Het menselijk lichaam - De bloedsomloop

De bloedsomloop
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieBasisschoolGroep 5-8

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

De bloedsomloop

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat weet je al over bloed? Waarom hebben we bloed nodig?

Slide 2 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

We leren:
*Welke stoffen er in het bloed zitten en wat ze doen.
*Wat de taak van het bloed is.
*Wat de taak van het bloed is.
We herhalen:
*Wat de grote en de kleine bloedsomloop is.
*Waar de kamers en de boezems in het hart zitten.

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bloedsomloop

2 bloedsomlopen:

  • Kleine bloedsomloop
  • Grote bloedsomloop

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bloedsomloop
  • Bij de mens zijn er eigenlijk twee bloedsomlopen, de grote bloedsomloop en de kleine bloedsomloop. 
  • Bij de kleine bloedsomloop gaat het bloed vanuit het hart door een slagader naar de longen, vanuit daar gaat het bloed door een ader terug naar het hart. 
  • Bij de grote bloedsomloop gaat het bloed vanuit het hart door een slagader, het komt dan bij alle weefsels en organen in het lichaam. Daar wordt zuurstof verbruikt. 
  • Vervolgens komt het bloed door een ader terug bij het hart. Geef bij de volgende sleepvraag bij de vier soorten bloedvaten aan of het bloed daarin zuurstofarm of zuurstof rijk is.

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Grote bloedsomloop
Kleine bloedsomloop
Dubbele bloedsomloop

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

In de afbeelding is een lengte doorsnede van een schematisch hart weergegeven. 
Sleep de onderdelen naar het hart.
Rechterboezem
Rechterkamer
Linkerboezem
Linkerkamer

Slide 7 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 8 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel liter bloed heeft een gemiddelde volwassene in zijn lichaam?
A
2 à 4 liter
B
4 à 6 liter
C
3 à 5 liter
D
5 à 7 liter

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Uit welke onderdelen bestaat de bloedsomloop
A
Hart
B
Bloedvaten
C
Hart, bloedvaten en longen
D
Hart en bloedvaten

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Functie bloed
Bloed vervoert stoffen:
  • voedingsstoffen
  • afvalstoffen
  • zuurstof
  • koolstofdioxide


Waarom is dit nodig?
  • Verdelen van voedingsstoffen en zuurstof over weefsels
  • Afvalstoffen naar nieren en longen brengen

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bloedcellen
Rode bloedcellen:
Vervoeren zuurstof, geven kleur aan je bloed
Witte bloedcellen:
Beschermen je lichaam tegen ziekteverwekkers
Bloedplaatjes:
Zorgen dat het bloed stolt om een korstje te maken.
Bloedcellen leven niet lang, daarom worden er in het rode beenmerg steeds nieuwe gemaakt.

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bloed is een transport middel, wat vervoert het
A
Zuurstof
B
Koolstofdioxide
C
Zuurstof en voedingsstoffen
D
Zuurstof, koolstofdioxide, afvalstoffen en voedingsstoffen

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bloedvaten
3 soorten bloedvaten:
  • slagaders,
  • haarvaten,
  • aders.

Het hart pompt bloed door de bloedvaten.

De namen van de bloedvaten komen vaak van de organen waar ze naartoe of vandaan lopen.

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aders hebben ....... kleppen
A
wel
B
geen

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bloedvaten
Bloedvat
Bloeddruk
Wand
Weetje
Slagader
Hoog
Dik, gespierd, elastisch
Hartslag
Haarvat
Laag
Dun
Stofwisseling
Ader
Laag
Dun en minder elastisch
Geen hartslag, blauwe strepen, aderkleppen

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Haarvaten
Slagaders
Aders
Hebben een stevige wand.
Hierdoor stroomt het bloed altijd naar het hart toe.
Hierdoor stroomt het bloed altijd van het hart af.
Heeft kleppen
Heeft een wand van 1 cellaag dik en er kunnen stoffen door naar buiten en naar binnen
Hier worden afvalstoffen in het bloed opgenomen
Zuurstof afgeven aan cellen 

Slide 17 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Tot slot......

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een machine? 
Het lichaam is net een ingewikkelde machine.  Net als bij een machine moet je deze goed verzorgen, anders gaat het stuk. 
  • Goede voeding 
  • Fit zijn 
  • Goede verzorging 

Slide 19 - Diapositive

Goede voeding = Gezond eten en drinken
Fit zijn = goed slapen, veel bewegen
Goede verzorging = insmeren, wassen, tandenpoetsen, etc. 

Slide 20 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions