§8 Persoonsvorm verleden tijd van zwakke werkwoorden

 Cursus 7 spelling


Persoonsvorm verleden tijd van zwakke werkwoorden
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

 Cursus 7 spelling


Persoonsvorm verleden tijd van zwakke werkwoorden

Slide 1 - Diapositive

Leerdoel van vandaag
Ik kan de pv van zwakke werkwoorden in de verleden tijd spellen.

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Lien

Schrijf 3 zwakke werkwoorden op

Slide 4 - Carte mentale

Persoonsvorm verleden tijd zwakke werkwoorden

Slide 5 - Diapositive

Persoonsvorm verleden tijd zwakke werkwoorden

Voorbeelden

hele ww= Fietsen
Stam      = Fiets
-> Fietste(n

hele ww= Geloven
stam      = Gelov
-> Geloofde(n)

Slide 6 - Diapositive

Verhuizen
Noteer de stam
Noteer de vt van 'ik'

Slide 7 - Carte mentale

Verven
Noteer de stam
Noteer de vt van 'hij'

Slide 8 - Carte mentale

Lozen
Noteer de stam
Noteer de vt van 'jij'

Slide 9 - Carte mentale

Zeven
Noteer de stam
Noteer de vt bij 'het meisje'

Slide 10 - Carte mentale

Alle tijden in een stroomschema:

Slide 11 - Diapositive

Welk woord is hier de persoonsvorm?
De hond wordt door de buurman uitgelaten.

Slide 12 - Question ouverte

kleven (vt)
De stickers […] aan het raam.

Slide 13 - Question ouverte

Faxen (vt)
De meeste bedrijven [...] niet meer met hun klanten.

Slide 14 - Question ouverte

Wij verhui....... (vt) vroeger met regelmaat.

Slide 15 - Question ouverte

Huiswerk
§8 opdracht 1,2,4,5,7
Verminderde opdrachten: 2,4,5,7
Klaar? Oefenen in de online trainer.

Slide 16 - Diapositive