lezen hdst. 2

Welkom!
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Welkom!

Slide 1 - Diapositive

Lesopbouw

Eerste blokuur: 

1. Lezen 20 minuten

2. Beter spellen

3. Bespreken hoofd -en bijzaken.

Tweede blokuur:

1. Opdrachten maken hoofdstuk 2 Lezen: hoofd -en bijzaken. 

We starten met opdracht 1.

2.Klaar? Doe opdracht 2.

3. Klaar? In stilte boek lezen of huiswerk maken.





Slide 2 - Diapositive

Klas 2 B: 
Leg je huiswerkschrift op de hoek van je tafel. Dan kan ik kijken of je je huiswerk hebt gemaakt. 

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Lesopbouw

Eerste blokuur: 

1. Lezen 20 minuten

2. Beter spellen

3. Bespreken hoofd -en bijzaken.

Tweede blokuur:

1. Opdrachten maken hoofdstuk 2 Lezen: hoofd -en bijzaken. 

We starten met opdracht 1.

2.Klaar? Doe opdracht 2.

3. Klaar? In stilte boek lezen of huiswerk maken.





Slide 5 - Diapositive

Lesopbouw

Eerste blokuur: 

1. Lezen 20 minuten

2. Beter spellen

3. Bespreken hoofd -en bijzaken.

Tweede blokuur:

1. Opdrachten maken hoofdstuk 2 Lezen: hoofd -en bijzaken. 

We starten met opdracht 1.

2.Klaar? Doe opdracht 2.

3. Klaar? In stilte boek lezen of huiswerk maken.





Slide 6 - Diapositive

Na vandaag kan ik...
  1. onderscheid maken tussen hoofd- en bijzaken
  2. een eenvoudige samenvatting maken

Slide 7 - Diapositive

Wat weet je al over hoofd- en bijzaken?

Slide 8 - Diapositive

hoofdzaken
De belangrijkste informatie in een tekst noem je de hoofdzaken
Wat niet zo belangrijk is, zijn de bijzaken.

De hoofdzaken van een tekst vind je in de inleiding en/of het slot
Ook iedere alinea heeft een hoofdzaak. Deze vind je in de eerste of laatste zin.

De lay-out (opmaak) van de tekst helpt je ook om de hoofdzaken te vinden. Let op vetgedrukt of andere kleuren



Slide 9 - Diapositive

Lees deze tekst 

Slide 10 - Diapositive

Wat voor tekstsoort is dit?
A
studietekst
B
nieuwsbericht
C
advertentie
D
schoolverslag

Slide 11 - Quiz

bijzaken
De niet zo belangrijke zaken in een tekst noem je de bijzaken
Dit zijn bijvoorbeeld:
  • Voorbeelden en extra uitleg
  • Maakt de tekst duidelijker, leuker of beter te begrijpen.
Vooral in de alinea's in het middenstuk vind je voorbeelden en extra uitleg

Slide 12 - Diapositive


Is het citaat in alinea 2 een hoofdzaak of een bijzaak?
A
hoofdzaak
B
bijzaak

Slide 13 - Quiz

Wat is de hoofdzaak?

De burgemeester bezocht afgelopen zaterdag mevrouw De Jong voor haar honderdste verjaardag.
Mevrouw de Jong woont in een verzorgingshuis.
___________________
A
De burgemeester bezocht afgelopen zaterdag mevrouw de Jong voor haar honderdste verjaardag.
B
Mevrouw de Jong woont in een verzorgingshuis.

Slide 14 - Quiz

Wat is de hoofdzaak?
Alle leerlingen van klas twee konden meedoen aan een beroepencarrousel.
Ouders van leerlingen vertelden over hun beroep.
De leerlingen werden in groepen ingedeeld.
A
Alle leerlingen van klas twee konden meedoen aan een beroepencarrousel.
B
Ouders van leerlingen vertelden over hun beroep.
C
De leerlingen werden in groepen ingedeeld.

Slide 15 - Quiz

Teksten met meer alinea's


- Elke alinea heeft een eigen 

   hoofdzaak, want de schrijver 

   wil in elke alinea iets vertellen


- De rest van de zinnen zijn 

   bijzaak

Slide 16 - Diapositive

Wat vertel je als je kort wilt vertellen waar een tekst over gaat?
A
Hoofdzaken
B
Bijzaken

Slide 17 - Quiz

dus...

Slide 18 - Diapositive

samenvatten
  • Als je een tekst moet onthouden, kun je de belangrijkste informatie in een samenvatting zetten.
  • Een samenvatting maak je door de belangrijkste zinnen van de alinea's onder elkaar te zetten.
  • Je kunt de samenvatting beginnen of eindigen met de hoofdgedachte van de tekst

Slide 19 - Diapositive

Lees de tekst

Slide 20 - Diapositive

Wat is het onderwerp van de tekst?
A
supermodel Doutzen Kroes
B
optredens van bekende artiesten
C
actie van Dance4Life
D
inzameling van 350 duizend euro

Slide 21 - Quiz

Je weet nu...
  1. het verschil tussen hoof- en bijzaken in een tekst
  2. hoe je hoofdzaken uit een tekst kunt halen

Slide 22 - Diapositive

Lesopbouw

Eerste blokuur: 

1. Lezen 20 minuten

2. Beter spellen

3. Bespreken hoofd -en bijzaken.

Tweede blokuur:

1. Opdrachten maken hoofdstuk 2 Lezen: hoofd -en bijzaken. 

We starten met opdracht 1.

2.Klaar? Doe opdracht 2.

3. Klaar? In stilte boek lezen of huiswerk maken.





Slide 23 - Diapositive

Hoofdstuk 2: Lezen: blz. 38 t/m 43
Start met opdracht 1 en 2. Klaar? Haal het antwoordblad op bij mij. 
Aan de slag!
Aan de slag?
Aan de slag.

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Lesdoel
1. Ik weet het verschil tussen hoofd- en bijzaken in een tekst.
2. Ik weet hoe je hoofdzaken uit een tekst kunt halen.

Slide 27 - Diapositive