h.1 en 2 LEZEN

h.1 en h.2 LEZEN
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

h.1 en h.2 LEZEN

Slide 1 - Diapositive

Wat doen we deze les?

  • Opnieuw bekijken van de  theorie van h.1 LEZEN 
  • Daarna bekijken we de theorie van h.2 LEZEN
  • Daarna kijken we samen opdracht 2 na.
  • Ten slotte kun je nog huiswerk maken

Slide 2 - Diapositive


  • Je kent de theorie van LEZEN h.1 en h.2.

  • Je kunt de theorie toepassen in teksten met vragen.

Lesdoelen

Slide 3 - Diapositive

H. 1 LEZEN


Slide 4 - Diapositive

Elke tekst gaat ergens over

Het onderwerp van de tekst is:

Datgene waar de tekst over gaat in één of een paar woorden.
Let op: het is nooit een zin!



Slide 5 - Diapositive

Hoe lees je een tekst oriënterend?

Slide 6 - Question ouverte

Elke tekst gaat ergens over

Het onderwerp van de tekst is:

Datgene waar de tekst over gaat in één of een paar woorden.
Let op: het is nooit een zin!



oriënterend lezen
je bekijkt:

de titel, de tussenkopjes, illustraties, anders gedrukte woorden en je leest de eerste alinea

Slide 7 - Diapositive

H. 2 LEZEN


Slide 8 - Diapositive

Hoe is een tekst ingedeeld?

Slide 9 - Question ouverte

Slide 10 - Diapositive

In het middenstuk krijg je de meeste informatie over het onderwerp van de tekst.

De verschillende aspecten (kanten, delen) van het onderwerp worden in dit deel uitgewerkt.

Slide 11 - Diapositive

Stel je hebt een tekst met als onderwerp:

Films
deelonderwerpen:

actiefilms, griezelfilms, sciencefiction film

Slide 12 - Diapositive

  • Om te bepalen wat de deelonderwerpen zijn, kun je het beste de eerste en laatste zin van elke alinea lezen.

  • Je weet dan namelijk welke kanten van het onderwerp worden besproken. 

  • Dit noemen we globaal lezen.

Slide 13 - Diapositive

  • Soms bestaat een deelonderwerp uit één alinea. Soms gaan meer alinea's over hetzelfde deelonderwerp. 

  • Vaak zet de schrijver dan een tussenkopje boven die alinea's.

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Ik moet een verslag schrijven over honden. Ik heb een tekst gevonden over huisdieren. Hoe vind ik de informatie die ik nodig heb?

Slide 16 - Question ouverte

  • Als je alleen iets wilt opzoeken in de tekst, kun je ook zoekend lezen.

De lezer let dan op:

  • tussenkopjes
  • anders gedrukte woorden (vet, cursief, onderstreept)
  • opvallende tekens (bolletjes, nummers, sterretjes).




Slide 17 - Diapositive

Oriënterend lezen
Globaal
lezen
Zoekend 
lezen
Je leest de eerste en laatste zinnen van elke alinea.
Je leest de eerste 
alinea.
Je let op opvallende tekens en tussenkopjes
Je kunt het onderwerp bepalen.
Je wilt de vertrektijd van de trein weten 
Je kunt de deelonderwerpen bepalen.

Slide 18 - Question de remorquage

Pak opdracht 1 (blz 45) erbij!

Slide 19 - Diapositive

Huiswerk volgende les
Opdracht 4 & 5 (blz 48-49)

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive