De onderdelen van het oor van de hond hebben dezelfde naam als de onderdelen van het oor van de mens. Wat is de naam van onderdeel C?
A
Gehoorgang
B
Gehoorbeentjes
C
Oorschelp
D
Trommelvlies
Slide 7 - Quiz
4.3 Ruiken en proeven
Slide 8 - Diapositive
Leerdoelen 4.3 Ruiken en proeven
1. Je kunt uitleggen hoe ruiken werkt
2. Je kunt uitleggen hoe proeven werkt
3. Je weet welke smaakgebieden er zijn
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Diapositive
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Diapositive
4.3 Proeven, ruiken, voelen
Leerdoel(en) van deze les:
Je kunt uitleggen uit welke lagen de huid is opgebouwd
Je kunt de zintuigen in de huid benoemen en hun werking beschrijven
Je kunt uitleggen hoe de huid helpt bij het constant houden van je lichaamstemperatuur
Begrippen:
Slide 18 - Diapositive
Programma
Welkom
Herhalen stof + checken vragen/huiswerk
Nieuwe stof uitleg '4.3 Proeven, ruiken, voelen'.
Klassikale afsluiting met Kahoot
Aan de slag/huiswerk
Slide 19 - Diapositive
4.3 Proeven, ruiken, voelen
Hoe neem je smaak waar?
Proeven
Smaakzintuigen - In voedsel zitten smaakstoffen (prikkels) - Vijf soorten smaakzintuigen > zoet, zout, zuur, bitter en umami (hartig) - Smaakzintuigen zetten smaakstoffen om in impulsen - Impulsen gaan naar de hersenen - Als je eten kauwt gaan geurstoffen via keelholte naar de zintuigcellen van het reukzintuig in je neusholte
Slide 20 - Diapositive
4.3 Proeven, ruiken, voelen
Hoe neem je smaak waar?
Ruiken
Reukzintuig - Ligt boven in de neusholte > bevat zintuigcellen - Ingeademde lucht bevat geurstoffen (prikkels) - Zintuigcellen zetten geurstoffen om in impulsen - Impulsen gaan via zenuwen naar hersenen - Ruiken is belangrijk bij overleven > denk aan bedorven eten, of gevaarlijke gassen
Slide 21 - Diapositive
Welk zintuig: je prikt een naald in je vinger.
A
warmtezintuig
B
koudezintuig
C
tastzintuig
D
pijnzintuig
Slide 22 - Quiz
Welk zintuig: iemand geeft een kus op je wang.
A
warmtezintuig
B
koudezintuig
C
tastzintuig
D
pijnzintuig
Slide 23 - Quiz
Welk zintuig: de wind voelt ijskoud aan.
A
warmtezintuig
B
koudezintuig
C
tastzintuig
D
pijnzintuig
Slide 24 - Quiz
Slide 25 - Diapositive
Slide 26 - Diapositive
Welke zintuigen liggen allemaal in de huid?
Slide 27 - Question ouverte
Welke zintuigen zitten in je tong?
Slide 28 - Question ouverte
Welke smaken kan je proeven?
Slide 29 - Question ouverte
Wat begrijp je tot nu toe van hoofdstuk 4?
Ik vind het goed te doen, heb geen extra uitleg nodig