Grandes Lignes - 2vwo - herhaling bron C+G

• Frans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

BONJOUR V2!

LESPROGRAMMA

- herhalen vocabulaire

- herhalen bron C

- herhalen bron G

- Taken grandes lignes online

Wat betekent:
il fait froid

1. het is warm
2. het is mooi weer
3. het is koud

faire du camping

1. de camping
2. kamperen
3. samen kamperen
4. huren

Vertaal naar het Nederlands:
le temps

Geef de juiste betekenis van het woord:
le soir

1. de avond
2. de nacht
3. de dag
4. de middag

rencontrer

1. vertellen
2. ontmoeten
3. reizen
4. lopen

pourquoi

1. omdat
2. waarom
3. voor wie

le printemps (de lente)

l'automne (de herfst)

l'été

l'hiver

Hoe zeg je...
Het is warm

Hoe zeg je...
Het was mooi weer.

Tu es allé en vacances avec qui?

1. Oui, c'était super!
2. Avec mes parents.
3. Non, pas du tout.
4. Nous sommes restés trois semaines.

Il a fait beau?

1. C'est mon père.
2. Oui, merci!
3. Oui, il a fait très chaud, entre 30 et 35 degrés
4. J'habite à la Haye.

L'accrobrance, qu'est-ce que c'est?

1. J'ai 14 ans.
2. Oui, c'était super!
3. C'est très cool!
4. C'est un parcours dans les arbres.

Qu'est-ce que vous avez fait?

1. J'ai 14 ans.
2. Oui, c'était super!
3. Nous sommes allés à la plage.
4. C'est un parcours dans les arbres.

Vous êtes restés combien de temps?

1. Nous sommes en France.
2. Nous sommes restés trois semaines.
3. C'est un parcours dans les arbres.
4. Nous avons été à l'hôtel.

Vous avez été à l'hôtel?

1. Non, on a loué un appartement.
2. Nous sommes restés trois semaines.
3. C'est un parcours dans les arbres.
4. Nous avons été à l'hôtel.

Schrijfopdracht: vertel over je vakantie. Vertel:

- waar je bent geweest; (land en hoofdstad);
- het weer tijdens je vakantie;
- wat er te zien / doen is voor toeristen

LE PASSÉ COMPOSÉ

Le passé composé = de voltooid tegenwoordige tijd

Je vertelt dat je iets hebt gedaan. Het is voltooid/gedaan.

Bijvoorbeeld: Ik heb het huiswerk gemaakt.

LE PASSÉ COMPOSÉ

De passé composé bestaat uit twee werkwoorden:

1) een hulpwerkwoord

avoir/être (hebben/zijn)

2) voltooid deelwoord

(gelopen, gelezen, gemaakt, gesport, gegeten, etc.)

Hoe maak je een voltooid deelwoord in het Frans?

In het Nederlands plak je 'ge-' voor het werkwoord en eindigt het meestal op '-en'.

In het Frans werkt het iets anders. 

1) Hele werkwoord: haal -er weg en plak een é erachter.
Bijvoorbeeld: chercher = cherché

J'ai cherché mon livre partout = Ik heb mijn boek overal gezocht

LET OP!!!

Deze 3-stappenregel geldt alleen voor de regelmatige werkwoorden (werkwoorden op -er)!!

Je hebt ook nog de onregelmatige werkwoorden:

avoir	eu	gehad
être	été	geweest
faire	fait	gedaan, gemaakt

Wat is het voltooid deelwoord van..
adorer

Wat is het voltooid deelwoord van..
marcher

Wat is het voltooid deelwoord van...
avoir

Wat is het voltooid deelwoord van..
être

Wat is het voltooid deelwoord van...
faire

DONC..

Ik heb mijn boek gezocht = j'ai cherché mon livre.

Jij hebt gewonnen = tu as gagné.

Hij heeft met hem gesproken = il a parlé avec lui.

Ik ben gegaan = je suis allé

Hij is thuis aangekomen = il est arrivé chez lui.

MAIS..

Hulpwerkwoord: avoir of être?

Als je in het Nederlands het hulpwerkwoord hebben gebruikt, gebruik je in het Frans 'avoir'.

Als je in het Nederlands het hulpwerkwoord zijn gebruikt, gebruik je in het Frans 'être'.

Ik heb gegeten = j'ai mangé

Ik ben gegaan = je suis allé(e)

Jij hebt gezocht (chercher)

Ik ben gebleven (rester)

Hij heeft gehuurd (louer)

Jullie hebben gehad (avoir)

Zij heeft gemaakt (faire)

Grandes lignes online