de pijlen 1, 2, en 4 in deze koolstofkringloop?
Begin met een hoofdletter...

Slide 13 - Question ouverte

13) de zachte onderdelen van je skelet, zoals je neus en oren bestaan uit deze stof
A
kraakbeen
B
levercellen

Slide 14 - Quiz

14) Vul aan:
Op het moment dat je een geluid hoort zetten de onderdelen van je oor een ………….. om in een impuls.
Begin met een hoofdletter

Slide 15 - Question ouverte

15) Welk levensverschijnsel ontbreekt?
Hoofdletter...!

Slide 16 - Question ouverte

16) Hoe heet de plek op het netvlies waar je het scherpste ziet?
A
Blinde vlek
B
Gele vlek
C
Lens
D
Oculair

Slide 17 - Quiz

17) Als je tijdens de seks beschermd wil zijn tegen ongewenste zwangerschappen en SOA’s? Welk voorbehoedsmiddel zou je dan moeten kiezen?
A
Condoom
B
Spiraaltje
C
Periodieke onthouding
D
Pil

Slide 18 - Quiz

19) twee lieveheersbeestjes.... 
wat is de overkoepelende term voor deze voorbeelden? 

Slide 19 - Diapositive

20) Hiermee begint een experiment altijd.
Hoofdletter!

Slide 20 - Question ouverte

21) Welk orgaan in het spijsverteringsstelsel produceert gal?
A
Maag
B
Galblaas
C
Alvleesklier
D
Lever

Slide 21 - Quiz

22) Wat is de naam van onderdeel 4 in onderstaande afbeelding?
.....!

Slide 22 - Question ouverte

23) een leeuw en poedel behoren tot dezelfde rijk, afdeling klasse en orde. 




maar ze behoren tot een verschillende soort, geslacht en ... 

Slide 23 - Diapositive

24) een zeester is .... symmetrisch 

Slide 24 - Diapositive

25) de knie is een voorbeeld van een gewricht dat werkt als een... 

Slide 25 - Diapositive

26) In welk deel van de huid moet de inkt van een tatoeage komen om te voorkomen dat de tatoeage snel afslijt? 

Slide 26 - Diapositive

27) Welk type zenuwcel is te zien op het plaatje? 

Slide 27 - Diapositive

28) Welke kies hoort bij de planteneter? 

Slide 28 - Diapositive

29) In een voedselweb vind je pijlen. Over deze pijlen wordt een bewering gedaan. Maak de bewering af.
In een voedselweb wijst de pijl naar degene die……….

A
Eet
B
Gegeten wordt

Slide 29 - Quiz

30) Als je bloedgroep 0 hebt, kun je bloed ontvangen van andere mensen die bloedgroep … hebben.
A
A en O
B
B en O
C
A, B, AB en O
D
O

Slide 30 - Quiz

dit was het... 

Slide 31 - Diapositive

Valt het mee of tegen wat je nog weet?
😒🙁😐🙂😃

Slide 32 - Sondage