Chapitre 2 1HV A + B

• Frans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Chapitre 2 1HV A + B

C'est si bon!

La patisserie française

le temps, la date, l'heure

Quelle est la date?

Quel temps fait-il?

Quelle heure est-il?

Les objectifs

Ik ken woorden over eten en drinken in het Frans.

Ik kan zeggen wat ik wel en niet lekker vind. 

Ik kan iets bestellen op een terras.

 

les devoirs

Faire: 30 t/m 33 chapitre 1 & 16 t/m 19 chapitre 3

Apprendre: avoir & être

Réviser: vocabulaire chapitre 1

J'ai

Tu as

Il a

Elle a

On a

Nous avons

Vous avez

Ils ont

Elles ont

Jullie hebben

U heeft

Hij heeft

Zij hebben mmv

Ik heb

Wij hebben

Men heeft

we hebben

Jij hebt

Zij heeft

Zij hebben vmv

Je suis

Tu es

Il est

Elle est

On est

Nous sommes

Vous êtes

Ils sont

Elles sont

Hij is

Wij zijn

Ik ben

Jullie zijn

U bent

Jij bent

Men is

We zijn

Zij zijn vmv

Zij zijn mmv

Zij is

Introduction

Chapitre 2, introduction

1, 2 & 3

3 - écouter ensemble

Exprimer des goûts

aimer = houden van

adorer = dol zijn op

préférer = liever hebben

détester = een hekel hebben aan

Na deze werkwoorden altijd le, la of les!

J'aime les chips, mais je déteste le chocolat.

Je n'aime pas le café, je préfère le thé. 

Parler!

Tu aimes ... ?

Oui, j'aime ...

Oui, j'adore ...

Non, je préfère ...

Non, je n'aime pas ... 

A Écouter

Chapitre 2, Partie A

5 t/m 8

5a - écouter ensemble

Parler!

A: monsieur/madame, la carte s'il vous plait

B: Voilà

A: Pour moi, une glace au caramel/citron/vanille s'il vous plait

B: Très bien

A: Où sont les toilettes?

B: C'est ici / c'est là-bas.

A: monsieur/madame, l'addition s'il vous plait.

B Lire

Chapitre 2, Partie B

5 t/m 8

5a - écouter ensemble

Les objectifs

Ik ken woorden over eten en drinken in het Frans.

Ik kan zeggen wat ik wel en niet lekker vind.

Ik kan iets bestellen op een terras.

 

les devoirs

Faire: Chapitre 2, introduction, A & B exercices 1 t/m 12

Apprendre: vocabulaire A & B

Réviser: être & avoir