Je kunt beschrijven hoe gewervelde dieren zich voortbewegen
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3
Cette leçon contient 12 diapositives, avec diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 90 min
Éléments de cette leçon
2.5 Dieren bewegen
Leerdoel(en) van deze les:
Je kunt beschrijven hoe gewervelde dieren zich voortbewegen
Slide 1 - Diapositive
2.5 Dieren bewegen
Hoe bewegen dieren met een wervelkolom?
Gewervelde dieren > hebben een wervelkolom
Wervelkolom beweegt heen en weer - Vissen; zwemmen in golfbeweging (heen en weer) - Amfibieën; leven voornamelijk in water, ook golfbeweging (heen en weer) - Reptielen; slangen kronkelen, hagedissen golfbeweging (heen en weer)
Wervelkolom op en neer - Vogels en zoogdieren; golvende beweging van wervels (op en neer)
Slide 2 - Diapositive
2.5 Dieren bewegen
Slide 3 - Diapositive
2.5 Dieren bewegen
Wat? Maken 2.5 – Opdracht 1 t/m 9
Hoe? Blz. 102 t/m 105
Hulp? Eerst overleggen met buur, daarna docent vragen.
Tijd? 15 minuten
Uitkomst? Opdracht 1 t/m 9 is af.
Klaar? Samenvatting dikgedrukte woorden maken (lijst).
timer
15:00
Slide 4 - Diapositive
2.5 Dieren bewegen
Leerdoel(en) van deze les:
Je kunt aangeven op welk deel van hun poten zoogdieren lopen
Slide 5 - Diapositive
2.5 Dieren bewegen
Waardoor gaan zoogdieren zo snel?
Amfibieën en reptielen > niet snel bewegen - korte poten, aan de zijkant van het lichaam geplaatst - met buik over de grond
Zoogdieren > wel snel bewegen - langere poten, onder het lichaam geplaatst - vrij van de grond - topgangers > op toppen van teen lopen - teengangers > op tenen lopen - zoolgangers > op zool van voet/poot lopen
Slide 6 - Diapositive
2.5 Dieren bewegen
Wat? Maken 2.5 – Opdracht 10 t/m 15
Hoe? Blz. 106 t/m 108
Hulp? Eerst overleggen met buur, daarna docent vragen.
Tijd? 10 minuten
Uitkomst? Opdracht 10 t/m 15 is af.
Klaar? Samenvatting dikgedrukte woorden maken (lijst).
timer
10:00
Slide 7 - Diapositive
2.5 Dieren bewegen
Leerdoel(en) van deze les:
Je kunt uitleggen hoe het skelet van een dier past bij zijn leefwijze
Je kunt uitleggen hoe de poten van vogels passen bij hun leefwijze
Slide 8 - Diapositive
2.5 Dieren bewegen
Hoe gebruiken zoogdieren hun ledematen?
Ledematen van zoogdieren > hetzelfde bouwplan - ze hebben dezelfde botten in hun lichaam - net andere vorm of grote, wel dezelfde functie
Vorm ledematen > aangepast aan leefwijze - vleermuis; armen (vleugels) om mee te vliegen - walvis; brede voorpoten (vinnen) om mee te zwemmen
- mol; korte voorpoten met stevige vingers om mee te graven
Slide 9 - Diapositive
2.5 Dieren bewegen
Welke speciale poten hebben vogels?
Voorste ledematen (armen) vergroeid tot vleugels
Achterste ledematen (poten) lopen ze op; aangepast aan leefwijze - Zwempoten; hebben vliezen tussen tenen - Steltpoten; lange poten (voor ondiep water) met kleine vliezen tussen tenen zodat ze niet wegzakken in modderige bodem - Grijppoten; scherpe en gekromde nagels, prooi vastpakken
Slide 10 - Diapositive
2.5 Dieren bewegen
Verschillende poten van vogels
Slide 11 - Diapositive
2.5 Dieren bewegen
Wat? Maken 2.5 – Opdracht 16 t/m 21
Hoe? Blz. 108 t/m 111
Hulp? Eerst overleggen met buur, daarna docent vragen.
Tijd? 15 minuten
Uitkomst? Opdracht 16 t/m 21 is af.
Klaar? Samenvatting dikgedrukte woorden maken (lijst).