KV3 Week 4

KV3 week 4
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
Dienstverlening en ProductenMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

Cette leçon contient 22 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

KV3 week 4

Slide 1 - Diapositive

Welkom DP4
10:05 - 10:20
startactiviteit 
10:20 - 10:30
lesdoelen bespreken + theorie GDV
inhoud deel 4 klassikaal bespreken
10:30 - 11.35
zelfstandig werken
maken opdrachten: deel 4 
11:35 - 11:45
afronden & lesdoelen behaald
huiswerk: deel 1 is donderdag klaar

Slide 2 - Diapositive

Welkom DP4
13:55 - 14:10
startactiviteit 
14:10 - 14:30
lesdoelen bespreken + theorie
inhoud deel 4 klassikaal bespreken
inhoud robotica bespreken
14:30 - 15:25
zelfstandig werken
maken opdrachten:
15:25 - 15:35
afronden & lesdoelen behaald
huiswerk:

Slide 3 - Diapositive

waarnemen 
  • Waarnemen gaat verder dan kijken. 
  • Bij waarnemen neem je iets in je op. 
  • Je verzamelt informatie door vooral te kijken, te luisteren en te ruiken. 
  • In de veiligheidsbranche moet je goed kunnen waarnemen.

Slide 4 - Diapositive

selectieve waarneming
  • Een waarneming is altijd onvolledig en klopt soms helemaal niet. 
  • Dat komt doordat we door allerlei zaken worden beïnvloed en doordat onze zintuigen beperkt zijn als het gaat om het opnemen van signalen van buitenaf. 
  • Dit noemen we selectieve waarneming.

Slide 5 - Diapositive

waarnemingsgebieden
Het gebied dat je goed in je op kunt nemen is minder groot dan je meestal denkt. 

We hebben drie waarnemingsgebieden:

1.volledig waarnemingsgebied; dit is het gebied van 180° dat je waarneemt als je recht voor je uitkijkt en dan (zonder je hoofd te draaien) je ogen zover mogelijk naar links en rechts beweegt. Vooral uiterst links en rechts zie je niet zo duidelijk.
2.bewust waarnemingsgebied; dit is het gebied van ongeveer 45° waarin je bewust en duidelijk waarneemt.
3.scherp waarnemingsgebied; dit is het gebied van zo’n 3° waarin je bewust en scherp waarneemt.

Slide 6 - Diapositive

beïnvloeding van waarneming
  • Waarnemingen worden niet alleen beperkt door de grootte van het waarnemingsgebied.
  • Ze worden ook beïnvloed door bijvoorbeeld: duisternis, afstand, boosheid, vooroordelen, vermoeidheid, en een fout doorgegeven signaal van onze ogen naar de hersenen.
  • Soms denk je iets te zien, maar is de werkelijkheid anders. Dan geven je ogen een verkeerd signaal door aan je hersenen.

Slide 7 - Diapositive

observeren

Observeren is een gerichte manier van waarnemen
Bij een observatie kijk je hoe iets gebeurt of hoe iemand zich gedraagt. 
Je let goed op mensen, gebouwen of bepaalde plaatsen. 
Je kunt op verschillende manieren observeren:
a. de gestructureerde observatie observeer je met een doel. Je weet dan op welk gedrag of op welke gebeurtenissen je moet letten en waarom.
b. de ongestructureerde observatie. Daarbij kijk je naar het gedrag van mensen in het algemeen. Je zoekt bijvoorbeeld naar afwijkingen in hun gedrag.

Slide 8 - Diapositive

observeren

Observeren moet je zo objectief mogelijk doen. 
=> Dat betekent dat je tijdens de observatie meningen en gevoelens moet proberen uit te schakelen. 
=>Je kijkt vooral naar feiten. Iemand die bijvoorbeeld huilt, is niet automatisch verdrietig. Iemand kan ook huilen van woede of machteloosheid, zelfs van blijdschap.

