6.1/6.2

Welkom!
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

Cette leçon contient 23 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Welkom!

Slide 1 - Diapositive

Planning
1. Magister
2. Terugblik
3. Leerdoelen van vandaag
4. Uitleg
5. Check
6. (Zelfstandig) werken
7. Afsluiten

Slide 2 - Diapositive

Vooruitblik
We beginnen met thema 6:
BS 1 en 2 deze les
BS 3 en 4 volgende les
BS 5 en 6 volgende week

De SE toets gaat over thema's 5, 6 en 8!

Slide 3 - Diapositive

Leerdoelen
- Je kunt omschrijven wat een zintuig is
- Je kunt vertellen welke 5 zintuigen de mens heeft en waar deze liggen in het lichaam
- Je kunt vertellen hoe impulsen ontstaan in de zintuigcellen
- Je kunt vertellen wat er wordt bedoeld met drempelwaarde, adequate prikkel en gewenning

Slide 4 - Diapositive

Zintuigenstelsel
Zintuig: orgaan dat reageert op prikkels uit je omgeving
Zintuigenstelsel: alle zintuigen


Slide 5 - Diapositive

Zintuigenstelsel

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Zintuigenstelsel
Het ontstaan van impulsen:
- impulsen worden gemaakt in de zintuigcellen
- er ontstaan alleen impulsen als de prikkel groot genoeg is
- drempelwaarde: de zwakste prikkel die een impuls veroorzaakt

Slide 8 - Diapositive

Zintuigenstelsel
Elk type zintuigcel is speciaal gevoelig voor een bepaald type prikkel. Dit is een adequate prikkel.

Bijv. zintuigcellen in je oor zijn speciaal gevoelig voor geluid. Geluid is hierbij dus de adequate prikkel.


Slide 9 - Diapositive

Zintuigenstelsel
De drempelwaarde voor een prikkel is niet altijd even hoog. Wanneer zintuigcellen voor langere tijd dezelfde prikkels ontvangen, ontstaan in de zintuigcellen minder impulsen.
Dit komt door:
- gewenning
- motivatie

Slide 10 - Diapositive

Zintuigenstelsel
Ook de grote hersenen kunnen een waarneming beïnvloeden. Je hersenen verwerken niet alle waarnemingen even snel.

Een woord opnoemen gaat sneller dan het opnoemen van de kleur waarin het woord is afgedrukt.

Slide 11 - Diapositive

Leerdoelen 
Aan het einde van de les:
- kan je vertellen uit welke onderdelen de huid bestaat en wat de functie is van de verschillende onderdelen
- kan je vertellen welke prikkels je kunt waarnemen met je huid
- kan je vertellen waaruit het reukzintuig is opgebouwd
- kun je vertellen waaruit het smaakzintuig is opgebouwd
- kun je het verband tussen reuk- en smaakzintuig benoemen

Slide 12 - Diapositive

6.2 Voelen, ruiken en proeven
Voelen:
- je voelt met de zintuigen in je huid
- in je huid zitten verschillende soorten zintuigcellen


Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Voelen, ruiken en proeven
In de huid zitten verschillende soorten zintuigcellen:
- tastzintuigen: voelen lichte aanraking met de huid
- drukzintuigen: reageren op hardere druk op de huid (liggen wat dieper in de huid)
- warmtezintuigen: reageren op iets wat warmer is dan de huid
- koudezintuigen: reageren op iets wat kouder is dan de huid
- pijnpunten: vrije uiteinden van gevoelszenuwen: reageren op pijn

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Voelen, ruiken en proeven
Ruiken:
- doe je met je neus
- in de neus bevindt zich het reukzintuig
- boven in de neusholte in het neusslijmvlies liggen de reukzintuigcellen met reukharen
- de reukzintuigcellen worden geprikkeld door geuren
- hierdoor ontstaan impulsen die via de gevoelszenuwcellen naar de hersenen gaan


Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Voelen, ruiken en proeven
Proeven:
- je proeft met je tong
- in het oppervlak van de tong bevinden zich de smaakzintuigen
- over de tong lopen kleine groefjes met aan de zijkant de smaakknopjes
- in de smaakknopjes liggen de smaakzintuigcellen



Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Voelen, ruiken en proeven
De smaakzintuigcellen kunnen 5 verschillende smaken onderscheiden:
- zoet
- zuur
- zout
- bitter
- umami (hartig)

Bij alle andere smaken die je proeft, speelt het reukzintuig een belangrijke rol.

Slide 21 - Diapositive

Check
- huid
- tastzintuigen
- drukzintuigen
- pijnpunten
- koudezintuigen
- warmtezintuigen
prikkel: geur
- neusslijmvlies
- reukzintuigcellen met reukharen
- tong
- smaakknopjes met smaakzintuigen
- zoet, zuur, zout, bitter, umami

Slide 22 - Diapositive

Werktijd: maken 6.1 en 6.2

Slide 23 - Diapositive