Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Taalkundig ontleden - VW en samengestelde zinnen
Taalkundig ontleden - VW en samengestelde zinnen
Staat niet in
Talent
Nieuwe theorie
1 / 21
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Cette leçon contient
21 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
50 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Taalkundig ontleden - VW en samengestelde zinnen
Staat niet in
Talent
Nieuwe theorie
Slide 1 - Diapositive
Vandaag
Voegwoord
Samengestelde zinnen
Slide 2 - Diapositive
Noem het voegwoord in onderstaande zin.
Romy leest haar e-mail, terwijl ze een broodje eet.
Slide 3 - Question ouverte
VW - voegwoord
Een voegwoord is een woord dat twee korte zinnen, woordgroepen of woorden aan elkaar koppelt.
1. Sam zou vandaag zijn presentatie geven.
2. Hij is ziek.
Sam zou vandaag zijn presentatie geven,
maar
hij is ziek.
Slide 4 - Diapositive
VW - voegwoord
1. Het regende vanochtend.
2. Ik werd met de auto naar school gebracht.
I
k werd met de auto naar school gebracht,
omdat
het regende vanochtend.
Slide 5 - Diapositive
VW - voegwoord
Een voegwoord (vw) verbindt
• twee zinsdelen:
Hebben jullie een kat
en
een hond?
We gaan dit weekend zwemmen
of
naar de stad.
• twee zinnen:
Wij willen wel gaan zwemmen,
want
het is heerlijk weer.
Omdat
hij goed is in hockey, is hij heel populair.
Slide 6 - Diapositive
Twee soorten voegwoorden
Nevenschikkend voegwoord
:
en
,
maar
,
want
,
of
en
dus
HZ + HZ
Onderschikkend voegwoord
:
terwijl, om, omdat, doordat, zodat, zodra, als, toen, hoewel, tenzij, etc.
HZ + BZ of BZ + HZ
Slide 7 - Diapositive
Noem het voegwoord in onderstaande zin.
Rob wil later bij de landmacht of de luchtmacht werken.
Slide 8 - Question ouverte
Noem het voegwoord in onderstaande zin.
Romy leest haar e-mail, terwijl ze een broodje eet.
Slide 9 - Question ouverte
Noem het voegwoord in onderstaande zin.
De minister liep snel langs de journalisten, want hij wilde geen vragen beantwoorden.
Slide 10 - Question ouverte
Samengestelde zinnen
= één zin bestaat uit meerdere zinnen.
Sam zou vandaag zijn presentatie geven,
maar
hij is ziek.
1) Sam zou vandaag zijn presentatie geven.
2) Hij is ziek.
Die zinnen kunnen aan elkaar worden gemaakt door voegwoorden, maar dat hoeft niet!
Slide 11 - Diapositive
Samengestelde zinnen
Samengestelde zinnen bestaan uit
hoofdzinnen
en
bijzinnen
.
Hij gaat morgen naar de dierentuin,
want
dan is de entree gratis.
Hij gaat morgen naar de dierentuin,
omdat
de entree gratis is.
Omdat
de entree gratis is, gaat hij morgen naar de dierentuin.
Slide 12 - Diapositive
Hoofdzin
Kenmerken hoofdzin:
- onderwerp en persoonsvorm staan naast elkaar.
- persoonsvorm staat op plek 1 of 2 in de zin.
- Elke samengestelde zin heeft een HZ.
- Een samengestelde zin kan 2 HZ hebben.
Slide 13 - Diapositive
Bijzin
Kenmerken bijzin:
- onderwerp en persoonsvorm staan niet naast elkaar/ je kunt het woordje 'niet' ertussen zetten.
- persoonsvorm staat op de laatste of een na laatste plek in de zin.
- Niet elke samengestelde zin heeft een BZ.
- BZ kan vooraan of achteraan staan.
Slide 14 - Diapositive
Hoofd- en bijzinnen
Er zijn dus een paar combinaties mogelijk:
1. hoofdzin + hoofdzin
Hij zwaait opa en oma uit,
want die gaan een grote reis maken.
2. hoofdzin + bijzin
Hij hoopt
dat hij opa en oma kan uitzwaaien.
3. bijzin + hoofdzin
Omdat opa en oma op reis gaan,
zwaait hij ze uit.
Slide 15 - Diapositive
Hoofd- en bijzinnen
Zo herken je hoofd- en bijzinnen:
1. Verander de zin van tijd of getal; dan vind je alle PV's.
2. Zoek van de zinnen alle PV's en O's.
3. Probeer of je tussen de PV en O een woord kunt invoegen.
- Dat lukt niet: hoofdzin.
- Dat lukt wel: bijzin.
Slide 16 - Diapositive
Deze meneer beweert dat een blaffende hond niet bijt.
A
HZ + HZ
B
HZ + BZ
C
BZ + HZ
D
BZ + BZ
Slide 17 - Quiz
Of Nederland snel uit de crisis komt, wachten we maar af.
A
HZ + HZ
B
HZ + BZ
C
BZ + HZ
D
BZ + BZ
Slide 18 - Quiz
Wie de dader van de moord is, wordt nog niet bekend gemaakt.
A
HZ + HZ
B
HZ + BZ
C
BZ + HZ
D
BZ + BZ
Slide 19 - Quiz
Sneeuwwitje werd ziek, doordat ze van de vergiftigde appel at.
A
HZ + HZ
B
HZ + BZ
C
BZ + HZ
D
BZ + BZ
Slide 20 - Quiz
Huiswerk
Maak het werkblad
'HW oefening samengestelde zinnen 2TH'
dat op Classroom staat. We kijken het na in de les.
Klaar?
- Lezen in je leesboek
- Cambiumned.nl --> zelf oefenen
Slide 21 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
2AG H2.7 gramzinsdelen voegwoorden onderschikking nevenschikking BZ HZ
Novembre 2019
- Leçon avec
17 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
2D + E Samengestelde zinnen
Novembre 2020
- Leçon avec
13 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Samengestelde zinnen herhaling
Octobre 2023
- Leçon avec
14 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
2D + E Samengestelde zinnen
Janvier 2021
- Leçon avec
18 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
TKB-2 blok 5.4 hoofd- en bijzinnen
Mai 2022
- Leçon avec
14 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Samengestelde zinnen en voegwoorden
Mars 2021
- Leçon avec
15 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Samengestelde zinnen en voegwoorden
Mars 2021
- Leçon avec
17 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Samengestelde zinnen (herhaling)
Avril 2020
- Leçon avec
16 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2