quiz

1 / 40
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 40 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Regels en uitleg

  • Ieder speelt voor zich
  • Vul je antwoorden in de excel sheet (vergader chat)
  • Je bent stil en zegt niets voor


Slide 2 - Diapositive

timer
10:00

Slide 3 - Diapositive

Ronde 2: Geef de juiste definities

  • Kies de juiste definitie door A of B te kiezen.
  • Vul je antwoorden in achter ronde 2 in de zwart omlijnde vakken



1 punt per definitie te verdienen = 6 punten totaal!



Slide 4 - Diapositive

Rood

1. Evenwichtsprijs
A) De prijs waarbij vraag en aanbod aan elkaar gelijk zijn.

B) De prijs die je als klant uiteindelijk in de winkel betaalt, dus inclusief btw.
Blauw

1. Brutowinst
A) Omzet - inkoopwaarde


B) Nettowinst - bedrijfskosten
timer
0:30

Slide 5 - Diapositive

Rood
2. abstracte markt
A) Een plaats waar op afgesproken tijden goederen en diensten worden verhandeld. 

B) Het geheel van vraag en aanbod van een product.
Blauw
2. kapitaalintensief
A) Bij de productie wordt veel gebruik gemaakt van machines en weinig van mensen.

B) Bij de productie wordt veel gebruik gemaakt van mensen en weinig van machines.
timer
0:30

Slide 6 - Diapositive

Rood

3. de productiecapaciteit hangt af van:
A) Het aantal mensen dat in het bedrijf werkt.
B) Hoeveel de nettowinst is.
C) Prestatieloon


Blauw

3. de arbeidsproductiviteit kan verhogen door:
A) meer mensen aannemen.
B) Mensen langer te laten werken.
C) Specialisatie


timer
0:30

Slide 7 - Diapositive

Ronde 3: Rekonomie
  • Los de sommen op. 
  • Vul je antwoorden in achter ronde 3 in de zwart omlijnde vakken

5 punten per goed opgeloste som = totaal 10 punten te verdienen!

Slide 8 - Diapositive

Som 2

Aline verkoopt bloemen. De inkoopprijs van een boeket is € 7,50. De brutowinstmarge is 125%.

Bereken de verkoopprijs van een boeket.


Som 1

Art besluit om zijn voorheftruck te verkopen. Hij krijgt daar nu nog € 8.900 voor. Hij heeft de heftruck zeven jaar geleden gekocht. Elk jaar heeft hij er 
€ 3.360 op afgeschreven.

Bereken voor welk bedrag Art de voorheftruck heeft gekocht.
timer
5:00

Slide 9 - Diapositive

Ronde 4: vul in
  • vul de juiste woorden in op de stippellijnen
  • Vul je antwoorden in achter ronde 4 in de zwart omlijnde vakken

Per goed antwoord 2 punten = 24 totaal

Slide 10 - Diapositive

Team rood
1. Als je het bij economie hebt over de markt dan bedoelen we vaak de ... markt.
2. Op de markt hebben bedrijven te maken met .... Dat zijn bedrijven die in dezelfde behoeften van consumenten voorzien.
3. Bedrijven en de overheid produceren in de ... sector.
4. In een bedrijfskolom staan bedrijven die elk zorgen voor ... ... zodat het product steeds meer geschikt is voor consumptie.
5. De winkelier moet de ontvangen btw afdragen aan de ...
6. Als bedrijven ... ... ..., houden ze bij hun productie rekening met de gevolgen voor mens en milieu.
Rood

Slide 11 - Diapositive

Team blauw
  • !

1. Als machines stilstaan en het personeel heeft te weinig werk, dan is de producticapaciteit ...
2. Meer productie levert de samenleving werk en welvaart op. Je noemt dit ... ...
3.De brutowinst als percentage van de inkoopprijs noem je de ...
4.De afzet van een bedrijf als percentage van de totale afzet in de markt is zijn ...
5. Als er in verhouding veel machines worden gebruikt in een bedrijf dan is de productie ...
6. De beloning voor de productiefactor ondernemerschap is ...
Blauw

Slide 12 - Diapositive

Hier komen de antwoorden!!
Houd je excel sheet gereed.

Vul achter goed antwoord je aantal behaalde punten in (het bestand telt automatisch jouw punten bij elkaar op!)

Slide 13 - Diapositive

premie

Slide 14 - Diapositive

werkgever

Slide 15 - Diapositive

verzorgingsstaat

Slide 16 - Diapositive

onbetaalde arbeid

Slide 17 - Diapositive

inkomstenbelasting

Slide 18 - Diapositive

accijns

Slide 19 - Diapositive

werknemer

Slide 20 - Diapositive

volksverzekering

Slide 21 - Diapositive

betaalde arbeid

Slide 22 - Diapositive

frictiewerkloosheid

Slide 23 - Diapositive

Rood

1. Evenwichtsprijs
A) De prijs waarbij vraag en aanbod aan elkaar gelijk zijn.

B) De prijs die je als klant uiteindelijk in de winkel betaalt, dus inclusief btw.
Blauw

1. Brutowinst
A) Omzet - inkoopwaarde


B) Nettowinst - bedrijfskosten

Slide 24 - Diapositive

Rood
2. abstracte markt
A) Een plaats waar op afgesproken tijden goederen en diensten worden verhandeld. 

B) Het geheel van vraag en aanbod van een product.
Blauw
2. kapitaalintensief
A) Bij de productie wordt veel gebruik gemaakt van machines en weinig van mensen.

B) Bij de productie wordt veel gebruik gemaakt van mensen en weinig van machines.

Slide 25 - Diapositive

Rood

3. de productiecapaciteit hangt af van:
A) Het aantal mensen dat in het bedrijf werkt.
B) Hoeveel de nettowinst is.
C) Prestatieloon


Blauw

3. de arbeidsproductiviteit kan verhogen door:
A) meer mensen aannemen.
B) Mensen langer te laten werken.
C) Specialisatie


Slide 26 - Diapositive

Som 2

Aline verkoopt bloemen. De inkoopprijs van een boeket is € 7,50. De brutowinstmarge is 125%.

Bereken de verkoopprijs van een boeket.


Som 1

Art besluit om zijn voorheftruck te verkopen. Hij krijgt daar nu nog € 8.900 voor. Hij heeft de heftruck zeven jaar geleden gekocht. Elk jaar heeft hij er 
€ 3.360 op afgeschreven.

Bereken voor welk bedrag Art de voorheftruck heeft gekocht.

(? - 8900) : 7 = 3360
terugrekenen
3360 x 7 = 23520   23520 + 8900 = 
€ 32420

Slide 27 - Diapositive

Som 2

Aline verkoopt bloemen. De inkoopprijs van een boeket is € 7,50. De brutowinstmarge is 125%.

Bereken de verkoopprijs van een boeket.



7,50 : 100 x 125 = € 9,38
€9,38 + €7,50 = € 16,88

of in een keer 7,50 x 2,25 = €16,88


Som 1

Art besluit om zijn voorheftruck te verkopen. Hij krijgt daar nu nog € 8.900 voor. Hij heeft de heftruck zeven jaar geleden gekocht. Elk jaar heeft hij er 
€ 3.360 op afgeschreven.

Bereken voor welk bedrag Art de voorheftruck heeft gekocht.


Slide 28 - Diapositive

Team rood
1. Als je het bij economie hebt over de markt dan bedoelen we vaak de ... markt.
2. Op de markt hebben bedrijven te maken met .... Dat zijn bedrijven die in dezelfde behoeften van consumenten voorzien.
3. Bedrijven en de overheid produceren in de ... sector.
4. In een bedrijfskolom staan bedrijven die elk zorgen voor ... ... zodat het product steeds meer geschikt is voor consumptie.
5. De winkelier moet de ontvangen btw afdragen aan de ...
6. Als bedrijven ... ... ..., houden ze bij hun productie rekening met de gevolgen voor mens en milieu.


Rood
1. abstracte 

Slide 29 - Diapositive

Team rood
1. Als je het bij economie hebt over de markt dan bedoelen we vaak de ... markt.
2. Op de markt hebben bedrijven te maken met .... Dat zijn bedrijven die in dezelfde behoeften van consumenten voorzien.
3. Bedrijven en de overheid produceren in de ... sector.
4. In een bedrijfskolom staan bedrijven die elk zorgen voor ... ... zodat het product steeds meer geschikt is voor consumptie.
5. De winkelier moet de ontvangen btw afdragen aan de ...
6. Als bedrijven ... ... ..., houden ze bij hun productie rekening met de gevolgen voor mens en milieu.


Rood
2. concurrentie (of concurrenten)

Slide 30 - Diapositive

Team rood
1. Als je het bij economie hebt over de markt dan bedoelen we vaak de ... markt.
2. Op de markt hebben bedrijven te maken met .... Dat zijn bedrijven die in dezelfde behoeften van consumenten voorzien.
3. Bedrijven en de overheid produceren in de ... sector.
4. In een bedrijfskolom staan bedrijven die elk zorgen voor ... ... zodat het product steeds meer geschikt is voor consumptie.
5. De winkelier moet de ontvangen btw afdragen aan de ...
6. Als bedrijven ... ... ..., houden ze bij hun productie rekening met de gevolgen voor mens en milieu.


Rood
3. publieke

Slide 31 - Diapositive

Team rood
1. Als je het bij economie hebt over de markt dan bedoelen we vaak de ... markt.
2. Op de markt hebben bedrijven te maken met .... Dat zijn bedrijven die in dezelfde behoeften van consumenten voorzien.
3. Bedrijven en de overheid produceren in de ... sector.
4. In een bedrijfskolom staan bedrijven die elk zorgen voor ... ... zodat het product steeds meer geschikt is voor consumptie.
5. De winkelier moet de ontvangen btw afdragen aan de ...
6. Als bedrijven ... ... ..., houden ze bij hun productie rekening met de gevolgen voor mens en milieu.


