Taalverzorging 2 par. 4.1 herhaling en afmaken
1 / 25
La durée de la leçon est: 30 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Wat is het werkwoord in de volgende zin?
Wij spelen in het park.
Wij spelen in het park.
Slide 5 - Question ouverte
Wat is het werkwoord in de volgende zin?
Reko leest een boek
Reko leest een boek
Slide 6 - Question ouverte
Wat is het werkwoord in de volgende zin?
De kat slaapt in een doos.
De kat slaapt in een doos.
Slide 7 - Question ouverte
Wat is het werkwoord in de volgende zin?
Kook jij wel eens avondeten?
Kook jij wel eens avondeten?
Slide 8 - Question ouverte
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Schrijf de werkwoorden op en zet de juiste werkwoordsvorm (pv, hele ww of vdw) er achter.
Ik volg elke les.
Ik volg elke les.
Slide 11 - Question ouverte
Schrijf de werkwoorden op en zet de juiste werkwoordsvorm (pv, hele ww of vdw) er achter.
Ik zal elke les volgen.
Ik zal elke les volgen.
Slide 12 - Question ouverte
Schrijf de werkwoorden op en zet de juiste werkwoordsvorm (pv, hele ww of vdw) er achter.
Ik heb elke les gevolgd.
Ik heb elke les gevolgd.
Slide 13 - Question ouverte
Schrijf de werkwoorden op en zet de juiste werkwoordsvorm (pv, hele ww of vdw) er achter.
Ik kan deze opdracht makkelijk maken.
Ik kan deze opdracht makkelijk maken.
Slide 14 - Question ouverte
Schrijf de werkwoorden op en zet de juiste werkwoordsvorm (pv, hele ww of vdw) er achter.
Dat werkstuk is heel snel gemaakt.
Dat werkstuk is heel snel gemaakt.
Slide 15 - Question ouverte
Slide 16 - Diapositive
Noteer het werkwoordelijk gezegde van de zin.
Heb jij wel eens een plaatje gezien van een dinosaurus?
Heb jij wel eens een plaatje gezien van een dinosaurus?
Slide 17 - Question ouverte
Noteer het werkwoordelijk gezegde van de zin.
Die kan je niet meer levend tegenkomen.
Die kan je niet meer levend tegenkomen.
Slide 18 - Question ouverte
Noteer het werkwoordelijk gezegde van de zin.
De dinosaurussen zijn ongeveer 65 miljoen jaar geleden uitgestorven.
De dinosaurussen zijn ongeveer 65 miljoen jaar geleden uitgestorven.
Slide 19 - Question ouverte
Noteer het werkwoordelijk gezegde van de zin.
Tegenwoordig kan je dinosaurusskeletten in een museum zien.
Tegenwoordig kan je dinosaurusskeletten in een museum zien.
Slide 20 - Question ouverte
Doe de tijdproef.
• Noteer de zin in een andere tijd.
• Noteer de persoonsvorm.
Ik ga naar de markt.
• Noteer de zin in een andere tijd.
• Noteer de persoonsvorm.
Ik ga naar de markt.
Slide 21 - Question ouverte
Doe de tijdproef.
• Noteer de zin in een andere tijd.
• Noteer de persoonsvorm.
Zij heeft een boek gelezen.
• Noteer de zin in een andere tijd.
• Noteer de persoonsvorm.
Zij heeft een boek gelezen.
Slide 22 - Question ouverte
Doe de tijdproef.
• Noteer de zin in een andere tijd.
• Noteer de persoonsvorm.
Wij waren in Parijs.
• Noteer de zin in een andere tijd.
• Noteer de persoonsvorm.
Wij waren in Parijs.
Slide 23 - Question ouverte
Doe de tijdproef.
• Noteer de zin in een andere tijd.
• Noteer de persoonsvorm.
Elke week gaat zij naar haar oma.
• Noteer de zin in een andere tijd.
• Noteer de persoonsvorm.
Elke week gaat zij naar haar oma.
