3/4 Wonderlijke Famillie

3/4 Wonderlijke Familie
MIJN WONDERLIJKE FAMILIE
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
FilmeducatieBasisschoolGroep 3,4

Cette leçon contient 25 diapositives, avec diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Introduction

Dit is de les die hoort bij de filmcompilatie: mijn wonderlijke familie

Instructions

Introductie
Voorbereidende les voor de filmcompilatie Mijn wonderlijke familie

Instructies
In de les bespreek je met de klas de film voordat jullie hem gaan kijken.

De filmcompilatie "Mijn wonderlijke familie" neemt je mee op een reis langs verschillende soorten families en hechte vriendschappen. In "De moederbatterij" redt een batterij-moeder op een kinderopvang de kinderen door het brandalarm te activeren. "Lulina en de maan" laat zien hoe een klein meisje haar angsten voor veranderingen in het gezin onder ogen ziet door ze te tekenen op de maan. In "Zusjes" ontdekken we de hechte band tussen twee zussen die elkaar door dik en dun steunen. "Schaatsavontuur" gaat over boerderijdieren die, ondanks een taalbarrière, samen een probleem oplossen tijdens hun schaatstocht


Lesduur:
Voorbereiden van de les: 10 - 15 minuten
Verwerkingsles: 40 - 45 minuten

Leerdoelen
  • Animatie: Leerlingen leren verschillende animatietechnieken herkennen en begrijpen hoe animaties worden gemaakt. Ze leren onderscheid te maken tussen bijvoorbeeld stop-motion, tekenfilms en computeranimatie, en ontdekken hoe deze technieken verhalen tot leven brengen.

  • Plot: Leerlingen leren de structuur van een verhaal te herkennen, inclusief de belangrijkste gebeurtenissen, het conflict, en de opbouw naar de climax. Ze begrijpen hoe een goed plot een verhaal spannend en boeiend maakt.

  • Symboliek: Leerlingen ontdekken hoe symbolen in films worden gebruikt om diepere betekenissen over te brengen. Ze leren hoe beelden, kleuren of objecten in een film kunnen staan voor abstracte ideeën of thema's, zoals angst, liefde, of verandering.


Praktische informatie:
In de notities bij elke slide staan instructies voor het geven van de les en de opdrachten. Ook vind je hier de antwoorden op de vragen. Wanneer er ‘eigen antwoord’ staat, is er geen goed of fout; leerlingen kunnen hun eigen inzichten delen.

Let op: als je de notities aanklikt tijdens het geven van de les, kunnen de leerlingen deze ook zien. Het is handig om de les eerst uit te printen of de notities buiten beeld te houden.





Éléments de cette leçon

3/4 Wonderlijke Familie
MIJN WONDERLIJKE FAMILIE

Slide 1 - Diapositive

Binnenkort gaan we naar het Cinekid Festival. Daar gaan jullie in de bioscoop de korte filmcompilatie 'Mijn Wonderlijke Familie' bekijken. 

Dit zijn een aantal korte films die gaan over familie en vriendschap. 

We gaan vandaag alvast stukjes van drie van die films kijken en daar dan wat over leren. Zo kunnen jullie goed voorbereid naar de bioscoop.

Slide 2 - Diapositive

Het Cinekid festival is een film-festival voor kinderen. Daar draaien ze allemaal films voor kinderen van alle leeftijden. De films komen van over heel de wereld. Veel van die films kan je alléén bij cinekid zien. 

De scholendagen, waar wij heen gaan, is 1 deel van het festival. In de herfstvakantie is er nog veel meer te zien en te doen. En omdat wij met de klas gaan krijgt iedereen hier ook een gratis kaartje voor een Cinekid film in de herfstvakantie! Dan kan je dus nog een keer gaan met je familie of vriendjes!
Vraag
Informatie
Opdracht
Kijken
Luisteren
Extra Opdracht

Slide 3 - Diapositive

In deze les zul je icoontjes zien. Dit is waar die icoontjes voor staan:

-neem de legenda door met de kinderen -

Dit zijn de icoontjes die worden gebruikt tijdens deze les.

