3 De hersenen

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 4

Bas 3 De hersenen

Planning

herhalen vorige les

uitleg

Aantekening

Check vragen via quiz

Huiswerk 

Welk onderdeel hoort niet bij het centrale zenuwstelsel?

1. Grote hersenen
2. Hersenstam
3. Zenuwen
4. Ruggenmerg

Maken de zenuwen in je rechterbil onderdeel uit van het centrale zenuwstelsel?

1. Ja, want er gaan zenuwen naar toe
2. Ja, alle zenuwen horen bij het centrale zenuwstelsel
3. Nee, alleen de zenuwen uit de linkerbil horen bij het centrale zenuwstelsel.
4. Nee, want zenuwen horen niet bij het centrale zenuwstelsel

Hoe heet onderdeel 3?

1. Korte uitlopers
2. Lange uitlopers
3. Celkern
4. Cellichaam

Hoe heet onderdeel 1?

1. Korte uitloper
2. Lange uitloper
3. Cellichaam
4. Celkern

Hoe heet onderdeel 3?

1. Korte uitloper
2. Lange uitloper
3. Cellichaam
4. Celkern

Je bent aan het volleyballen en iemand gooit een bal richting jou.

Welk gedeelte van je centrale zenuwstelsel zorgt ervoor dat je de bal registreert?

1. Grote hersenen
2. Kleine hersenen
3. Hersenstam
4. Zenuwen

Je bent aan het volleyballen en iemand gooit een bal richting jou.

Welk gedeelte van je zenuwstelsel zorgt dat er een impuls naar je armspieren gaat?

1. Grote hersenen
2. Kleine hersenen
3. Hersenstam
4. Zenuwen

Wat heeft dit met regeling te maken?

Leerdoel 

- Je kunt de hersenen indelen in drie delen.

- Je kunt de functies van de hersenen beschrijven. 

Onderdelen hersenen 

• Hersenstam : basis
            overlevingsfuncties
• Kleine hersenen : fijne
           motoriek, houding en
           evenwicht, nieuwe informatie
• Grote hersenen : geheugen,
            emotie, planning, logisch 
             redeneren, verwerking  
             impulsen 

Grote hersenen

bewust wording

         informatie verwerking (gevoel/bewegingscentra)

geheugen

Bewegingscentrum

Gevoelscentrum

Kleine hersenen

Onze kleine hersenen zorgt voor de coördinatie van bewegingen. 

(bal opvangen die wordt aangegooid).

Hersenstam

De hersenstam verbind het ruggenmerg met de hersenen.

Impulsen van en naar het hoofd en hals gaan via de hersenstam. 

functies zonder denken: ademhaling, temperatuur, hartslag en bloeddruk. 

De hersenen bestaan uit...

1. Grote hersenen, kleine hersenen en ruggenmerg
2. Grote hersenen, hersenstam en ruggenmerg
3. Kleine hersenen, hersenstam en ruggenmerg
4. Grote hersenen, kleine hersenen en hersenstam

Wat is een functie van de grote hersenen?

1. Bij bewuste waarnemingen komen impulsen in de grote hersenen aan
2. De grote hersenen zorgen dat je lichaam in evenwicht blijft
3. In de grote hersenen worden de reflexen van het hele lichaam geregeld.
4. De grote hersenen coördineren je bewegingen

Grote hersenen

Kleine hersenen

Hersenstam

Sleep de juiste betekenis naar het juiste begrip. 

Grote hersenen 

Kleine hersenen 

Hersenstam

Hersencentra voor waarnemingen, bewegingen en geheugen. 

Coördinatie en evenwicht houden.

Verbindingen tussen de hersenen en het ruggenmerg, onbewuste reacties.

Aantekening (bas 8.3 De hersenen)

Onderdelen hersenen:

Grote hersenen: Bewuste waarneming

Kleine hersenen: zorgt voor coördinatie 

Hersenstam: geleid impulsen van het ruggenmerg en vanuit/naar hoofd en hals

Huiswerk

Lees in je boek bladzijde 130 t/m 138 

Maak digitaal 1, 2 en 4 t/m 7

Aan de slag:

Lees in je boek bladzijde 130 t/m 138 

maak in je boek opdracht 1.2.4.5.6