Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Welkom - Praktische opdracht
Vandaag les 1: Theorieles marketingmix
Les 2: Opdrachten deel 1
Les 3: Opdrachten deel 2
Les 4: Afronden praktische opdracht
Inlevermoment: Woensdag 20 januari 23.59 uur
Slide 1 - Diapositive
Leerdoelen
Vandaag: Leerdoel 1: Je kan benoemen wat de marketingmix is.
Vandaag: Leerdoel 2: Je kan 5P's benoemen en uitleggen.
Volgende les: Leerdoel 3: Je kan de 5P's toepassen bij 3 verschillende winkels.
NUT --> Hoe wil jij jouw bedrijfje inrichten? Dure producten, goedkoop, welk personeel? Bij wat voor soort bedrijf wil je later graag werken?
Slide 2 - Diapositive
Voorkennis
Benoem een voorbeeld van marketing in je dagelijkse leven.
Slide 3 - Diapositive
Marketingmix
= de combinatie van product, prijs, promotie, plaats en personeel die een winkel kan gebruiken, zodat zoveel mogelijk mensen van hun product te horen krijgen.
Slide 4 - Diapositive
Product
Product = Alles wat te maken heeft met het product dat je verkoopt.
Voorbeeld: de kwaliteit, de kleur, de garantie, verpakking, service, merknaam, productontwerp etc.
Slide 5 - Diapositive
Prijs
Prijs = Alles wat te maken heeft met de prijs van het product.
Voorbeeld: aanbiedingen, kortingen, welke prijs hanteren we?, kostprijs etc.
Slide 6 - Diapositive
Promotie
3) Promotie = Je artikel, winkel of bedrijf bekend maken bij de klant.
Voorbeeld: Massacommunicatie (internet, radio, televisie, krant) of directe marketing (persoonlijke verkoop via de telefoon bijvoorbeeld)
Slide 7 - Diapositive
Op welke manier promoot de Mac Donald's nog meer haar producten?
Slide 8 - Question ouverte
Plaats
4) Plaats = Alles wat te maken heeft met de plaats van het bedrijf en het product.
Voorbeeld: winkel in het centrum of aan de rand van de stad, de plaats van de producten in de winkel.
Slide 9 - Diapositive
Welke plaats heeft een Mac Donald's vaak?
Slide 10 - Question ouverte
Personeel
5) Personeel = Alles wat te maken heeft met het personeel.
Voorbeeld: salaris, zelfbediening, vriendelijkheid, productkennis, enz. van het personeel.
Slide 11 - Diapositive
Benoem de 5P's.
Slide 12 - Question ouverte
Bij Van der Valk kan je luxe eten, maar je betaald meer. Bij de snackbar kan je niet luxe eten, maar betaal je minder. Van welke twee P's is er sprake? Leg uit!
Slide 13 - Question ouverte
Een schoenenwinkel heeft sinds kort ook een webshop. Van welke P is hier sprake? Leg uit!