Cette leçon contient 20 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.
Zorgen ervoor dat
woorden, zinnen en alinea's
met elkaar samenhangen.
Aan een
signaalwoord
zie je met
welk tekstverband
je te maken hebt.
- chronologisch verband
- opsomming
- tegenstelling
- toelichtingverband
- voorwaarde
- redengevend verband
- oorzakelijk
- concluderend verband
(en meer)
Je gaat verder met Plot26 Lezen2, leesteksten.