Beaufort 5 - C.12 C'est mon chouchou - les 3

• Frans
• Lager onderwijs

Hallo kinderen.

Vandaag gaan we verder met onze les 

'C'est mon chouchou'.

Heb je je woordjes nog eens herhaald?

Hopelijk wel zodat de les vlot kan lopen.

Klaar?

We herhalen alvast enkele woordjes. Noteer telkens correct het juiste woord en lidwoord (un, une, les)

Schrijf het woord correct in het Frans
met het juiste lidwoord (un, une, les)

Schrijf het woord correct in het Frans
met het juiste lidwoord (un, une, les)

Schrijf het woord correct in het Frans
met het juiste lidwoord (un, une, les)

Schrijf het woord correct in het Frans
met het juiste lidwoord (un, une, les)

Schrijf het woord correct in het Frans
met het juiste lidwoord (un, une, les)

Schrijf het woord correct in het Frans
met het juiste lidwoord (un, une, les)

Schrijf het woord correct in het Frans
met het juiste lidwoord (un, une, les)

Schrijf het woord correct in het Frans
met het juiste lidwoord (un, une, les)

Schrijf het woord correct in het Frans
met het juiste lidwoord (un, une, les)

Schrijf het woord correct in het Frans

Goed gelukt? Prima

Nog niet zo goed? Blijven herhalen, dat weet je wel.

Oké, we gaan nu naar 'mijn taalboetiek' p. 98.

We leren over het gebruik van mon, ton, son en ma, ta, sa.

Dat lees je nu 2 keer in het gele kadertje. 

In het volgende filmpje wordt alles zeer goed uitgelegd.

Let goed op!

In het Nederlands hebben de verwijswoorden zijn of haar te maken met het geslacht van de persoon die bezit. In het Frans kijk je naar het zelfstandig naamwoord.

We oefenen nu 'mijn taalboetiek' op p. 98

Je leest de vraag en je vertaalt de vraag.

Je leest het antwoord en je vertaalt het antwoord. Je vult het correcte woord in. 

Doe dit 2 keer.

Deze oefening stuur je straks door.

De volgende oefening is een luisteroefening:

'Un petit chien ou un petit chat'

Luister naar de tekst. Doe dit 2 keer.

Lees de tekst in je boek p. 99

Bekijk goed de nieuwe woordjes bij de tekst.

Un petit chien ou un petit chat

In de volgende slides beantwoord je de vragen.

Manon a quel age?
Elle a … ans

1. cinq
2. six
3. quatre
4. sept

Quel cadeau voudrait-elle avoir pour son anniversaire?

1. un jeu
2. un petit animal
3. un livre
4. un cahier

Qui va aider Manon à choisir?

1. les copains
2. les voisins
3. son frère et sa soeur
4. son frère

Depuis combien de temps regardent-ils le dépliant?

1. depuis deux semaines
2. depuis huit jours
3. depuis dix jours
4. depuis un jour

Quelle est la race des chiens?

1. labrador
2. pincher
3. chihuahua
4. beauceron

Quel age ont les chats?

1. 9 semaines
2. 6 mois
3. 6 semaines
4. 9 mois

In de volgende les oefenen we terug op het gebruik van mon, ton, son en ma, ta, sa.

Kijken jullie dat nog eens na tegen de volgende les?

maak een foto van 'we oefenen mijn taalboetiek' p. 98 en stuur door.