Havo 5 nectar 13.4

Paragraaf 13.4
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Paragraaf 13.4

Slide 1 - Diapositive

Deze periode (TW2)

Slide 2 - Diapositive

Deze periode (SE2)

Slide 3 - Diapositive

Wat is homeostase?
A
Streven naar interne evenwicht
B
Streven naar opbouw van alle cellen
C
Streven naar afbouw van alle cellen
D
Activeren van spanning

Slide 4 - Quiz

Homeostase is een voorbeeld van?
A
Fotosynthese
B
Zelfregulatie
C
Celdifferentiatie
D
Genetische mutatie

Slide 5 - Quiz

Welke maatregel valt NIET
onder homeostase?
A
Daling van de hartslag
B
Dieper en sneller ademhalen
C
Voldoende rust nemen
D
Stijging van de concentratie glucagon in het bloed

Slide 6 - Quiz

Wat is GEEN onderdeel van de temperatuur regeling?
A
Zweetklieren
B
Talgklieren
C
Bloedvaatjes
D
Hypothalamus

Slide 7 - Quiz

Leerdoelen 13.3

Slide 8 - Diapositive

Leerdoelen 13.4

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

De nieren
BiNaS 85A
  • filteren afvalstoffen uit het bloed
  • zuivering vindt plaats in nefronen
  • voorurine -> urine



    Slide 11 - Diapositive

    Slide 12 - Diapositive

    De nieren
    BiNaS 85A

    Slide 13 - Diapositive

    De nieren
    BiNaS 85A

    Slide 14 - Diapositive

    De nieren
    BiNaS 85A

    Slide 15 - Diapositive

    Slide 16 - Lien

    ADH

    Slide 17 - Diapositive

    Slide 18 - Diapositive

    Blaas
    Urineleider
    Nier
    Nierslagader
    Nierader

    Slide 19 - Question de remorquage


    Wat doen de nieren?
    A
    Afvalstoffen uit het bloed halen
    B
    Zuurstof aan het bloed toevoegen
    C
    Voedingstoffen aan het bloed toevoegen
    D
    Koolstofdioxide verwijderen

    Slide 20 - Quiz

    Waar in de nier vindt ultrafiltratie plaats?
    A
    Glomerulus
    B
    Urineleider
    C
    Lis van Henle
    D
    Verzamelbuis

    Slide 21 - Quiz

    Bestudeer de tabel in de afbeelding aandachting.

    Welke stof worden NIET door ultrafiltratie uit het bloed verwijderd?
    A
    eiwitten
    B
    glucose
    C
    Na
    D
    ureum

    Slide 22 - Quiz

    Bloedplasma bevat eiwitten, urine normaal gesproken niet. Hoe komt dat?
    A
    Eiwitten worden actief teruggeresorbeerd uit voorurine
    B
    Eiwitten verlaten de voorurine passief door diffusie
    C
    Eiwitten worden door ADH teruggeresorbeerd
    D
    Eiwitten zijn te groot om via ultrafiltratie in de voorurine te komen

    Slide 23 - Quiz

    Welk orgaan maakt ADH?
    A
    hypothalamus
    B
    hypofyse
    C
    nier
    D
    bijnier

    Slide 24 - Quiz

    De functie van de nieren is uitscheiding. Wat scheiden de nieren uit?
    A
    alleen overtollig water
    B
    overtollig water en afvalstoffen
    C
    overtollig water en schadelijke stoffen
    D
    alleen afvalstoffen

    Slide 25 - Quiz

    Blaas
    Urineleider
    Nier
    Nierslagader
    Nierader

    Slide 26 - Question de remorquage

    Nierschors
    Urineleider
    Nierslagader
    Nierbekken
    Nierader
    Niermerg

    Slide 27 - Question de remorquage

    Leerdoelen 13.4

    Slide 28 - Diapositive



      • Herhalen: leerdoelen 13.1 t/m 13.4
      • Maken 13.4: opdracht 56, 59, 60, 64-68 + extra BiNaS vragen
      Aan het werk

      Slide 29 - Diapositive