OP De Republiek

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

OP10: Inhoud

-Historische Context: Het ontstaan van de Republiek en de daarbij behorende historische vragen

- Historische vaardigheden:

historische vaardigheden:

- bronanalyse

- denken in continuïteit en verandering

- analyse vanuit verschillende perspectieven

perspectieven / aspecten:

Als de vraag gaat over of je iets vanuit een economisch, politiek, mentaal, religieus, cultureel perspectief wilt analyseren, gaat het niet zozeer over of een bepaald onderwerp, gebeurtenis,  oorzaak, gevolg e/p/m/r/c is, maar dat je die invalshoek neemt om er naar te kijken.

Voorbeeld: Corona

Voorbeeld: De Corona-maatregelen:
Welke aspecten spelen hier een rol?

"Intelligente lockdown"; Welke overwegingen spelen hier? Noem bij zoveel mogelijk deelaspecten: mentaal, cultureel, politiek, religieus en economisch, een voorbeeld of overweging.

Bij de Nederlandse Opstand en het ontstaan van de Republiek, welke van de volgende gebeurtenissen zul je vanuit een m / p / beschouwen?

De centralisatiepolitiek van Karel V

1. mentaal
2. cultureel
3. politiek
4. economisch

De protestantse reformatie

1. mentaal
2. cultureel
3. politiek
4. economisch

Het uitbreken van de 80-jarige oorlog

1. mentaal
2. cultureel
3. politiek
4. economisch

het ontstaan van de Nederlandse Republiek

1. mentaal
2. cultureel
3. politiek
4. economisch

De VOC en het begin van een wereldeconomie

1. mentaal
2. cultureel
3. politiek
4. economisch

De centralisatiepolitiek van Karel V

1. mentaal
2. cultureel
3. politiek
4. economisch

Van Eyck. Een optische revolutie
De grootste Van Eyck-tentoonstelling ooit

In de tekst over de centralisatiepolitiek staat dat economische veranderingen leidden tot politieke veranderingen. A. Welke economische veranderingen deden zich voor in de late middeleeuwen?

Leenheren konden deze veranderingen in hun voordeel gebruiken. Leg uit hoe ze dit deden.

Hoe veranderde daardoor de relatie tussen leenheren en hun leenmannen?

Bedenk welk belang een leenheer erbij had om het proces van staatsvorming te stimuleren.

Geef voor de volgende twee groepen aan waarom zij vaak moeite hadden met het staatsvormingsproces: de adel.

Geef voor de volgende twee groepen aan waarom zij vaak moeite hadden met het staatsvormingsproces: de rijke burgers in de steden.

thuis-opdracht 1

Gebruik het c-p schema als basis om uit te leggen wat er in de late middeleeuwen gebeurt. Maak er een mooie tekening / ontwerp van.

thuis-opdracht 2

Maak de "Historisch denken" -vragen die bij dit hoofdstuk horen in je boek. Lever deze, samen met je schema, digitaal in in magister.

Succes!

thuisopdracht 3

Kopieer het overzicht van "week 1" van deze OP naar je eigen bestand.

https://drive.google.co/open?id=1FWRkoGWwHhD5LExjYzDZf6z3GmqjsyE0

Kies een kleurcode voor de verschillende aspecten die je deze hele OP zult gebruiken. Geef per gebeurtenis, of proces aan, welke aspect je hier het meest prevalent vindt. Is iets echt evenredig, dan combineer je de kleuren.

Ook deze lever je in in magister.

dit was het voor vandaag.

Succes!