§ 5.1: De vraagfunctie en vraaglijn

Waar hangt het vanaf of je in de pauze een broodje gaat kopen in de kantine?
1 / 11
suivant
Slide 1: Question ouverte
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Waar hangt het vanaf of je in de pauze een broodje gaat kopen in de kantine?

Slide 1 - Question ouverte

De vraag

Er is een aantal factoren die bepaalt hoeveel een consument bereid is te betalen voor een bepaald product. Dit heet de betalingsbereidheid.

Als de prijs die betaald moet worden voor het product lager is, zal de persoon het product kopen.

Hoeveel producten er totaal gekocht worden, heet de vraag.

Slide 2 - Diapositive

De vraaglijn

De vraaglijn geeft het verband weer tussen de prijs van een goed en de gevraagde hoeveelheid.

Het verband is negatief, dus als de prijs stijgt, zal de vraag dalen.

Slide 3 - Diapositive

De vraagfunctie

De vraagfunctie ziet er altijd als volgt uit: qv = ap + b

Omdat er een negatief verband is tussen prijs en vraag, is de coëfficiënt a altijd negatief.

Voorbeeld: qv = -10 p + 50

Als bijvoorbeeld de prijs 2 is, is de gevraagde hoeveelheid gelijk aan:

-10 x 2 + 50 = 30

En om de vraag gelijk te laten zijn aan 20, moet de prijs gelijk zijn aan:

20 - 50 = -30       -30  / -10 = 3     (dus p moet 3 zijn)




Slide 4 - Diapositive

De vraaglijn

Stappen om vraaglijn te tekenen:

1) Let er op dat de p-as verticaal en de q-as horizontaal getekend wordt.

2) Berekenen snijpunt met p-as: qv = 0  

Welke prijs hoort daar bij?

3) Berekenen snijpunt met q-as: p = 0

Welke hoeveelheid (q) hoort daar bij?

Slide 5 - Diapositive

De vraaglijn (vb)

Hiernaast is de vraaglijn van de vraagfunctie qv = -10 p + 50 getekend.

Snijpunt p-as: qv = 0

0 = -10 x p + 50     

10 x p = 50

p = 50 / 10 = 5

Snijpunt q-as: p = 0 

qv = 10 x 0 + 50 = 50

Slide 6 - Diapositive

Vraagfunctie is Qv = - 25p + 500
Bij welke prijs snijdt de grafiek de p-as?
A
€ 20
B
€ 200
C
€ 25
D
€ 500

Slide 7 - Quiz

Verschuiving vraaglijn

De vraaglijn kan naar rechts of links verschuiven als:

- een subsitutiegoed duurder of goedkoper wordt

- een complementair goed goedkoper of duurder wordt

- het inkomen / budget stijgt of daalt

- de behoeften toe- of afnemen


Slide 8 - Diapositive

Wat kan een oorzaak geweest zijn van deze verschuiving?
A
substitutiegoed wordt goedkoper
B
minder behoefte naar dit product
C
budget voor dit product daalt
D
complementair goed wordt goedkoper

Slide 9 - Quiz

Wat kan geen oorzaak geweest zijn van deze verschuiving?
A
complementair goed wordt goedkoper
B
meer behoefte naar dit product
C
prijs goed daalt
D
substitutiegoed wordt duurder

Slide 10 - Quiz

Verandering prijs en de vraaglijn

Als de prijs verandert, verschuift de vraaglijn niet!

De prijs staat op de as, dus je kunt verandering van de vraag juist aflezen aan de grafiek.


Stel dat de prijs stijgt van 2 naar 3. Hoeveel neemt de vraag af?

Slide 11 - Diapositive