6.3 Relais

Relais
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Relais

Slide 1 - Diapositive

Sleep naar de juiste plaats
R
E
t
I
W
J
A
s
V
Ohm
Watt
Joule
Volt

Slide 2 - Question de remorquage

Slide 3 - Vidéo

Het relais
Het relais is een schakelaar die wordt bediend door een elektromagneet. 
Een elektromagneet bestaat uit een spoel en een ijzeren kern.

Slide 4 - Diapositive

Elektromagneet
IJzeren kern is omwikkeld met koper (spoel).  Je kan hierdoor een stroomsterkte laten lopen. Hierdoor wordt het magnetisch; vandaar dat het ook een Noord en Zuidkant heeft.

Slide 5 - Diapositive

Elektromagneet & stroomsterkte
Grote stroomsterkte = groot magnetisch veld
Kleine stroomsterkte  = klein magnetisch veld
Geen stroomsterkte=geen magnetisch veld; de spoel werkt niet

Slide 6 - Diapositive

Elektromagneet & relais
De elektromagneet moet eerst aan staan. Er ontstaat dan een magnetisch veld. Dit trekt de veer/schakelaar aan waardoor deze naar het maakcontact toe gaat.
Gaat de elektromagneet uit verliest het een magnetisch veld. De veer/schakelaar wordt niet meer aangetrokken en veert terug naar het breekcontact => lamp uit

Slide 7 - Diapositive

Relais

Slide 8 - Diapositive

een elektromagneet waarmee je schakelt
een opgerold stuk koperdraad
Een instrument met een vrij bewegende magneet
komt uit een batterij
een stuk ijzer dat magnetisch is
de spoel
het relais
de magneet
de stroom
het kompas

Slide 9 - Question de remorquage

Relais
Woordt aangezet door een elektromagneet en heeft een:
Maakcontact
Breekcontact

Slide 10 - Diapositive

Maakcontact
Is de relais aangesloten op het maakcontact is de stroomkring compleet; er kan stroom lopen
Lamp gaat aan

Slide 11 - Diapositive

Breekcontact
Is de relais verbonden met het breekcontact is er geen complete stroomkringt; er kan geen stroom lopen. De verbinding is verbroken.
de lamp gaat uit

Slide 12 - Diapositive

Relais
Een kleine stroomkring zet een grote stroomkring aan.
Het is een automatische schakelaar

Slide 13 - Diapositive

Relais
Er zijn dus 2 aparte stroomkringen

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Wat is een relais?
A
Een elektrische schakelaar
B
Een magnetische schakelaar
C
Een lichtschakelaar
D
Een drukschakelaar

Slide 16 - Quiz

Wat is de functie van het relais?
A
Het relais meet de spanning
B
Het relais werkt als spanningsdeler
C
Het relais meet de stroomsterkte
D
Het relais werkt als schakelaar

Slide 17 - Quiz

Een relais werkt als volgt:
A
Het verhoogt of verlaagt de spanning van 10.000V naar 230V
B
Is een elektro- magnetische schakelaar. Door spanning door een spoel kan je een andere stroom inschakelen.
C
Een elektrisch schakelcontact in een glazen buisje dat bediend wordt door een magnetisch veld.

Slide 18 - Quiz

Bekijk de afbeelding. Noteer de juiste woorden:
- Als de zon feller gaat schijnen, wordt de weerstand door onderdeel Q GROTER/KLEINER - Er gaat dan WEL/GEEN stroom door de linkerkant van de relais lopen - De relais maakt dan contact met het BREEKCONTACT / MAAKCONTACT - In de bovenstaande schakeling is dit aansluitpunt R/S

Slide 19 - Question ouverte