 Klik op een vraagteken om de vraag te zien. 

Bij het docent hoedje staat uitleg of extra informatie. 

Het oogje geeft aan dat op de volgende slide een filmpje of foto's staan waar de leerlingen vragen over gaan beantwoorden. 

Klik op het potlood om de uitleg voor een opdracht te zien.

 Een sterretje is een extra opdracht, deze zijn optioneel, dus niet verplicht.  

Intro: animatie
Hier zie je twee film posters, allebei voor Belle en het Beest. 
Wat is het verschil tussen de twee films, denk je?
De rechter film is met echte mensen gefilmd,  de andere is een tekenfilm. Getekende films noemen we Animatie. Dat is een mooi woord dat betekend 'iets laten bewegen dat eigenlijk niet bewegen kan.'

Slide 4 - Diapositive

Q1: Hier zie je twee film posters, allebei voor Belle en het Beest. 
Wat is het verschil tussen de twee films, denk je?
A1: De ene is getekend, de andere is met echte mensen. 

De rechter film is met echte mensen gefilmd, de andere is een tekenfilm. Getekende films noemen we Animatie. Dat is een mooi woord dat betekend 'iets laten bewegen dat eigenlijk niet bewegen kan.'
Battery Mommy
Over animatie, stop motion
Je gaat nu kijken naar een stukje van de film "Battery Mommy" 
Let goed op: Hoe denk je dat deze film gemaakt is? 

Slide 5 - Diapositive

Je gaat nu kijken naar een stukje van de film "Battery Mommy" 
Let goed op: Hoe denk je dat deze film gemaakt is? 

Slide 6 - Vidéo

Bekijk het fragment en beantwoord de vragen op de volgende slide
Hoe denk je dat deze film gemaakt is? 
Deze film is wat we noemen 'stop-motion'. Dat is een soort van animatie. 
Laten we een filmpje kijken van hoe de film gemaakt is.
Is het dan ook een animatie film?

Slide 7 - Diapositive

Q:Hoe denk je dat deze film gemaakt is? 
A: Eigen Antwoord. 

Q: Is het dan ook een animatie film?
A: Ja!

Deze film is wat we noemen 'stop-motion'. Dat is een soort van animatie. Motion betekend 'bewegen' in het engels, en Stop kennen we in het nederlands ook. Het heet dus stop-beweeg animatie. Dit is omdat de film gemaakt is door een poppetje steeds te fotograferen, en dan een heel klein stukje te bewegen. 

Laten we een filmpje kijken van hoe de film gemaakt is.

Slide 8 - Diapositive

Bekijk het fragment en beantwoord de vragen op de volgende slide
Waarvan zijn de poppetjes gemaakt?
De poppetjes in deze film zijn gemaakt van stof. Onder de stof zag je misschien wel ijzerdraad. Dat ijzerdraad gebruiken ze als een soort skelet, zodat de poppetjes blijven staan, maar ook goed te buigen zijn. 

Slide 9 - Diapositive

Q: Waarvan zijn de poppetjes gemaakt?
A: De poppetjes zijn gemaakt van stof 

De poppetjes in deze film zijn gemaakt van stof. Onder de stof zag je misschien wel ijzerdraad. Dat ijzerdraad gebruiken ze als een soort skelet, zodat de poppetjes blijven staan, maar ook goed te buigen zijn. 
Image uit film. Deze film heet Zusjes.
Waar denk je dat deze film over gaat?

We zien hier een plaatje uit de film 'Zusjes'. 
Waar zou de film over gaan?
Laten we een stukje kijken van de film. Kijk of je er achter kan komen waar hij over gaat. 

