Bedrijfseconomie 2.4 Jaarrekening

Bedrijfseconomie 2.4 Jaarrekening
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 14 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Bedrijfseconomie 2.4 Jaarrekening

Slide 1 - Diapositive

Wat moet je aan het einde van de paragraaf kunnen uitleggen.
Waarom moeten bedrijven een boekhouding bijhouden?
Hoe verandert de boekhouding door de financiële gebeurtenissen?
Wat is een balans en winst-en verliesrekening?

Slide 2 - Diapositive

Voor wie is de boekhouding belangrijk.
- De belastingdienst:
  • omzet
  • Loon
  • winst
- Banken: Investeringen
- De ondernemer zelf

Slide 3 - Diapositive

De jaarrekening bestaat uit:
  • Balans.
  • De winst- en verliesrekening. 
  • En de toelichting op beide.

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Voorraad staat tegen de inkoopprijs  op de balans!!!

Slide 7 - Diapositive

Lezen blz 69 t/m 71
Beantwoord de volgende vragen en schrijf deze in je schrift.
Wat zijn vaste activa en geef een voorbeeld?
Wat zijn vlottende activa en geef een voorbeeld?
Wat zijn Liquide middelen  en geef een voorbeeld?
Wat zijn debiteuren?
Wat zijn crediteuren?
Wat is het eigen vermogen?
Wat is vreemd vermogen lang en kort en geef van beide een voorbeeld?

Slide 8 - Diapositive

Bespreken van de begrippen

Slide 9 - Diapositive

Maken opdrachten
2.16 a t/m e
2.17 a t/m d

Slide 10 - Diapositive

Bespreken opdr. 2.16

Slide 11 - Diapositive

Winst- en -verliesrekening

Slide 12 - Diapositive

Waarom is een winst-en-verliesrekening zinvol
  • Weten hoeveel winst je maakt
  • Na belasting weet je wat je inkomen is als eigenaar zijnde
  • Kun je het personeel en de overige kosten betalen
  • Klopt de winst met je verwachtingen. 

Slide 13 - Diapositive

Winst-en-verliesrekening
Een overzicht van de totale opbrengsten, de totale kosten en de winst of het verlies van een bepaalde periode. Zie voorbeeld 2.14

Aan de debetzijde staan alle kosten en aan de creditzijde staan de opbrengsten. De totaaltelling van beide kanten is aan elkaar gelijk. De winst of het verlies is de sluitpost om de winst-en-verliesrekening in evenwicht te brengen.

Slide 14 - Diapositive