B = Bijzonderheden: trekhaak, reclame op auto enz.
Slide 9 - Diapositive
Bekijk de video 'de politie geeft een signalement'
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Vidéo
Wat is een voorbeeld van een besloten object?
A
een woonzorgcentrum
B
een gemeentehuis
C
een rechtbank
D
een bibliotheek
Slide 12 - Quiz
Wat hoort bij selectieve waarneming? Let op! Meerdere antwoorden zijn juist.
A
je neemt alles om je heen waar
B
je waarneming is onvolledig
C
je waarneming wordt beïnvloed door dingen van buitenaf
D
je waarneming wordt nergens door beïnvloed
Slide 13 - Quiz
Wat is een voorbeeld van een objectieve observatie?
A
Mevrouw eet slecht, ze is vast moe
B
Meneer is chagerijnig, ik denk dat hij pijn heeft
C
Job huilt, hij is vast verdrietig omdat zijn verkering uit is
D
Fiona heeft tussen de middag 2 boterhammen met kaas gegeten
Slide 14 - Quiz
Wat voor soort beveiliger zie je op de afbeelding?
A
mobiel surveillant
B
geld- en waardetransporteur
C
persoonsbeveiliger
D
evenementbeveiliger
Slide 15 - Quiz
Wat is observeren?
A
Aanspreken
B
rondkijken
C
extra in de gaten houden
D
aanhouden
Slide 16 - Quiz
Richard is beveiliger en rijdt surveillance. Hij is bij bedrijf Zwarthoed aangekomen. Hoe wordt zijn waarneming beïnvloed, in onderstaande zin? Hij ziet een persoon lopen, maar het terrein is daar onverlicht.
A
beïnvloed door vooroordelen
B
beïnvloed door afstand
C
beïnvloed door boosheid
D
beïnvloed door duisternis
Slide 17 - Quiz
Opdracht:
Vind de verdachten!
In tweetallen gaan jullie op zoek naar de verdachten die passen bij de signalementen
Jullie krijgen 20 minuten de tijd om zoveel mogelijk ver- dachten te vinden. Schrijf de naam van deze persoon op.
Je mag wel door ramen van lokalen of werkruimtes kijken, maar mensen niet storen als dit niet gewenst is
timer
20:00
Slide 18 - Diapositive
Hoeveel verdachten hebben jullie gevonden? Zouden deze ook kloppen?