Spelling; hoofdletters, leestekens,d/t,meervoud

ss
Spellingsregels
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

ss
Spellingsregels

Slide 1 - Diapositive

dictee

Slide 2 - Diapositive

welke leestekens ken je?

Slide 3 - Carte mentale

wanneer gebruik je
een komma?

Slide 4 - Carte mentale

een komma:

- tussen twee persoonsvormen
- tussen delen van opsomming
- na een aanspreking of uitroep
- voor verbindingswoorden     

Slide 5 - Diapositive

Wanneer moet je
een hoofdletter
gebruiken?

Slide 6 - Carte mentale

hoofdletters:
-namen
-feesten
- titels
-talen
- volken

Slide 7 - Diapositive

één vakantie, twee ...

Slide 8 - Question ouverte

meervoud op 's
je gebruikt de apostrof alléén...

als anders de klank verandert



Slide 9 - Diapositive

is het
hart of hard?
baart of baard?
bond of bont?
?????

Slide 10 - Diapositive

Hoe weet ik of ik hart of hard moet schrijven? Welke regel gebruik ik?

Slide 11 - Question ouverte

één taxi, twee

Slide 12 - Question ouverte