Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
14 januari - Gr5 - Spelling herhaling blok 4
Herhaling spelling blok 4
Net als afgelopen dinsdag, is dit ook een herhalingsles spelling.
1 / 20
suivant
Slide 1:
Diapositive
Spelling
Basisschool
Groep 5
Cette leçon contient
20 diapositives
, avec
quiz interactifs
,
diapositives de texte
et
3 vidéos
.
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Herhaling spelling blok 4
Net als afgelopen dinsdag, is dit ook een herhalingsles spelling.
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Vidéo
Wei
licht
kou
ik zaai
Slide 3 - Question de remorquage
Welke 2 woorden zijn juist gespeld?
A
bodem
B
tantpasta
C
achtien
D
eieren
Slide 4 - Quiz
Welke 2 woorden zijn hier juist gespeld?
A
jassak
B
gids
C
hopelijk
D
koutst
Slide 5 - Quiz
Typ 5 woorden met de ei
Slide 6 - Question ouverte
Typ 5 woorden met de ij
Slide 7 - Question ouverte
Slide 8 - Vidéo
aai
ooi
oei
haai
boei
mooi
lawaai
ooievaar
papegaai
groeien
schroeien
het dooit
dooier
boeiend
saai
sproeien
hooi
Slide 9 - Question de remorquage
Welk woord is fout gespeld?
A
koejen
B
ooievaar
C
gooien
D
groeien
Slide 10 - Quiz
welk woord is fout gespeld?
A
zwaaien
B
gooien
C
schroeiplek
D
oojevaar
Slide 11 - Quiz
schrijf 5 woorden met ooi,
5 woorden met aai en 5 woorden met oei
Slide 12 - Question ouverte
Slide 13 - Vidéo
on
ont
ge, be, ver
vergadering
ongerust
ontmoeten
gebied
onverwacht
verschil
onveilig
beneden
onschuldig
benieuwd
ontdekken
ontvangen
gebak
ontbreken
Slide 14 - Question de remorquage
kijk naar het plaatje, typ het woord hieronder
Slide 15 - Question ouverte
kijk naar het plaatje, typ het woord hieronder
Slide 16 - Question ouverte
kijk naar het plaatje, typ het woord hieronder
Slide 17 - Question ouverte
kijk naar het plaatje, typ het woord hieronder
Slide 18 - Question ouverte
Ten slotte ga je nog even spelling dobbelen. Gooi met een dobbelsteen en schrijf minstens 2 woorden op die horen bij het getal.
1 = 5 woorden met ge, be en ver
2 = 5 woorden met aai, ooi, oei
3 = 5 woorden met ij
4 = 5 woorden met ei
5 = 5 woorden met ont
6 = 5 woorden met on
Slide 19 - Diapositive
einde
Slide 20 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
Technisch spreken en luisteren: de vocalen
Mars 2024
- Leçon avec
50 diapositives
Nederlands
OKAN
Secundair onderwijs
6.4 aaiooi
Mai 2024
- Leçon avec
43 diapositives
Spelling
Basisschool
Groep 5
6.4 aaiooi
Octobre 2024
- Leçon avec
50 diapositives
Spelling
Basisschool
Groep 5
Thema 1, week 3 Les 10 - AAI, OOI, OEI
Février 2023
- Leçon avec
27 diapositives
Spelling
Basisschool
Groep 5
Eer oor eur / aai ooi oei / eeuw ieuw (voorkennis ei-plaat/garagewoord)
Octobre 2021
- Leçon avec
13 diapositives
Spelling
Basisschool
Groep 7,8
Extra klanken
Septembre 2024
- Leçon avec
26 diapositives
Aai ooi oei uitleg
Avril 2022
- Leçon avec
25 diapositives
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 2
Blok 2, week 3, les 1
Novembre 2022
- Leçon avec
20 diapositives
Spelling
Basisschool
Groep 4