Slide 10 - Diapositive

Q: We zien hier een plaatje uit de film 'Zusjes'. 
Waar zou de film over gaan?
A: Eigen Antwoord

Laten we een stukje kijken van de film. Kijk of je er achter kan komen waar hij over gaat. 

Slide 11 - Vidéo

Bekijk het fragment en beantwoord de vragen op de volgende slide
Wat zag je allemaal in de video?
Welk probleem had kleine zus?
Wat zag je allemaal? 
Welk probleem had kleine zus? 

Slide 12 - Diapositive

Q: Wat zag je allemaal? 
A: Eigen antwoord

Als iemand iets zegt als "De kleine zus was verdrietig" of een ander inzicht waar enige eigen invulling bij te pas komt, vraag dan door: "Waarom dacht je dat ze verdrietig was?" 

Q: Welk probleem had kleine zus? 
A: Ze kon niet de speelgoed auto gebruiken omdat ze niet met haar beentjes kon duwen. 

Ook hier ruimte om door te vragen: Waar zag je dat aan? 
Plot: probleem, twist etc. 
In het verhaal van een film is er altijd een probleem. 
Met dat probleem omgaan is waar de film over gaat. Dat noemen we het PLOT. 
We gaan nu kijken naar een stukje uit Zusjes, welk probleem herken je?
Het verhaal van een film noemen we het PLOT. Dat verhaal heeft ook altijd een probleem (of een TWIST). De film gaat dan over hoe de personages omgaan met dit probleem. 
PLOT
Eigenlijk zijn alle verhalen een beetje het zelfde. Ze gaan namelijk altijd over "Iemand die iets heel graag wilt, maar iets zorgt ervoor dat dat moeilijk lukt." 

Slide 13 - Diapositive

Het verhaal van een film noemen we het PLOT. Dat verhaal heeft ook altijd een probleem (of een TWIST). De film gaat dan over hoe de personages omgaan met dit probleem. 

Eigenlijk zijn alle verhalen een beetje het zelfde. Ze gaan namelijk altijd over "Iemand die iets heel graag wilt, maar iets zorgt ervoor dat dat moeilijk lukt." 

Daar gaan we nu mee oefenen!
Er was eens een [...1...] die heel graag [...2...],
maar [..3..] maakte dat moeilijk!
We gaan oefenen met plot: De juf of meester draaid aan het rad, en dan vullen we samen de zin hier in. 
1
2
3
aanvullende opdracht
Bespreek samen hoe het verhaal zou kunnen gaan. Wat gebeurt er dat het probleem in de weg kan staan voor het doel?

Slide 14 - Diapositive

We gaan oefenen met plot: De juf of meester draaid aan het rad, en dan vullen we samen de zin hier in. 

Draai aan het eerste rad, en laat de kinderen de zin invullen. Dus "Er was eens een.. (uitkomst rad). Ga zo door met rad 2 en rad 3, steeds de zin oplezend. 
Misschien kan je de zin opschrijven op het bord, en deze steeds invullen, maar gezien de leeftijd en het leesniveau is oplezen misschien logischer. 

Als je de extra opdracht wil doen, kan je nu met de klas verder bespreken hoe dit verhaal er dan uit zou zien. Als een Zeemeermin wilt trouwen, maar wat er in de weg staat is een enorme komeet, hoe werkt dat dan? Waarom is die komeet een probleem, en met wie gaat ze trouwen?

Probeer de kinderen te betrekken bij het bedenk proces, en laat ze verschillende opties bedenken per onderdeel. 
De volgende film waar we een stukje van gaat kijken heet Lulina en de Maan. 
Welke dingen die je zo ziet kunnen echt, en welke niet?

Slide 15 - Diapositive

De volgende film waar we een stukje van gaat kijken heet Lulina en de Maan. 

Welke dingen die je zo ziet kunnen echt, en welke niet?

Slide 16 - Vidéo

Bekijk het fragment en beantwoord de vragen op de volgende slide 
Wat kon er echt, en wat niet?

