lastige werkwoorden

"Lastige" werkwoorden

1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
SpellingBasisschoolGroep 7

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

"Lastige" werkwoorden

Slide 1 - Diapositive

Lesdoel
Ik weet wanneer er achter het werkwoord 
in de tegenwoordige tijd een t (stam+t) geschreven wordt.

We kijken naar het filmpje....

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Wat is de regel?
Persoonsvorm in de tegenwoordige tijd altijd stam+t,
behalve bij ik en als jij/je erachter staat. 
Is je een bezittelijk voornaamwoord? Dan stam+ t.



Voorbeeld
Jij vindt  het goed.                           Jij loopt naar huis.
Ik vind het goed.                               Ik loop naar huis.
Vind je het goed?                             Loop je naar huis?
Vindt je moeder het goed?          Loopt je moeder naar huis?


Slide 4 - Diapositive

Wel of geen t?
Vul in:
- vinden:               ik vind - jij vindt - vind jij?
- vermoeden:     ik......  - jij...... - ......jij?
- begeleiden:      ik...... - jij...... - ......jij?
- schudden:         ik...... - jij...... - ......jij?





Slide 5 - Diapositive

Is 'je' een bezittelijk voornaamwoord?
Dan stam + t. Kijk maar:


-vinden:              Vindt je moeder?
-vermoeden:     Vermoedt je buurman?
-begeleiden:     Begeleidt  je hond? 


Slide 6 - Diapositive

Dictee...

Slide 7 - Diapositive

Vind/Vindt je medewerker jou een topper?
A
Vind
B
Vindt

Slide 8 - Quiz

Verbrand/Verbrandt je jouw mond door het hete eten?

A
Verbrand
B
Verbrandt

Slide 9 - Quiz

... jij die grap zo uit je mouw?

Slide 10 - Question ouverte

... je oma dat het echt waar is?

Slide 11 - Question ouverte

.... je zusje het goede antwoord?

Slide 12 - Question ouverte

eerst woord
tweede woord
derde woord
zin 1
zin 2
zin 3

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive