1kgt - theme 3 - body talk

Theme 3 Body talk


Doelen van dit
hoofdstuk:





Aan het eind
van dit hoofdstuk …


… heb je je
woordenschat uitgebreid



… kun je een
gesprek voeren over uiterlijk en



    gezondheid



… kun je
vragen stellen met
am/are/is



… kun je
zelfst.
nw in het
meervoud zetten



… kun je de
Engelse lidwoorden goed gebruiken



    (a, an, the)



-


1 / 54
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsVoortgezet speciaal onderwijs

Cette leçon contient 54 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Theme 3 Body talk


Doelen van dit
hoofdstuk:





Aan het eind
van dit hoofdstuk …


… heb je je
woordenschat uitgebreid



… kun je een
gesprek voeren over uiterlijk en



    gezondheid



… kun je
vragen stellen met
am/are/is



… kun je
zelfst.
nw in het
meervoud zetten



… kun je de
Engelse lidwoorden goed gebruiken



    (a, an, the)



-


Slide 1 - Diapositive

body parts

Slide 2 - Carte mentale

A
body
exhibition
guide
listen
memory
look like
smell
entrance
amazing
human
brain
sign
muscle
lichaam
tentoonstelling
gids
luisteren
geheugen
lijken op
geur
ingang
verbazingwekkend
menselijk
hersenen
bord
spier

Slide 3 - Question de remorquage

B
enkel
rug
gezicht
hoofd
knie
mond
neus
schouder
maag
keel
teen
tand
pols
ankle
back
face
head
knee
mouth
nose
shoulder
stomach
throat
toe
tooth
wrist

Slide 4 - Question de remorquage

The girl has a really pretty                 .
He always wears a baseball cap on his                  .
He has a lolly in his                   .
She wears a gold watch on her                   .
I have a sore                    , so I can't talk very 
The dentist had to pull my                  .
Eating too much is bad for your                  .
My dad snores if he sleeps on his                  .
face
head
wrist
stomach
tooth
toe
mouth
back
throat

Slide 5 - Question de remorquage

exhibition
A
tentoonstelling
B
geheugen
C
menselijk
D
ingang

Slide 6 - Quiz

ingang
A
muscle
B
inside
C
guide
D
entrance

Slide 7 - Quiz

menselijk
A
memory
B
human
C
muscle
D
brain

Slide 8 - Quiz

rug

Slide 9 - Question ouverte

buik

Slide 10 - Question ouverte

keel

Slide 11 - Question ouverte

teen

Slide 12 - Question ouverte

mond

Slide 13 - Question ouverte

We gaan nu de woordjes van C doornemen.
Zoek in TB blz. 51 op.

Daarna lezen we het verhaal van Madame Tussauds.
Zoek op TB blz. 43.

Maak nu oef. 5,6,7: WB blz. 72+73.

Slide 14 - Diapositive

C
drogen
eindelijk
reis
lid
naast
koningin
echt
zelfde
vorm
kort, klein
standbeeld
dry
finally
journey
member
next to
queen
real
same
shape
short
statue

Slide 15 - Question de remorquage

Grammar 7: vragen met am/are/is

Regel: Als er am/are/is  in de zin staat dan zet je dat voorop.

Voorbeeld: You are tall. --> Are you tall?

Slide 16 - Diapositive

Grammar 8 Meervoud (zie blz. 149)
Hoofdregel: zet een s achter het woord
Uitzonderingen:
eindigt op sis-klank --> es
eindigt op -o: vaak --> es
eindigt op medeklinker + y --> ies
eindigt op -f of -fe --> ves
ander woord: tooth --> teeth         woman --> women
                          foot --> feet               man --> men
                          child --> children     mouse --> mice   

Slide 17 - Diapositive

Jullie gaan nu de oefeningen maken die hierbij horen in Van Dijk: oef. 13+14+15.

Zorg ervoor dat je hoofdstuk 3 heb aangeklikt!!

