3.1 Bezetting van Nederland

3.1 Bezetting van Nederland
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositive de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

3.1 Bezetting van Nederland

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Op 10 mei 1940 trekken Duitse soldaten de Nederlandse grens over. Er wordt heftig gevochten bij de Grebbeberg. Om Nederland tot overgave te dwingen, bombardeert de Duitse luchtmacht een Nederlandse stad. Welke stad wordt platgebombardeerd?
A
Amsterdam
B
Eindhoven
C
Arhnem
D
Rotterdam

Slide 3 - Quiz

Wanneer was Nederland bezet?
A
1941-1945
B
1938-1943
C
1940-1945
D
1940-1944

Slide 4 - Quiz

De bezetting van Nederland begon toen...
A
Duitsland Nederland binnenviel
B
De NSB de regering overnam
C
Rotterdam gebombardeerd werd
D
Wilhelmina naar Londen vluchtte

Slide 5 - Quiz

Wie was de leider van bezet Nederland?
A
Anton Mussert
B
Adolf Hitler
C
Arthur Seyss-Inquart
D
Prins Bernhard

Slide 6 - Quiz

De meeste Nederlanders reageerden op de Duitse bezetting door...
A
in verzet te komen
B
te collaboreren
C
zich aan te passen
D
naar Engeland te vluchten

Slide 7 - Quiz

Waarom viel voor de meeste Nederlanders de Duitse bezetting - in eerste instantie - wel mee?
A
Het Nederlandse bestuur werd niet vervangen door een Duits bestuur.
B
De Nederlandse soldaten in Duits krijgsgevangenschap werden vrijgelaten.
C
De Duitse soldaten waren erg vriendelijk naar de Nederlandse bevolking toe.
D
De Duitse bezetter wilde graag met de Nederlanders samenwerken.

Slide 8 - Quiz

Waarom moesten 's avonds alle ramen verduisterd zijn?
A
Duitsers hielden niet van licht.
B
Voor de Japanners.
C
Engelse piloten konden niet zien waar ze waren.
D
Dit wilden mensen graag zelf.

Slide 9 - Quiz

Op welke manier werden mensen geholpen tijdens de verduistering
A
Door witte strepen op de bomen konden mensen hun weg vinden
B
Met straatlantarens
C
Als je niet binnenbleef werd je doodgeschoten
D
Iedereen kreeg een knijpkat

Slide 10 - Quiz

Hoe werd het genoemd als Duitse soldaten bij Nederlandse mensen kwamen wonen.
A
Verplichte kost en inwoning
B
airbnb
C
huisvesting
D
inkwartiering

Slide 11 - Quiz

Door gebruik te maken van distributie bonnen werd het eten eerlijk verdeeld over de bevolking
A
Juist
B
Onjuist

Slide 12 - Quiz

sleep de producten waar een tekort aan kwam naar de pan. Doe de rest in de prullenbak.

Slide 13 - Question de remorquage

Waarom werden er straatnamen vervangen door de Duitse bezetter?
A
Omdat ze de namen niet konden uitspreken
B
Omdat niets aan het koningshuis mocht herinneren
C
Dat was een teken van verzet
D
Om ze meer Duits te maken.

Slide 14 - Quiz

Wat voor soort vraag is de vraag van de vorige dia?
A
beschrijvende vraag
B
verklarende vraag
C
vergelijkende vraag
D
waarderende vraag

Slide 15 - Quiz

Wat is een razzia?
A
Een overval van de politie om veel mensen op te pakken.
B
Een Jodenjager.
C
Een staking tegen de Jodenvervolging.
D
Een hongertocht.

Slide 16 - Quiz

Welke groep mensen was vooral het slachtoffer van de razzia's in Amsterdam?
A
Duitsters
B
Soldaten
C
Joden
D
Burgers

Slide 17 - Quiz

Nadat twee razzia's in Amsterdam in 1941 hebben plaatsgevonden, gingen de mensen daar staken. Hoe noemen we deze staking?
A
Februaristaking
B
Spoorwegstaking
C
Amsterdamse staking
D
Arbeidersstaking

Slide 18 - Quiz

Op de afbeelding hiernaast zie je het standbeeld 'De Dokwerker'.

Dit standbeeld staat ter herinnering aan...
A
het bombardement op Rotterdam
B
de Duitse inval in Nederland op 10 mei 1940.
C
de ballingschap van koningin Wilhelmina
D
de februari-staking

Slide 19 - Quiz

Wat voor soort bron is het standbeeld van de dokwerker uit de vorige vraag. Het standbeeld is in 1952 neergezet.
A
primaire ongeschreven bron
B
secundaire ongeschreven bron
C
primaire geschreven bron
D
secundaire geschreven bron.

Slide 20 - Quiz

Zet de volgende gebeurtenissen in de juiste volgorde.
Bombardement Rotterdam
De koningin en regering vluchten
de spoorwegstaking
Seyss Inquart worde de leider van Nederland
Duitsland valt Polen binnen en start hiermee WOII

Slide 21 - Question de remorquage