9.3 Werken met formules

§9.3 werken met formules

1 / 39
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 39 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

§9.3 werken met formules

Slide 1 - Diapositive

 Programma                           
  • Start
  • Terugblik
  • leerdoel
  • Uitleg 9.3
  • Aan de slag 
  • Afsluiting





Slide 2 - Diapositive

§ 9.3 Werken met formules
We hebben al zoveel met formules gedaan,
 in § 9.1 en § 9.2:
+  korter schrijven          +  vereenvoudigen           
Misschien vraag je je af:
Wat kunnen we toch DOEN met een formule?
Deze brandende vraag wordt deze les beantwoord.                            

Slide 3 - Diapositive

Terugblik

Slide 4 - Diapositive

Hoe los je een wiskunde opgave op? 
Stappenplan
Stap 1:  Voorbereiden (Wat weet je al?)
Stap 2: Aanpak kiezen
Stap 3: Bereken
Stap 4: Antwoord geven
Stap 5: Controle 

Slide 5 - Diapositive

gelijksoortige termen
2a en 5a hebben dezelfde variabele
dus
gelijksoortige termen

Slide 6 - Diapositive

schrijf korter:
b = 3a + 5 + 2a + 7

Slide 7 - Carte mentale

Weet je het nog?

  1. Lijn l gaat door de punten (2,7) en (8,19). Maak de formule bij lijn l.
  2. Hoe noem je stukjes die je bij elkaar optelt?

  3. Vereenvoudig:  y= 2x-3x -4z

  4. Vereenvoudig: y= 3x-1+8-x

Slide 8 - Diapositive

Formule opstellen of maken
Onderstaand stappenplan gebruik je bij een tekst, tabel, grafiek of twee gegeven punten.

Stap 1   Maak een tabel bij de grafiek. Vul hierin twee roosterpunten. (Of neem deze over)
Stap 2   Lees de beginwaarde af of bereken deze (= startgetal)

Stap 3  Is de grafiek een stijgende of dalende lijn?
Stap 4  Hoeveel stijgt of daalt de grafiek per horizontale stap van 1? 
          Dit noemen wij de stapgrootte of hellingsgetal.

Stap 5 Maak de formule
          Vervang de onderstaande woorden voor wat je nu weet.


Op welke punt raakt de grafiek de verticale as?
Wat wil je berekenen? = hellingsgetal x Wat weet je? + startgetal (oftewel y = ax + b)
Wat staat er bij de verticale as?
Wat staat staat er bij de onderste rij?
Wat staat er bij de horizontale as?
Wat staat staat er bij de bovenste rij?

Slide 9 - Diapositive

Formules vereenvoudigen
De letter (a) wordt ook wel variabele genoemd.
Hetgeen je bij elkaar optelt/aftrekt noem je termen.

Berekening:

Herleiden:
Optelling van drie gelijke termen.
4+4+4=34=12
a+a+a=3a=3a
Vermenigvuldiging van twee factoren.

Slide 10 - Diapositive

Formules vereenvoudigen
Alleen gelijksoortige termen kun je samenvoegen.
In gelijksoortige termen komen precies dezelfde variabelen voor








g = 3a - 4 - 2a + 6
g = a + 2

a = 1a

Slide 11 - Diapositive

formules vereenvoudigen:
de formule van de omtrek
P is???
A
P=6a+5b
B
P=6a+4b

Slide 12 - Quiz

Kan je het nog?
Vereenvoudig de volgende formules
1   g = 5a – 11 – 4a + 15
2   h = –7 + 4b + 3b – 2 – 5b
3   i = –6 + 5c – 3 – c + 9
4   j = 20d – 11 – 7d + 13 – 14d
e   k = + 4e – – 2e


Slide 13 - Diapositive

Schrijf de volgende formule korter op: lengte = massa x 3 + 7
(meerdere antwoorden mogelijk)
A
l= mx3 + 7
B
l= 3m + 7
C
l = 7 + 3m
D
7xm+3=l

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

a = 3b +5
als b = 4, wat is dan a ?
A
39
B
12
C
17

Slide 18 - Quiz

a = 3b + 5
als b = 4 dan:
a = 3 x 4 + 5
a = 12 + 5
a = 17

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Vidéo

a = 6 - 3 x v
als v = 3, wat is dan a?

Slide 21 - Carte mentale

a = 6 - 3 x v. en v= 3
a = 6 - 3 x 3
a = 6 - 9
a = -3

Slide 22 - Diapositive

de formule is:
l = 2m +10, wat is l, als m = 4
typ je hele berekening in

Slide 23 - Question ouverte

40a + 60 = 260
A
a=4
B
a=2
C
a=5
D
a=6

Slide 24 - Quiz

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Oefenen
5 Gegeven is de formule y = 3(x + 2)
a Bereken y als x = 10
b Bereken y als x = 1,5

Slide 28 - Diapositive

Deze opgave 
gaan we nu 
maken.

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

- Open je schrift en pak een pen.
- Maak opgave 22a in je schrift.  
timer
1:30

Slide 31 - Diapositive

Oplossing:   

Slide 32 - Diapositive

Maak opgave 22b nu in je schrift.
timer
1:30

Slide 33 - Diapositive

Slide 34 - Diapositive

Oplossing:


Slide 35 - Diapositive

Maak nu
22c in je schrift.
timer
1:00

Slide 36 - Diapositive

Oplossing:

Slide 37 - Diapositive

Huiswerktijd.
H/V:  kies je eigen route; ga je 2VWO doen, doe dan de
uitdagende route.
VWO:  kies de uitdagende route.

Slide 38 - Diapositive

4 = 20 - 8b
A
b=2
B
b=3
C
b=4
D
b=5

Slide 39 - Quiz