Slide 9 - Diapositive

Lesdoelen
  • je weet wat het woord signalement betekent
  • je kunt de primaire kenmerken benoemen
  • je kunt de secundaire kenmerken benoemen
  • je weet uit welke 3 delen een signalement bestaat

Slide 10 - Diapositive

signalement geven
  • een beschrijving van de uiterlijke kenmerken van een persoon
  • observeer een persoon van top tot teen. Dus van het hoofd tot aan de voeten.
  • Een goed signalement bestaat ten minste uit primaire en secundaire kenmerken.

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

Primaire kenmerken
  • Geslacht
  • Postuur
  • Raciale kenmerken
  • Lengte
  • Leeftijd

Slide 13 - Diapositive

Secundaire kenmerken
  • Op het hoofd : petten, hoeden, hoofdoeken etc
  • Aan het hoofd : bril, baard, snor, oorbellen
  • Boven de taille : t-shirt, trui, jas, )
  • Taille : geen riem zichtbaar of juist wel,
  • Onder de taille : broek, rok,
  • Voeten : sokken, schoeisel, blote voeten

Slide 14 - Diapositive

Bijzondere opvallende kenmerken
  • Tatoeages en littekens

  • Hoe iemand praat of beweegt

  • Opvallend gedrag

  • Wat had de persoon bij zich?
  •  In welke hand of op de rug (rugzak) 

Slide 15 - Diapositive

Hoe maakt de politie een compositietekening?

Slide 16 - Diapositive

Primaire kenmerken
De primaire kenmerken zijn de belangrijkste basiskenmerken. Die kenmerken kunnen niet binnen korte tijd veranderen:

  • ras/huidskleur (bijvoorbeeld: blank, negroïde, Aziatisch, licht getint of donker getint)
  • geslacht (man of vrouw)
  • leeftijd (bijvoorbeeld: tussen de 35 en 40 jaar)
  • lengte (bijvoorbeeld: tussen de 1,85 m en 1,90 m)
  • postuur (bijvoorbeeld: slank, normaal, fors gebouwd, gezet).

Slide 17 - Diapositive

Secundaire kenmerken
Secundaire kenmerken zijn de kenmerken die vrij snel veranderd of aangepast kunnen worden. Ze zijn minder betrouwbaar dan de primaire kenmerken, maar in de praktijk wel goed bruikbaar. Om de secundaire kenmerken te onthouden, kun je het ‘ezelsbruggetje’: HOKS gebruiken:

haar bijvoorbeeld: kort, donkerblond haar
ogen bijvoorbeeld: grijze ogen, bril met zwart montuur
kleding bijvoorbeeld: zwart T-shirt met opdruk, blauwe spijkerbroek, witte gymschoenen.
sieraden bijvoorbeeld: zwarte polsband, wenkbrauwpiercing, gouden halsketting.







Slide 18 - Diapositive

Opvallende kenmerken
Als iemand opvallende kenmerken heeft, moet je die natuurlijk noemen. Bijvoorbeeld als iemand een tatoeage of een groot litteken heeft.




Voertuigensignalement:
Naast signalementen van personen, moet je ook wel eens een beschrijving van een voertuig geven. 
Dan geef je het merk, het type, de kleur en het kenteken door.

Slide 19 - Diapositive

Compositietekening
  • Na een signalement wordt vaak een afbeelding of tekening gemaakt van een onbekend persoon.
  • Een compositiefoto of compositietekening is een op basis van beschrijvingen door getuigen gemaakte afbeelding van een onbekend persoon.
  • Compositiefoto's worden meestal door de politie bij de mensen onder de aandacht gebracht. Vaak om verdachten van ernstige misdrijven te identificeren. Deze afbeeldingen worden dan bijvoorbeeld getoond in politieberichten op tv of in het tv-programma Opsporing Verzocht.
  • Voor het maken van een goed gelijkende compositiefoto bestaan tegenwoordig speciale computerprogramma's. Voordat deze programma's er waren, werden compositiefoto's gemaakt door, als een soort puzzel, een gezicht samen te stellen uit verschillende delen van een gezicht. Of er werden door speciaal geoefende tekenaars compositietekeningen gemaakt.





Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive