Cette leçon contient 39 diapositives, avec diapositives de texte et 2 vidéos.
La durée de la leçon est: 70 min
Éléments de cette leçon
De LessonUp klascode: jwoqi Klascode eindexamensite: NNACU
Slide 1 - Diapositive
Welke totalitaire samenlevingen ontstonden in het Interbellum?
Waardoor wilden mensen een sterke leider voor hun land?
Slide 2 - Diapositive
Lesdoelen
Je kent de -ismes uit het interbellum
Je kan bepalen of een bron betrouwbaar is
Ontstaan en ondergang van de Republiek van Weimar
Je kent de bepalingen uit het Verdrag van Versailles
Je kan de Bierkellerputsch beschrijven
Uitleggen wat het Dawesplan is,
De economische, politieke en culturele doelen van het Dawesplan beschrijven
De Beurskrach van 1929 beschrijven.
Slide 3 - Diapositive
Het verdrag van Versailles
Duitsland kreeg als enige de schuld van de oorlog.
Duitsland moest herstelbetalingen doen.
Duitsland moest afstand doen van zijn koloniën.
Duitsland mocht alleen nog een staand leger hebben (ca 100.000 man)
Duitsland verloor 15% van zijn grondgebied aan o.a. Tsjechië, Polen, Frankrijk + de Duitse koloniën
Je kent de bepalingen uit het Verdrag van Versailles
Slide 4 - Diapositive
Hoe gaat het verder in Duitsland nadat de Eerste Wereldoorlog is verloren?
Slide 5 - Diapositive
De voorstelling die de oude generaals over de Duitse nederlaag lieten zien: een gemene, rode (lees: communistische) boef steekt de dappere Duitse soldaat een mes in de rug. Ofwel Duitsland is verraden door de communisten...
De Dolkstootlegende, een 'complottheorie' uit het Interbellum
Slide 6 - Diapositive
....en de Joden
Slide 7 - Diapositive
Je kan uitleggen hoe de Bierkellerputsch verliep en de rol van Hitler uitleggen.
Slide 8 - Diapositive
Je kan uitleggen hoe de Bierkellerputsch verliep en de rol van Hitler uitleggen.
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Vidéo
Slide 11 - Diapositive
Je kan uitleggen hoe het Dawesplan werkt en waarom dit gunstig was voor zowel Duitsland als de VS.
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Diapositive
Je kan een beschrijving geven van de Beurskrach en wereldcrisis van 1929 en de gevolgen voor Europa beschrijven
Slide 15 - Diapositive
Tip: Kijk de video's van Jort Geschiedenis als je graag luistert en kijkt...
De LessonUp klascode: jwoqi Klascode eindexamensite: NNACU
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Diapositive
Welke totalitaire samenlevingen ontstonden er in het Interbellum?
Hoe veranderde de Duitse samenleving nadat Hitler aan de macht kwam?
Slide 18 - Diapositive
Leerdoelen 3.3
Je kan de kenmerken van het nationaal-socialisme en het fascisme noemen.
Je kan uitleggen wat de gevolgen waren van de dictatuur van Hitler en uitleggen hoe de gelijkschakeling werkte
Je kent de rol en taken van de SA, SS, Gestapo, Hitlerjugend en Bund Deutscher Mädeln
Je kan een omschrijving geven van de Neurenberger Rassenwetten uit 1935 en de gevolgen voor de Joodse bevolking beschrijven.
Je kan gebeurtenissen uit de Kristalnacht beschrijven
De appeasementpolitiek verklaren en beschrijven wat deze politiek inhoudt.
Slide 19 - Diapositive
Je kan de kenmerken van het fascisme beschrijven
Slide 20 - Diapositive
Je kan de kenmerken van het fascisme beschrijven
Slide 21 - Diapositive
Je kan de kenmerken van het fascisme beschrijven
Slide 22 - Diapositive
Benito Mussolini
Journalist en socialist
Mussolini wilde keizer van een nieuw Romeins Rijk worden > il Duce
ambitieus en charismatisch
Italiaanse volk volgden hem als een god
Verliest in WOII contact met de realiteit
Zo werd hij de meest gehate man van Italië en is hij geëxecuteerd door de Italianen.
Slide 23 - Diapositive
Kenmerken van nationaal-socialisme
Eén sterke leider
anti-democratisch
verheerlijken geweld
Sterk nationalistisch
Raszuiver Duits volk.
Rassenleer en antisemitisme
Het Duitse volk heeft Lebensraum (=levensruimte) nodig.
Heim ins Reich: alle Duitsers moeten weer in één groot rijk wonen
Slide 24 - Diapositive
Overeenkomsten en verschil
Het Nationaal-Socialisme en het fascisme hebben dus veel overeenkomsten
Een belangrijk verschil is dat de Nationaal-Socialisten de nadruk legden op rassenleer en antisemitsme
Slide 25 - Diapositive
Slide 26 - Diapositive
Slide 27 - Diapositive
De verschillende mensenrassen.....
.... volgens de Duitse rassenleer.
Slide 28 - Diapositive
Slide 29 - Diapositive
Slide 30 - Diapositive
Slide 31 - Diapositive
Slide 32 - Diapositive
Slide 33 - Diapositive
Slide 34 - Diapositive
Slide 35 - Vidéo
1939 Molotov-Von Ribbentroppact
Duitsland en de S.U. beloven elkaar niet aan te vallen. Waarom?
Duitsland: wilde Tweefrontenoorlog voorkomen
Sovjet Unie: Tijd rekken om leger aan te sterken
Slide 36 - Diapositive
Fascisme in Italie
Communisme
Nationaal Socialisme
Politieke stroming die een autoritaire, nationalistische, totalitaire staatsvorm aanhangt en de democratie verwerpt.
extreem- rechts
Politiek streven naar meer land of naar meer macht en erkenning. Een sterke leider. Sterk naionalistisch. Totalitaire staatsvorm. Anti democratisch,
antisemitisch, racistisch,
extreem-rechts
Politiek systeem waarbij alles van iedereen is; een samenleving zonder klasses met een leider van het volk. De productie- en consumptiemiddelen zijn gemeenschappelijk eigendom van de staat en dus van de arbeiders. extreem- links