Slide 17 - Diapositive

Q: Wat kon er echt, en wat niet?
A: naar de maan vliegen kon niet echt, de rest wel. 

Vraag door: waarom kon dat dan niet echt? 

Wie weet wat dit is? 
Het Hartje dat wij allemaal kennen, is niet echt hoe een hart (dat in je borst zit) er uit ziet. Het hartje is wat we noemen een SYMBOOL. 
Als wat we zien iets anders moet voorstellen heet dat een symbool. 

Hoe zou een echt hart er uit zien? 
Klik op de rode knop voor het antwoord.

Slide 18 - Diapositive

Q: Wie weet wat dit is? 
A: een Hartje

Het Hartje dat wij allemaal kennen, is niet echt hoe een hart (dat in je borst zit) er uit ziet. Het hartje is wat we noemen een SYMBOOL. 
Als wat we zien iets anders moet voorstellen heet dat een symbool. 

Q: Hoe zou een echt hart er uit zien? 
Klik op de rode knop voor het antwoord.

De rode knop laat een tekening van een echt hart zien. 
Wanneer iemand jou een hartje stuurt, kan dat heel veel betekenen. Die betekenis noemen we ook symboliek. Dus altijd als iets dat je ziet eigenlijk iets anders betekent, noemen we dat symboliek. 
Als iemand een hartje voor jou tekent, of die stuurt in een berichtje, wat betekent dat dan?

Slide 19 - Diapositive

Q: Als iemand een hartje voor jou tekent, of die stuurt in een berichtje, wat betekend dat dan?
A: Eigen invulling. Voorbeeld: Dat ze je lief vinden, of verliefd zijn. 

Wanneer iemand jou een hartje stuurt, kan dat heel veel betekenen. Die betekenis noemen we ook symboliek. Dus altijd als iets dat je ziet eigenlijk iets anders betekend, noemen we dat symboliek. 
In een film kunnen de dingen die we zien ook iets anders betekenen. In de film Lulina en de Maan is dat ook zo. 
We kijken nog een stukje van de film. Wat zou het monstertje SYMBOOL voor kunnen zijn? 

Slide 20 - Diapositive

In een film kunnen de dingen die we zien ook iets anders betekenen. In de film Lulina en de Maan is dat ook zo. 

Kijkopdracht: We kijken nog een stukje van de film. Wat zou het monstertje SYMBOOL voor kunnen zijn? 

Slide 21 - Vidéo

Bekijk het fragment en beantwoord de vragen op de volgende slide 
Wat denk jij dat het monster symbool voor stond? 

Slide 22 - Diapositive

Q: Wat denk jij dat het monster symbool voor stond? 
A: Eigen antwoord. 
Extra Opdracht
Teken nu zelf een symbool. Wat dit betekend, mag je zelf bedenken. 
Probeer van elkaar te raden wat de symbolen betekenen!

Slide 23 - Diapositive

Benodigdheden:
- Papier
- Potlood

Duur: 10 minuten. 

Teken nu zelf een symbool. Wat dit betekend, mag je zelf bedenken. 
Probeer van elkaar te raden wat de symbolen betekenen!

Bepaal van te voren of de kinderen in hun groepje/met het kind naast hun gaan raden, of dat de hele klas mee doet. Bij die laatste zou je de kinderen hun tekening een voor een omhoog kunnen laten houden, of voor de klas laten staan en laten zien. 

Wat heb je geleerd over ANIMATIE?
Wat heb je geleerd over PLOT
Wat heb je geleerd over SYMBOLIEK?

Slide 24 - Diapositive

Afsluitende opdracht. 

Wat heb je geleerd over ANIMATIE?

Wat heb je geleerd over PLOT?

Wat heb je geleerd over SYMBOLIEK?


Dit was de les. 
Veel kijkplezier op het
Cinekid Festival!

Slide 25 - Diapositive

Tot ziens op het Cinekid Scholenprogramma en of Cinekid Festival!