Herhalen mavo 3 hoofdstuk 6

• Economie
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 3

Regels en uitleg

• We verdelen de klas in twee teams
• Per team is er een team captain
• Je bent stil als de tegenstander aan de beurt is

Ronde 1: Wie biedt het meest?

• Tien vragen 
• In overleg met het team bepalen hoeveel antwoorden je denkt goed te hebben.
• Hoogste bieder mag de ronde spelen.
• 10 seconden per vraag om het juiste antwoord te geven.

5 punten te verdienen!

Ronde 2: REconomieBus

• Ieder team krijgt 5 rebussen te zien
• Per rebus 30 seconden de tijd om de rebus te ontcijferen, in totaal dus 2,5 minuten
• De captain schrijft de antwoorden van de rebus op het antwoordformulier

2 punten per rebus te verdienen, in totaal 10 punten!

Ronde 3: Spellen

• Beide teams krijgen 4 woorden om te spellen.
• Per team zijn er vier personen die deze ronde spelen.
• De teamleden spellen om en om.
• Kun de juiste uitleg geven bij het woord dan ontvang je 1 bonuspunt.

1 punt per woord te verdienen + 1 bonuspunt per woord!

Ronde 4: Geef de juiste definities

• Beide teams krijgen 3 begrippen waarvan zij als team de juiste definitie moeten kiezen.
• De captain schrijft de juiste antwoorden op het antwoordformulier.

1 punt per definitie te verdienen!

Team rood

1. Evenwichtsprijs

A) De prijs waarbij vraag en aanbod aan elkaar gelijk zijn.

B) De prijs die je als klant uiteindelijk in de winkel betaalt, dus inclusief btw.

Team Blauw

1. Brutowinst

A) Omzet - inkoopwaarde

B) Nettowinst - bedrijfskosten

Team rood

2. abstracte markt

A) Een plaats waar op afgesproken tijden goederen en diensten worden verhandeld. 

B) Het geheel van vraag en aanbod van een product.

Team Blauw

2. kapitaalintensief

A) Bij de productie wordt veel gebruik gemaakt van machines en weinig van mensen.

B) Bij de productie wordt veel gebruik gemaakt van mensen en weinig van machines.

Team rood

3. de productiecapaciteit hangt af van:

A) Het aantal mensen dat in het bedrijf werkt.

B) Hoeveel de nettowinst is.

C) Prestatieloon

Team Blauw

3. de arbeidsproductiviteit kan verhogen door:

A) meer mensen aannemen.

B) Mensen langer te laten werken.

C) Specialisatie

Ronde 5: Rekonomie

• Beide teams krijgen 2 sommen om op te lossen. 
• In totaal heb je 5 minuten de tijd om de sommen op te lossen. 
• De captain schrijft de antwoorden op het antwoordformulier. 

In totaal 10 punten te verdienen!

Som 2

Aline verkoopt bloemen. De inkoopprijs van een boeket is € 7,50. De brutowinstmarge is 125%.

a. Bereken de verkoopprijs van een boeket.

b. De inkoopprijs is gedaald naar € 6.75. Aline rekent met een nieuwe brutowinstmarge van 140%. Bereken met hoeveel procent haar nieuwe verkoopprijs is veranderd t.o.v. de oude verkoopprijs. Zet erbij of het een stijging of daling is.

Som 1

Art besluit om zijn voorheftruck te verkopen. Hij krijgt daar nu nog € 8.900 voor. Hij heeft de heftruck zeven jaar geleden gekocht. Elk jaar heeft hij er 

€ 3.360 op afgeschreven.

Bereken voor welk bedrag Art de voorheftruck heeft gekocht.

Ronde 6: vul in

• Team rood krijgt eerst een tekst te zien en moet 6 woorden raden die ingevuld moeten worden. De deelnemers krijgen om de beurt de kans om een vraag te beantwoorden. 
• Per team is er 2 minuten de tijd voor deze opdracht. 

Per goed antwoord 2 punten er vallen dus 12 punten te verdienen!

Team rood

1. Als je het bij economie hebt over de markt dan bedoelen we vaak de ... markt.

2. Op de markt hebben bedrijven te maken met .... Dat zijn bedrijven die in dezelfde behoeften van consumenten voorzien.

3. Bedrijven en de overheid produceren in de ... sector.

4. In een bedrijfskolom staan bedrijven die elk zorgen voor ... ... zodat het product steeds meer geschikt is voor consumptie.

5. De winkelier moet de ontvangen btw afdragen aan de ...

6. Als bedrijven ... ... ..., houden ze bij hun productie rekening met de gevolgen voor mens en milieu.

Team rood

Team blauw

• !
  

1. Als machines stilstaan en het personeel heeft te weinig werk, dan is de producticapaciteit ...

2. Meer productie levert de samenleving werk en welvaart op. Je noemt dit ... ...

3.De brutowinst als percentage van de inkoopprijs noem je de ...

4.De afzet van een bedrijf als percentage van de totale afzet in de markt is zijn ...

5. Als er in verhouding veel machines worden gebruikt in een bedrijf dan is de productie ...

6. De beloning voor de productiefactor ondernemerschap is ...

Team Blauw