Rood
4. toegevoegde waarde (of bewerking van het product

Slide 32 - Diapositive

Team rood
1. Als je het bij economie hebt over de markt dan bedoelen we vaak de ... markt.
2. Op de markt hebben bedrijven te maken met .... Dat zijn bedrijven die in dezelfde behoeften van consumenten voorzien.
3. Bedrijven en de overheid produceren in de ... sector.
4. In een bedrijfskolom staan bedrijven die elk zorgen voor ... ... zodat het product steeds meer geschikt is voor consumptie.
5. De winkelier moet de ontvangen btw afdragen aan de ...
6. Als bedrijven ... ... ..., houden ze bij hun productie rekening met de gevolgen voor mens en milieu.


Rood
5. belastingdienst (overheid)

Slide 33 - Diapositive

Team rood
1. Als je het bij economie hebt over de markt dan bedoelen we vaak de ... markt.
2. Op de markt hebben bedrijven te maken met .... Dat zijn bedrijven die in dezelfde behoeften van consumenten voorzien.
3. Bedrijven en de overheid produceren in de ... sector.
4. In een bedrijfskolom staan bedrijven die elk zorgen voor ... ... zodat het product steeds meer geschikt is voor consumptie.
5. De winkelier moet de ontvangen btw afdragen aan de ...
6. Als bedrijven ... ... ..., houden ze bij hun productie rekening met de gevolgen voor mens en milieu.


Rood
6. maatschappelijk verantwoord ondernemen (mvo)

Slide 34 - Diapositive

Team blauw
  • !

1. Als machines stilstaan en het personeel heeft te weinig werk, dan is de producticapaciteit ...
2. Meer productie levert de samenleving werk en welvaart op. Je noemt dit ... ...
3.De brutowinst als percentage van de inkoopprijs noem je de ...
4.De afzet van een bedrijf als percentage van de totale afzet in de markt is zijn ...
5. Als er in verhouding veel machines worden gebruikt in een bedrijf dan is de productie ...
6. De beloning voor de productiefactor ondernemerschap is ...
Blauw
1. onderbezet

Slide 35 - Diapositive

Team blauw
  • !

1. Als machines stilstaan en het personeel heeft te weinig werk, dan is de producticapaciteit ...
2. Meer productie levert de samenleving werk en welvaart op. Je noemt dit ... ...
3.De brutowinst als percentage van de inkoopprijs noem je de ...
4.De afzet van een bedrijf als percentage van de totale afzet in de markt is zijn ...
5. Als er in verhouding veel machines worden gebruikt in een bedrijf dan is de productie ...
6. De beloning voor de productiefactor ondernemerschap is ...
Blauw
2. maatschappelijke opbrengsten

Slide 36 - Diapositive

Team blauw
  • !

1. Als machines stilstaan en het personeel heeft te weinig werk, dan is de producticapaciteit ...
2. Meer productie levert de samenleving werk en welvaart op. Je noemt dit ... ...
3.De brutowinst als percentage van de inkoopprijs noem je de ...
4.De afzet van een bedrijf als percentage van de totale afzet in de markt is zijn ...
5. Als er in verhouding veel machines worden gebruikt in een bedrijf dan is de productie ...
6. De beloning voor de productiefactor ondernemerschap is ...
Blauw
3. brutowinstmarge

Slide 37 - Diapositive

Team blauw
  • !

1. Als machines stilstaan en het personeel heeft te weinig werk, dan is de producticapaciteit ...
2. Meer productie levert de samenleving werk en welvaart op. Je noemt dit ... ...
3.De brutowinst als percentage van de inkoopprijs noem je de ...
4.De afzet van een bedrijf als percentage van de totale afzet in de markt is zijn ...
5. Als er in verhouding veel machines worden gebruikt in een bedrijf dan is de productie ...
6. De beloning voor de productiefactor ondernemerschap is ...
Blauw
4. marktaandeel

Slide 38 - Diapositive

Team blauw
  • !

1. Als machines stilstaan en het personeel heeft te weinig werk, dan is de producticapaciteit ...
2. Meer productie levert de samenleving werk en welvaart op. Je noemt dit ... ...
3.De brutowinst als percentage van de inkoopprijs noem je de ...
4.De afzet van een bedrijf als percentage van de totale afzet in de markt is zijn ...
5. Als er in verhouding veel machines worden gebruikt in een bedrijf dan is de productie ...
6. De beloning voor de productiefactor ondernemerschap is ...
Blauw
5. kapitaalintensief

Slide 39 - Diapositive

Team blauw
  • !

1. Als machines stilstaan en het personeel heeft te weinig werk, dan is de producticapaciteit ...
2. Meer productie levert de samenleving werk en welvaart op. Je noemt dit ... ...
3.De brutowinst als percentage van de inkoopprijs noem je de ...
4.De afzet van een bedrijf als percentage van de totale afzet in de markt is zijn ...
5. Als er in verhouding veel machines worden gebruikt in een bedrijf dan is de productie ...
6. De beloning voor de productiefactor ondernemerschap is ...
Blauw
6. winst

Slide 40 - Diapositive