‹Revenir à la recherche

Het restaurant (woordenschat)

Het restaurant
1 / 55
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsISK

Cette leçon contient 55 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Het restaurant

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan deze mensen doen?

Slide 2 - Diapositive

Ze gaan uit eten

Slide 3 - Diapositive

Wat is de naam van mensen die uit eten gaan?

Slide 4 - Diapositive

Zij zijn de gasten.
1 gast               2 gasten

Slide 5 - Diapositive

Hoe heet een vrouw die het eten of drinken brengt? Hoe heet een man die het eten of drinken brengt?    

Slide 6 - Diapositive

De serveerster                      De ober    

Slide 7 - Diapositive

Wie wijst de tafel aan?

Slide 8 - Diapositive

De ober wijst de tafel aan.

Slide 9 - Diapositive

Waar kun je zien wat je kunt eten of drinken?

Slide 10 - Diapositive

Het eten of drinken staat op de  menukaart.

Slide 11 - Diapositive

Wat staat er nog meer op de  menukaart?

Slide 12 - Diapositive

De prijzen staan op de  menukaart.

Slide 13 - Diapositive

Wat vraagt de ober denk je?

Slide 14 - Diapositive

Hij vraagt "Wat wilt u eten?"

De ober neemt de bestelling op.

"Heeft u een keuze kunnen maken?"

Slide 15 - Diapositive

Het voorgerecht

Slide 16 - Diapositive

Het hoofdgerecht

Slide 17 - Diapositive

Het nagerecht 

Het desert

Slide 18 - Diapositive

Hoe heet eten zonder vlees of vis?

Slide 19 - Diapositive

Vegetarisch of vegan
geen vlees
geen vis

Slide 20 - Diapositive

Wanneer doen mensen dit?

Slide 21 - Diapositive

Proosten. Als mensen iets leuks, iets nieuws hebben.
"Proost"           "Op je gezondheid" 

Slide 22 - Diapositive

Wat krijgen gasten na het eten?
Wat moeten gasten doen?

Slide 23 - Diapositive

De rekening (vragen)   
"Mag ik de rekening?"
"Kan ik afrekenen?"

Slide 24 - Diapositive

De gasten krijgen de rekening.
De gasten moeten betalen.
contant
pinnen

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Vidéo

Wat geef je extra aan de ober?

Slide 27 - Diapositive

De fooi.    

Slide 28 - Diapositive

Wie is deze man?
Waar werkt hij in het restaurant?

Slide 29 - Diapositive

Werken in een restaurant
Hij is de kok.
Hij werkt in de keuken.

Slide 30 - Diapositive

Wat doen deze mensen?

Slide 31 - Diapositive

Ze werken in de keuken.
Ze wassen af.
De afwasser

Slide 32 - Diapositive

Deze mensen werken in het restaurant.

Slide 33 - Diapositive

Zij werken in de bediening.
de serveerster
de ober

Slide 34 - Diapositive

Tafel dekken

Slide 35 - Diapositive

Het tafellaken  

Slide 36 - Diapositive

Het servies   

Slide 37 - Diapositive

Het bestek     
de vork
het mes
de lepel

Slide 38 - Diapositive

De servetten vouwen
De serveerster vouwt het servet.

Slide 39 - Diapositive

De drank inschenken
wijn
water

Slide 40 - Diapositive

Afruimen    
De ober ruimt de tafel af.

Slide 41 - Diapositive

Dit is:
A
De kok
B
De ober
C
De serveerster
D
De afwasser

Slide 42 - Quiz

Dit is:
A
Het bestek
B
De rekening
C
De menukaart
D
Het servet

Slide 43 - Quiz

Dit is:
A
De ober
B
De serveerster
C
De afwasser
D
De kok

Slide 44 - Quiz

Dit is:
A
Het bestek
B
Het tafellaken
C
De servet
D
Het servies

Slide 45 - Quiz

Wie is dit?

Slide 46 - Question ouverte

Wat is dit?

Slide 47 - Question ouverte

Maak een zin.

Slide 48 - Question ouverte

de ober
de serveerster
de afwasser
de kok
het bestek
de rekening

Slide 49 - Question de remorquage

Ik ga uit eten in een restaurant. Kan ik deze broek aan?
A
ja
B
nee

Slide 50 - Quiz

Ik werk in een restaurant. Doe ik het goed?
A
ja
B
nee

Slide 51 - Quiz

Ik werk in een restaurant.
Doe ik het goed?
A
ja
B
nee

Slide 52 - Quiz

Wil jij in een restaurant werken?
A
ja
B
nee

Slide 53 - Quiz

Wie weet de meeste woorden uit deze les?

Slide 54 - Question ouverte

Goed gedaan!

Slide 55 - Diapositive

Plus de leçons comme celle-ci

Het restaurant (woordenschat)

- Leçon avec 42 diapositives
NederlandsISK

Het restaurant (woordenschat) Extra: voegwoorden

- Leçon avec 41 diapositives
NederlandsISK

Herhaling Het restaurant (woordenschat)

- Leçon avec 47 diapositives
NederlandsISK

Toets groep 1 p. 74-75

- Leçon avec 15 diapositives
SpaansMBOStudiejaar 2

Sectororiëntatie Horeca

- Leçon avec 13 diapositives
Zorg en WelzijnPraktijkonderwijsLeerjaar 2

Sectororiëntatie Horeca

- Leçon avec 13 diapositives
Zorg en WelzijnPraktijkonderwijsLeerjaar 2

Sectororiëntatie Horeca

- Leçon avec 13 diapositives
Zorg en WelzijnPraktijkonderwijsLeerjaar 2

LES 2 CAR Horeca Kwaliteiten

- Leçon avec 39 diapositives
Horeca, Bakkerij en RecreatiePraktijkonderwijsLeerjaar 2