Hoofdstuk 2 luisteren

 Luisteren
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

 Luisteren

Slide 1 - Diapositive

Waar kom je
gesproken teksten tegen?

Slide 2 - Carte mentale

Oriënteren op gesproken teksten
  • Je voorspelt wat er in de tekst aan bod komt
  • Gebruik de informatie die vooraf beschikbaar is
  • Stel jezelf 3 vragen: 
1. Wat is het onderwerp?
2. Wat is de tekstsoort?
3. Wie spreekt er?

Slide 3 - Diapositive

Onderwerp
Waar gaat de tekst over?

Slide 4 - Diapositive

Tekstsoorten
Krantenartikel
Instructie
Betoog
Recept
Stripverhaal
Enzovoort!

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Tekstdoelen
  • Informeren
  • Instrueren
  • Amuseren
  • Overtuigen
  • Activeren
  • Mening vormen

Slide 7 - Diapositive

Geeft kort aan waar de tekst over gaat.
b.v. artikel, advertentie, brief, nieuwsbericht, documentaire, instructie, reclame...etc.
De schrijver geeft de lezer informatie over een onderwerp. 
De schrijver legt de lezer uit hoe hij iets moet doen of gebruiken.
De schrijver wil dat de lezer het met hem eens is of iets gaat doen.
Onderwerp
Tekstsoort
informeren
Instrueren
Overtuigen

Slide 8 - Question de remorquage

Slide 9 - Vidéo

Slide 10 - Vidéo

Welke twee vragen wil de presentator in dit filmpje beantwoord zien?

Slide 11 - Question ouverte

Dick Gunst gaat naar een storing in een woonhuis. Na onderzoek van de ketel constateert hij dat de stuurautomaat is ‘overleden’. Wat bedoelt hij daarmee?

Slide 12 - Question ouverte

De presentator zegt over het gebruik van het woord ‘overleden’: ‘Dat klinkt voor mij nogal dramatisch.’
A
Mening
B
Feit

Slide 13 - Quiz

Waarom is het volgens Dick niet verstandig om in deze ketel een nieuwe stuurautomaat te zetten?
A
Een nieuw stuurautomaat is duur en de ketel is oud. Het is dus zonde van het geld om hem te repareren.
B
Een stuurautomaat in een ketel moet je nooit vervangen. Een ketel gaat 13 jaar mee en een stuurautomaat 15 jaar.
C
De ketel moet binnen een paar jaar vervangen worden, terwijl een nieuw stuurautomaat heel erg lang meegaat.

Slide 14 - Quiz

Welke twee andere argumenten noemt Dick om een gerefurbishte stuurautomaat te installeren in plaats van een nieuwe?

Slide 15 - Question ouverte

De klant geeft (naast de al door Dick genoemde argumenten) nog een derde argument om een gerefurbishte stuurautomaat te installeren in plaats van een nieuwe. Welk argument is dat?


Slide 16 - Question ouverte

Dick legt uit wat refurbishen is en hoe het werkt.
Welke meningen passen bij de uitspraken van Dick?
A
Een gerefurbisht onderdeel is eigenlijk beter dan nieuw.
B
Het levert voor de klant dubbele winst op.
C
Het is zonde om een nieuw onderdeel in een oude ketel te zetten.
D
Defecte onderdelen kun je het best in de prullenbak gooien.

Slide 17 - Quiz

Welke tekst zou je bij dit plaatje kunnen verwachten?

Slide 18 - Question ouverte

Wat kun je zeggen over de presentator?
Als het gaat om de keuze voor gerefurbisht in plaats van nieuw.
A
Hij laat merken dat hij de argumenten ervoor niet sterk vindt.
B
Hij geeft duidelijk zijn mening bij alles wat door Dick gezegd wordt.
C
Hij is neutraal en laat zijn eigen mening bijna niet merken.

Slide 19 - Quiz

Via Starttaal online 2F/3F minimaal 3 fragmenten "kijken en luisteren; uitzendingen

Slide 20 - Diapositive