Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
6.2 - Anders denken
en doen
Slide 1 - Diapositive
Leerdoelen
Je kunt uitleggen hoe de cultuur veranderde door de welvaart.
Zelfstandig werken?
Maak een samenvatting van paragraaf 6.2
Slide 2 - Diapositive
Planning
De welvaart stijgt
Lege kerken
Quiz
Zelfstandig werken
Afsluiting
Slide 3 - Diapositive
De welvaart stijgt
Er komt een loongolf: een stijging van lonen, soms wel met 10% in de jaren 60.
Men gaat over op het kopen van televisies, koelkasten, de eerste auto wordt geïntroduceerd. Vakanties worden betaalbaar en je kreeg meer vakantiedagen.
De individualisering neemt toe: persoonlijke onafhankelijkheid wordt belangrijker dan bij een groep (zuil) horen.
Nederland wordt een consumptiemaatschappij.
Slide 4 - Diapositive
Een auto, vakantie en een sigaar...
...wat een luxe!
Slide 5 - Diapositive
Lege kerken
Doordat mensen mobieler werden gingen ze hun vrije tijd anders besteden: op zondag kon je ook andere dingen doen dan naar de kerk gaan.
Door de televisie hoorden en zagen mensen ook andere denkbeelden die in de wereld speelden. Ze werden hierdoor ook kritischer op wat de kerk zei.
Andere levensbeschouwingen gingen een rol spelen zoals het humanisme:de mens staat centraal.
Slide 6 - Diapositive
Nu:
Gezamenlijk lezen 211 en 212
Quiz
Daarna maken blz. 214.
Niet af? Terugkomen.
Slide 7 - Diapositive
Wat werd er afgesproken in het poldermodel
A
Lonen stijgen niet te veel, zodat Nederland beter kon concurreren
B
De belasting werd niet verhoogd
C
Bezuinigingen op de verzorgingsstaat
D
Je kreeg langer een uitkering
Slide 8 - Quiz
Wie was de president van Nederland tijdens de wederopbouw?
A
Drees 1945
B
Drees 1929
C
Colijn 1945
D
Colijn 1929
Slide 9 - Quiz
Waarom was de wederopbouw nodig?
A
om alles weer op te bouwen na WOI
B
om te kunnen investeren
C
voor te handelen met andere landen
D
om alles weer op te bouwen na WOII
Slide 10 - Quiz
Wat is verzuiling?
A
Het naast elkaar bestaan van verschillende geloven.
B
Verdeling van de maatschappij in levensbeschouwelijke groepen
C
De wederopbouw van Nederland na de Oorlog
D
Het overleg tussen overheid en sociale partners.
Slide 11 - Quiz
Elke zuil organiseerde hun eigen...
A
kranten en vakbonden
B
kranten, vakbonden en omroepen
C
Kranten, vakbonden, partijen en omroepen.
D
Kranten, vakbonden, partijen, omroepen en andere organisaties.
Slide 12 - Quiz
Welke uitspraak over de verzuiling is niet waar? De verzuiling ...
A
ontstond in de politiek
B
ontstond in 1917 door de schoolstrijd
C
bestond voornamelijk uit eigen organisaties
D
bestond uit 4 zuilen
Slide 13 - Quiz
Verzuiling
Ontzuiling
EO en KRO-NCRV zijn christelijke omroepen.
Kinderen met verschillende religies zitten op één
Mensen met verschillende culturen leven met elkaar samen.
Katholieke kinderen gaan naar een katholieke school.
Slide 14 - Question de remorquage
Welke afbeelding past het beste bij het begrip individualisering? Sleep die naar het vak.
Slide 15 - Question de remorquage
Ontzuiling
Individualisering
Slide 16 - Question de remorquage
Zelfstandig werken
We lezen gezamenlijk paragraaf 6.2 door.
Dan ga je aan de slag met de huiswerkopdrachten: 1, 2, 3, 6, 7, en 8.
Slide 17 - Diapositive
Leerdoelen
Je kunt uitleggen hoe de cultuur veranderde door de welvaart.