Advertentieteksten: Diego/Rijk/Iglo

Advertentieteksten: Diego/Rijk/Iglo
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

Advertentieteksten: Diego/Rijk/Iglo

Slide 1 - Diapositive

Vraag 13: Wat is het voornaamste doel van deze advertentie?
A
dat Diego...
B
dat meer....
C
dat mensen bepaalde....
D
dat mensen meer...

Slide 2 - Quiz

Vraag 14: Voor wie is deze advertentie vooral bedoeld?
A
voor alle lezers
B
voor alle mensen...
C
voor de leerlingen...
D
voor kinderen...

Slide 3 - Quiz

Vraag 15: Wat voor jongen is Diego?
A
een jongen die ...
B
een jongen uit...
C
een voorbeeld...
D
een willekeurig...

Slide 4 - Quiz

Vraag 12: Op welke speciale doelgroep is deze tekst gericht?
A
op alle kritische...
B
op alle mensen die in supermarkten...
C
op alle mensen die tegen ....
D
op alle mensen die werk zoeken...

Slide 5 - Quiz

Vraag 13: Wat laat de afbeeldingen van vlees uit een supermarkt in deze advertentie zien?
A
hoe ingewikkeld...
B
hoe onbetrouwbaar...
C
hoeveel contact...
D
welke baan...

Slide 6 - Quiz

Vraag 14: Wat is het belangrijkste doel van de advertentie?
A
amuseren
B
informeren
C
tot handelen aansporen
D
waarschuwen

Slide 7 - Quiz

Vraag 13: Waarom staat de ene tekst meer links en de andere rechts? Deze verdeling
A
maakt het gebruik...
B
maakt meer ruimte...
C
past beter bij de afbeelding
D
past beter bij de verdeling licht...

Slide 8 - Quiz

Vraag 14: Welk verband is er tussen de foto en de tekst? De foto
A
beeldt de tekst uit.
B
is nodig om de tekst te begrijpen.
C
voegt nieuwe informatie toe.
D
zwakt de tekst af.

Slide 9 - Quiz

Vraag 15: Voor welk soort consumenten is deze advertentie vooral bedoeld? Voor de consument
A
die alleen groenten...
B
die altijd diepvriesgroenten...
C
die een hekel heeft...
D
die het verschil...

Slide 10 - Quiz

Vraag 16: Wat is het belangrijkste doel van de advertentie?
A
aansporen tot kopen
B
gevoelens uitspreken
C
informeren
D
waarschuwen

Slide 11 - Quiz