V4 30-05

• Frans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5,6

Programme du cours de mardi 9/2

Sujet: 

1. la meilleure innovation de ces derniers temps (description, fonctionnalité(s), influence sur notre vie, ton opinion)

• Comment utiliser les sources de la méthode
• Rétroaction à propos des réactions du cours de lundi.
  

2. l'innovation la plus inutile ou la plus inquiétante (description, fonctionnalité(s), influence sur notre vie, ton opinion (aspects positifs et négatifs)

Bienvenue au cours 

Mardi, le 30 mai 2023 

K: Werkpad terug te vinden in teams kanaal V4 - Bestanden - Periode 4

K: Planning cette semaine 
    Aujourd'hui: Herhaling Les pronoms interrogatifs Wie & Wat 
                               Uitleg L'ordre des mots

    Demain: Oefentoets KLV 

Z: Au choix: 

     - Idioom A & B

     - faites les exercices 9, 10, 37, 38 (volgende week laten zien)

Planning toetsen

Kennistoets (voca A, B et C & grammaire A & C)        15 juni 2023 

KLV toets Toetsweek 

Le mot "wat" en français

• In het Nederlands heb je één woord voor "wat"
• In het Frans heb je meerdere vormen, gebaseerd op 'qui' en 'que'.
• Welke vorm je gebruikt, hangt af van de functie van "wat" in de zin. 

Wat in een vraagzin 

Functie	Vorm	Voorbeeld
Onderwerp	Qu'est-ce qui	Qu'est-ce qui est difficile? Wat is moeilijk?
Lijdend voorwerp + inversie	Que	Qu' as-tu vu? Wat heb jij gezien?
Lijdend voorwerp	Qu'est-ce que	Qu'est-ce que tu as vu? Wat heb jij gezien?

Quel, Quelle, Quels, Quelles

Wat + is + zelfstandig nw. ?

Quel, Quelle, Quels, Quelles  + est/sont + nom propre

Quel est ton nom?
Quelle est ton adresse?

_________ tu vas faire après le bac?

1. Qu'est-ce qui
2. Qu'est-ce que
3. Que

_________ vas-tu faire après le bac?

1. Qu'est-ce qui
2. Qu'est-ce que
3. Que

________ est difficile?

1. Qu'est-ce qui
2. Qu'est-ce que
3. Que
4. Quelles

________ est ton nom?

1. Qu'est-ce qui
2. Quel
3. Que
4. Quelle

________ est ton adresse (f)?

1. Qu'est-ce qui
2. Quel
3. Que
4. Quelle

Le mot "wie" en français

• In het Nederlands heb je één woord voor "wie"
• In het Frans heb je 2 vormen 
• Welke vorm je gebruikt, hangt af van de functie van "wie" in de zin. 

Le mot "wie" en français

• In het Nederlands heb je één woord voor "wie"
• In het Frans heb je 2 vormen 
• Welke vorm je gebruikt, hangt af van de functie van "wie" in de zin. 

Wie in een vraagzin 

Functie	Vorm	Voorbeeld
Onderwerp	Qui	Qui est ton prof préféré? Wie is je favoriete leraar?
Lijdend voorwerp + inversie	Qui	Qui as-tu invité à ta fête?
Lijdend voorwerp	Qui est-ce que	Qui est-ce que tu as invité à ta fête?

.......avez-vous interviewé?

1. qui (onderwerp)
2. qui (lijdend voorwerp)
3. qui est-ce que (lijdend voorwerp)

....... a choisi le français?

1. qui (onderwerp)
2. qui (lijdend voorwerp)
3. qui est-ce que (lijdend voorwerp)

....... est le meilleur élève de classe?

1. qui (onderwerp)
2. qui (lijdend voorwerp)
3. qui est-ce que (lijdend voorwerp)

as-tu vu parler avec son professeur principal?

1. qui (onderwerp)
2. qui (lijdend voorwerp)
3. qui est-ce que (lijdend voorwerp)

L'ordre des mots

Tips:

1. Tijd-/plaatsbepalingen 

2. Onderwerp: zoek de persoonsvorm: uitgang geeft aan wat het onderwerp moet zijn 

3. Alle werkwoorden (gezegde)

4. Lijdend voorwerp 

5. Meewerkend voorwerp 

6. Tijd-/plaatsbepalingen 

L'ordre des mots

Tips:

1. A l'avenir (in de toekomst)

2. les élèves 

3. vont utiliser (gaan gebruiken)

4. des jeux vidéo. 

dans les lycées

les élèves

à l'avenir

joueront

à des jeux vidéo

À l'avenir, les élèves joueront à des jeux vidéo dans les lycées

probablement

plus de profs robots

chaque année

ce collège

accueillera

Chaque année, ce collège accueillera probablement plus de profs robots. 

Lees het antwoord en noteer de vraag. Gebruik in iedere zin een vertaling van het woord 'wat'.

________________? Ce soir, je préfère rester à la maison.

Lees het antwoord en noteer de vraag. Gebruik in iedere zin een vertaling van het woord 'wat'.

_______________? Ma couleur préférée, c'est le bleu.

Lees het antwoord en noteer de vraag. Gebruik in iedere zin een vertaling van het woord 'wat'.

________________? Il s'est cassé la jambe pendant les vacances.

Traduis les phrases:
Ik vind het niet leuk wat jij doet.

Traduis les phrases:
Wat mij verbaasd is dat hij altijd te laat komt.