Slide 18 - Diapositive

Zet in het meervoud:
shoe
A
shoes
B
shoe's

Slide 19 - Quiz

wat is het meervoud van

dog
A
dogs
B
dog's
C
doggs

Slide 20 - Quiz

Wat is het meervoud van

lady
A
ladys
B
lady's
C
ladies
D
ladie's

Slide 21 - Quiz

wat is het meervoud van
book

Slide 22 - Question ouverte

Wat is het meervoud van
bus

Slide 23 - Question ouverte

Wat is het meervoud van
photo

Slide 24 - Question ouverte

Wat is het meervoud van
child

Slide 25 - Question ouverte

Wat is het meervoud van
party

Slide 26 - Question ouverte

Wat is het meervoud van
potato

Slide 27 - Question ouverte

?
Stone 6+7
what
does
look
like
he

Slide 28 - Question de remorquage

?
1
2
3
4
5
6
7
are
the
twins
wearing
the
same
jumpers

Slide 29 - Question de remorquage

1
2
3
4
5
6
7
my
friend
hasn't
got
straight
brown
hair

Slide 30 - Question de remorquage

1
2
3
4
5
6
his
hair
is
short
and
curly

Slide 31 - Question de remorquage

1
2
3
4
5
6
7
he's
wearing
jeans
and
a
black
jacket

Slide 32 - Question de remorquage

Grammar 9 Lidwoorden (zie blz. 154)
a en an betekenen allebei een.
Regel:  je gebruikt an als het volgende woord in de uitspraak met een klinker begint.

Dus: an apple, an English book, an infection
maar ook: an hour (je zegt nl. ouwer)
en ook: an X-ray (je zegt nl. eks)
  

Slide 33 - Diapositive

De volgende woorden lijken met een klinker te beginnen maar in de uitspraak beginnen ze met een j:
a university (joenivursitie)
a European (joerepiejen) country
  

Slide 34 - Diapositive

.... potato
A
a
B
an

Slide 35 - Quiz

.... hour
A
a
B
an

Slide 36 - Quiz

.... European country
A
a
B
an

Slide 37 - Quiz

.... English book
A
a
B
an

Slide 38 - Quiz

.... window
A
a
B
an

Slide 39 - Quiz

.... ice-cream
A
a
B
an

Slide 40 - Quiz

.... extra day
A
a
B
an

Slide 41 - Quiz

.... SOS
A
a
B
an

Slide 42 - Quiz

D
recht, steil
lang, groot
trui
aardig
rok
gekruld
trui
jasje
spijkerbroek
beugel
aantrekkelijk
straight
tall
jumper
kind
skirt
curly
sweater
jacket
jeans
braces
attractive

Slide 43 - Question de remorquage

stone 8
blauwe plek
hoofdpijn
sterk
veel beter
goed
blij
griep
moe
bedroefd
goed
ziek
bruise
headache
flu
much better
all right
happy
strong
tired
sad
fine
ill

Slide 44 - Question de remorquage

I ….. ill.
A
feel
B
feels

Slide 45 - Quiz

My grandmother ….. all right today.
A
feel
B
feels

Slide 46 - Quiz

My sister ….. an ear infection.
A
have got
B
has got

Slide 47 - Quiz

My back …..
A
hurt
B
hurts

Slide 48 - Quiz

G(1)
hoofdpijn
pijn doen
moeilijk
early
kerel
beschikbaar
stel je voor
vreselijk
terug
bang
een ogenblik
headache
hurt
imagine
vroeg
guy
available
difficult
awful
back
afraid
a while

Slide 49 - Question de remorquage

G(2)
verkeerd
pijnlijk
behoorlijk
kaartje
leugen
wedstrijd
ochtend
verlaat
gisteravond
wrong
pretty
ticket
lie
painful
match
morning
leave
last night

Slide 50 - Question de remorquage

We gaan nu een luisteroefening doen.

Zoek op in je TB blz. 46.

Zoek op in je WB blz. 78 en maak oef. 17 en 18.

Slide 51 - Diapositive

H
bang voor
in vorm blijven
uitrusting
bewijzen
met pensioen gaan
fatsoenlijk
moe
afstand
twijfel
strijden
doen pijn
sportschoenen
oneerlijk
scared of
stay in shape
tired
prove
retire
decent
gear
distance
doubt
compete
ache
trainers
unfair

Slide 52 - Question de remorquage

I don't like                    at museums.
Ask the                   where the toilets are.
That                says: 'No smoking'.
Peter has broken his               .
It was a long                   to Oxford.
                   we have a winner!
Sorry, there are no more tickets                   .
No, that's the                  answer.
exhibitions
guide
wrist
available
finally
imagine
sign
wrong
journey

Slide 53 - Question de remorquage

eye(s)
nose
toe(s)
knee
finger(s)
mouth
ear(s)

hair
leg
foot
hand
arm
shoulder
feet with shoes or sneakers
Listen to the song

Slide 54 - Diapositive